Hirokazu Kore-eda over Broker

'Het idee dat de bloedband boven alles gaat, is achterhaald'

Hirokazu Kore-eda

Verlaten kinderen en alternatieve gezinsvormen blijven Hirokazu Kore-eda (Nobody Knows; Gouden Palm-winnaar Shoplifters) bezighouden. De onorthodoxe roadmovie Broker legt de link met vondelingenluiken, waar baby’s kunnen worden achtergelaten. Kore-eda: “Het taboe daarop fascineert me.”

“Ik spreek alleen Japans, dus op de set werd gewerkt met tolken”, vertelt Hirokazu Kore-eda, via een tolk in een Parijs hotel. We hebben het over Broker, Kore-eda’s in Zuid-Korea gedraaide nieuwe kroniek van moderne families.

“Met de acteurs tenminste”, vervolgt hij. “Met de cameraman communiceerde ik via gebaren en blikken. Verder verschilt de werkwijze amper van land tot land. Ik begin met het observeren van acteurs en dat is iets non-verbaals. Voor beweging en ritme hoef je de taal niet te begrijpen.”

Dat kan zijn, maar echt ontspannen en grappend is Kore-eda alleen als hij vertelt over zijn kindacteurs. Over de jongeman die Steven Spielberg overrompelde bij de casting voor een Amerikaanse remake van Kore-eda’s Like Father, Like Son (2013). En over het ongeleide projectiel uit Broker, dat volgens diens moeder op de set eindelijk discipline leerde. “Veelzeggend”, lacht hij. “Werken met kinderen vraagt veel tijd en geduld, maar het loont de moeite.”

Broker

Waarom speelt Broker in Zuid-Korea? “In heel Japan is maar één vondelingenluik, waardoor een film over dat onderwerp direct gelinkt zou worden aan die specifieke locatie. In Zuid-Korea zijn er meer en worden ze vaker gebruikt, zodat het haast een maatschappelijk fenomeen is. Dat vergroot de geloofwaardigheid. Het idee en het daaraan verbonden taboe fascineerden me al langer. Toen ik tijdens het filmfestival van Busan in 2008 een journalist over mijn interesse vertelde, was ik verbaasd te horen dat vondelingenluiken – plaatsen waar moeders die kiezen voor adoptie anoniem hun kind kunnen achterlaten – in Zuid-Korea ingeburgerd zijn. Het inspireerde me tot het schrijven van een verhaalplot over illegale handel in baby’s.”

Opnieuw staan outcasts centraal. Bij Nobody Knows (2004) heette het dat u voor de samenleving onzichtbare kinderen zichtbaar wilde maken, achttien jaar later focust Broker op even onzichtbare, in de marginaliteit gedrongen, volwassenen. “Bij Nobody Knows wilde ik, zoals de titel ook aangeeft, dingen tonen waar niemand weet van had: kinderen die verborgen voor de samenleving leven. Ook in Shoplifters [2018] is er sprake van verborgen levens, maar daar gaat het om een samengestelde familie die uit eigenbelang zaken geheimhoudt. In Broker achtervolgen twee detectives criminelen die baby’s stelen uit de vondelingenlade, om hen bij een eventuele verkoop op heterdaad te betrappen.
“De heersende opvatting is dat moeders die hun kind zo achterlaten dat doen uit gebrek aan liefde. Ik wilde tonen dat er verschillende interpretaties mogelijk zijn, dat er meerdere redenen en oorzaken schuilgaan achter zo’n dramatische beslissing. De rode draad door al mijn films is het idee dat er een complexe realiteit verborgen zit achter elke daad in een mensenleven én dat we met een minder vooringenomen, veroordelende blik naar mensen kunnen en moeten kijken.”

Er duiken in uw werk vaak onconventionele families op.Still Walking [2008] was daarin een keerpunt, omdat ik die film over pijnlijke familiebanden maakte kort nadat mijn eigen moeder stierf. Door haar dood veranderde ik van positie binnen mijn familie. Van zoon werd ik vader, want ondertussen was ook mijn dochter geboren. Voordien filmde ik steeds vanuit het standpunt van kinderen, bij Like Father, Like Son nam ik voor het eerst het standpunt van de vader in. Wat me blijft boeien, is de rol die elk familielid speelt. Ik begon bij de vraag wat een familie is, om daarna te focussen op de verschillende vormen die families aannemen. Broker gaat over de vraag of een bloedband het enige is wat telt en of samen doorgebrachte tijd niet even belangrijk kan zijn. Sinds Shoplifters is mijn fascinatie gegroeid voor mensen die hun eigen familie willen maken, hun eigen mini-gemeenschap binnen een samenleving die mensen marginaliseert. Zowel in Japan als in Zuid-Korea heerst nog een heel traditionele visie op familie, terwijl ik denk dat het idee dat de bloedband boven alles gaat achterhaald is. Ook adoptie ligt in Japan nog gevoelig. Broker wil laten zien dat andere familievormen mogelijk zijn. Tijdens de zoektocht naar adoptieouders ontstaat een soort alternatieve familie die zich bekommert om een kind, een baby die aanvankelijk alleen gezien werd als handelswaar of bewijsmateriaal in een criminele onderneming.”

De interesse voor onorthodoxe familiale banden deelt u met uw idool Mikio Naruse. “Niet dat Broker een poging tot remake is. Het is onmogelijk om een Naruse-remake te maken, omdat er geen acteurs of actrices van dat kaliber meer zijn in Japan. Maar wanneer ik er één zou mogen kiezen zou het Inazuma [Lightning, 1952] zijn. Het verhaal van een vrouw die meerdere mannen heeft, bij hen ook kinderen krijgt en lak heeft aan conventies. Ongelooflijk fascinerend.”

Opvallend is dat u bij Broker niet vanuit één perspectief, één hoofdpersonage of verteller, vertrekt, maar de standpunten van meerdere personages introduceert. “Ik wilde de aandacht verspreiden over meerdere hoofd- en bijpersonages. Aanvankelijk was de opzet beperkter: een moeder en twee sjoemelaars die door omstandigheden in dezelfde wagen belanden en samen op pad gaan. In mijn oorspronkelijke idee was het kind al verkocht op het moment dat het verhaal begint. Na verloop van tijd groeiden ze dichter naar elkaar, gingen ze een soort familie vormen en probeerden ze het kind terug te halen. Tijdens het schrijven kwamen daar twee politiedetectives bij. De vrouwelijke agent had besloten kinderloos te blijven en door haar onderzoek komt ze dichter bij een vrouw die wel een kind kreeg en besloot het in het vondelingenluik te leggen. Tijdens de tocht groeit er begrip tussen beide vrouwen. Het was belangrijk dat elk personage ruimte kreeg. Ieder heeft immers zijn rol te spelen. Bovendien heeft het verhaal meerdere lagen, waardoor de personages voldoende ontwikkeld moesten worden.”

Ook het levendige jongetje dat hun pad kruist. “Wat ik fascinerend vind, is de kritische blik die een kind werpt op de volwassen wereld, de manier waarop hij van binnenuit dat universum analyseert. Even interessant is de blik van de doden, de verdwenen mensen die ons bekijken, beoordelen en bekritiseren. Ik hou van verhalen waar kinderen ons van binnenuit observeren en doden ons van buitenaf bekijken. De jonge acteur in Broker was bovendien een energiebom. Hij was altijd superenthousiast en moest voor elke opname gekalmeerd worden. Maar bij de cruciale vraag van het weeskind, ‘Waarom ben ik geboren?’, was hij fenomenaal. Door emotioneel de juiste toon aan te slaan, creëerde hij tragiek.”

De blik van een kind is ook die van de observerende filmmaker. Speelt hier uw ervaring? “Ongetwijfeld. Als documentairemaker leerde ik observeren. Voor ik fictie begin te maken, observeer ik eerst echte mensen en authentieke situaties. In dit geval ging ik tijdens mijn research luisteren naar kinderen die zelf achtergelaten waren. Hun haast terloopse vraag of het eigenlijk wel goed was dat ze geboren waren, bleef nazinderen. Die pijnlijke reactie bepaalde welke emotie de motor van Broker moest worden.”