Vincent Boy Kars over Future Me
'Mensen vragen: waarom doe je dit jezelf aan?'
In het slotstuk van zijn millennial-trilogie plaatst Vincent Boy Kars zichzelf in de filmische constructies waarmee hij al jaren experimenteert. Ergens tussen psychodrama, reality-tv en experimentele cinema worstelt hij in het zinderende Future Me tussen controle en loslaten.
In 2015 studeerde de in Rotterdam woonachtige regisseur Vincent Boy Kars (33) af aan AKV | St. Joost met My First Porn Film, waarin hij zijn vrienden de gelegenheid gaf om hun ideale pornofilm te conceptualiseren en regisseren. Hoewel het een naïeve en bescheiden film is, verried die afstudeerfilm al de filmische obsessies die Kars de volgende tien jaar verder zou ontwikkelen: de maakbaarheid van fictie, het spanningsveld tussen controle houden en de regie weggeven, en het via cinema reconstrueren van diepgewortelde ideeën, gevoelens en fantasieën.
Hij verwerkte al die elementen in zijn ‘millennial-trilogie’, drie psychologisch onderlegde films waarin hij ergens tussen documentaire en fictie de gemoedstoestand van de vaak gemakzuchtig weggezette millennialgeneratie onderzocht. Na Independent Boy (2017) en Drama Girl (2020) is Future Me het ambitieuze slotstuk van dit drieluik, en Kars’ meest geslaagde en gewaagde film.
Deze apotheose van zijn filmische zoektocht is een haast nachtmerrieachtig psychodrama, waarin Kars als een soort proefkonijn gevangen zit in zijn eigen filmlaboratorium, onwetend van wat hem te wachten staat aan de andere kant van het cinemalabyrint.
“Op filmgebied was dit de grootste uitdaging van mijn leven”, vertelt Kars over het maakproces van Future Me. We spreken hem eind 2023 in zijn kantoor, een paar maanden voordat zijn derde lange film in première zal gaan op het International Film Festival Rotterdam, waar hij eerder met Drama Girl in de Tiger Competition stond. Het interview moet ook leiden tot een zine (dat onlangs gepubliceerd werd), waarin Kars en ik samen reflecteren op alle drie de delen van zijn millennial-trilogie.
De diepgravende gesprekken zijn ook een terugblik op tien jaar van ons leven. “Het was soms echt een hel”, vervolgt Kars. “Er waren momenten dat ik echt mijn diepste angsten onder ogen moest zien. Het voelde alsof ik alles – zowel mijn relatie als mijn film – op het spel zette.”
Voor Independent Boy ‘regisseerde’ Kars een maand lang het leven van goede vriend Metin Fennema; in Drama Girl ensceneerde hij traumatische gebeurtenissen uit het leven van hoofdpersoon Leyla de Muynck. In Future Me past hij al die technieken toe op zijn eigen leven en geeft hij de regie deels uit handen aan Peter de Baan, bekend als regisseur van improvisatieprogramma De vloer op. Dat was een onverwachts pittig proces: “Ik ben een regisseur. Ik hou van controle. Dan is het natuurlijk vreselijk als je dat uit handen geeft en mensen aan de haal gaan met jouw film. Dat is toch per definitie een nachtmerrie?”
Je zou je bijna afvragen waarom hij dit zichzelf aan wilde doen, maar wie Kars’ eerdere films heeft gezien, snapt de bittere noodzaak van dit filmexperiment. Eigenlijk zijn alle films in de millennial-trilogie voor Kars een manier om zijn diepste onzekerheden, angsten en gevoelens te adresseren en om die gevoelens om te zetten in kunst. Het resulteert in films over zoekende jongvolwassenen, worstelend met liefde, leven, dood en verlies.
Het kon dus bijna niet anders dan dat Kars ooit zichzelf als onderwerp zou nemen in zijn filmexperimenten. “Ik was op een punt in mijn leven dat ik tegen dingen begon aan te lopen en dat ik aan mezelf moest gaan werken”, blikt hij terug op de aanloop naar Future Me. “Dat viel precies samen met de ontwikkeling van mijn nieuwe film. Toen ik echt goed ging reflecteren op de eerste twee delen van de trilogie kon ik er niet meer omheen. Ik besloot: ik ga in therapie en dat ga ik filmen. Daar begon het proces.”
Tijdens die therapiesessies kwamen al snel de grote pijnpunten naar boven, met name het overlijden van Kars’ vader in de tijd van zijn afstuderen. Het is een ervaring die Kars deelt met De Muynck van Drama Girl (en ook met ondergetekende). “In de eerste therapiesessies probeerde ik er nog een beetje omheen te lullen”, herinnert Kars zich. “Maar mijn therapeut prikte daar zo doorheen: ik had de dood van mijn vader gewoon nog niet verwerkt. Daarnaast liep ik tegen problemen aan in de relatie met mijn vriendin, dus toen kwam al snel naar boven dat zij, mijn vader en ik de belangrijkste personages van de film zouden worden.”
Daarna begon het echt zware werk. Op een minimalistische filmset worden sleutelscènes uit Kars’ leven opgevoerd. Leopold Witte speelt Kars’ vader, Damaris de Jong zijn vriendin. Ook Kars krijgt zijn eigen doppelgänger in de vorm van Martijn Lakemeier, maar hij staat vaak ook zelf in de arena om door de pijnpunten van zijn leven heen te spelen. Je ziet in Future Me hoe heftig dat eraan toe kan gaan. “Soms voelde het alsof ik in een onveilige situatie terecht was gekomen. Echt dat ik dacht: hoe heeft dit kunnen gebeuren? Het voelde alsof iedereen me probeerde te breken, alsof ik wekenlang in een emotionele rollercoaster zat.”
Juist op dat breekpunt wordt Future Me een zinderende film over een regisseur die de controle verliest. Kars’ woede, angsten en frustratie vormen de basis voor dit textureel gelaagde werk, waarin heden, verleden en mogelijke toekomsten van de filmmaker op organische wijze door elkaar vloeien. Vergeleken met Independent Boy en Drama Girl is Future Me een meer associatieve film, die bijna letterlijk (mede dankzij de indrukwekkende soundtrack) golft op de emotionele spanningsboog van wat Kars zelf heeft doorgemaakt.
Het resulteert in iets spannends, mysterieus en ongrijpbaars. Alsof je via film recht in iemands onderbewuste mag kijken. “Ik denk dat ik met deze film echt heb leren filmmaken”, reflecteert Kars zelf. “Met dat omvormen van herinneringen naar cinema had ik nog nooit op deze manier gespeeld.”
Future Me is schaamteloos in zichzelf gekeerd en daarmee volgens Kars de “ultieme millennial-film”, omdat hij precies doet waarvan oudere generaties de millennial beschuldigen: alleen maar met zichzelf bezig zijn. “You’re going to hate it or love it”, zegt Kars daar schouderophalend over. “Wat ik uiteindelijk met mijn trilogie het belangrijkst vind is die diepere gevoelens in mensen losmaken. Ik hoop dat ik met deze werken niet alleen naar binnen kijk, maar ook een spiegel creëer en die naar buiten richt. Want wat deze film bij je losmaakt, zegt niet alleen iets over mij, maar ook over jou.”