Cannes 2017, blog 3

Claire Denis en Werner Herzog

Werner Herzog met de Carosse d’Or op de Quinzaine des réalisateurs

Claire Denis’ Un beau soleil intérieur, waarschijnlijk haar eerste romantische komedie, opende de Quinzaine in Cannes. Voorafgaand werd de show kortstondig gestolen door Werner Herzog, die een oeuvreprijs ontving.

“Hier hoor ik thuis”, zei een uitgelaten Werner Herzog over de Quinzaine, het zijprogramma van het filmfestival in Cannes dat in 1969 is opgericht door de Franse regisseursvakbond. Herzog had net de Carrosse d’Or in ontvangst genomen, een oeuvreprijs die jaarlijks tijdens de opening van de Quinzaine wordt uitgereikt.

Het was hier dat in 1972 Herzogs Aguirre, der Zorn Gottes in première ging, nadat die was geweigerd door de filmfestivals van Venetië en Berlijn. Eerder op de dag was Herzogs doorgesnoven detectivefilm Bad Lieutenant: Port of Call – New Orleans vertoond. Nu kwam hij zijn kroonprijs in ontvangst nemen.

Vorig jaar ging die prijs naar Aki Kaurismäki, maar die was niet naar Cannes afgereisd om hem in ontvangst te nemen. Werner Herzog was juist extra verheugd: “Ik krijg nu de kans om een nieuwe Claire Denis met jullie allemaal te kijken! Goede films met elkaar zien, dat is waar het festival om draait.”

Un beau soleil intérieur

Un beau soleil intérieur werd aangekondigd als ‘een romantische komedie van Claire Denis’ (Beau travail, 1999; Les salauds, 2013). Haar fascinatie voor sensualiteit en geweld – of gewelddadige sensualiteit – maakt hier plaats voor onconventionele, romantische humor. Vanaf het eerste shot volgt de film de romantische escapades van Isabelle (Juliette Binoche), kunstenaar, ongelukkig in de liefde en alleenstaande moeder van een dochter die ze amper ziet. Denis volgt in het openingsshot met de camera van vaste cinematograaf Agnès Godard het naakte lijf van Binoche. Een streepje zon schijnt door het gordijn op haar lichaam. Een man komt bovenop haar liggen en penetreert haar. “Ga je komen?”, vraagt hij al vrijend. “Nee, het is prima zo”, antwoordt ze. “Kom jij maar.” De scène gaat ongemakkelijk lang door. Isabelle wordt zichtbaar ongeduldig. “Allez! Kom! Kom!”

De film heeft meer van dit soort ongemakkelijke scènes. Daaruit ontstaat de komedie. Een geweldige scène speelt zich af in een auto met een man met wie ze net gedineerd heeft. Ze heeft haar handen al op de deurklink. Hij blijft aarzelen en zij blijft kortaf antwoorden. Wil hij nou wel of niet? Uiteindelijk moet Isabelle de knoop weer doorhakken: “Kom je nou nog mee naar boven?” Zelfs daar lijkt het eindeloos te duren voordat de twee besluiten het bed te delen. Een dag later heeft hij ook nog eens spijt.

Zo komen er meer mannen voorbij in Un beau soleil intérieur, maar geen enkele is een blijver. In een bizarre onthulling komt op het einde een iconisch, controversieel Frans acteur in haar leven die in een lange monoloog probeert uit te leggen dat al die eerdere mannen er niet toe doen. “Je moet open staan”, zegt hij. “Iemand zal je overvallen en wegslepen…” Ik zal niet verklappen wie de acteur is, maar laten we hopen dat ze zich niet door hem weg zal laten slepen in deze verder uitstekende film over de valkuilen van de liefde.