Dream Scenario

Nicolas Cage kun je nooit helemaal wegstoppen

Dream Scenario

In de moderne metakomedie Dream Scenario speelt Nicolas Cage ‘de man van onze dromen’. Dat begint vrolijk, maar de droom verwordt al snel tot een machtig interessante nachtmerrie.

Een onopvallende sukkel, meer kunnen we er niet van maken. Biologieprofessor Paul Matthews is zo’n net iets te slimme, introverte schlemiel, die ondanks zijn intelligentie dagelijks volstrekt anoniem opgaat in het straatbeeld. Dat grote kale hoofd, dat lullige brilletje, dat uitgezakte vijftigerslichaam: het helpt allemaal niet mee.

Het is dat we weten dat achter dat saaie hoofd de opvallendste acteur van de laatste decennia schuilt. Want Paul Matthews mag dan veel verborgen houden onder dat nietszeggende gelaat, Nicolas Cage kun je nooit helemaal wegstoppen.

Toch is het behoorlijk vreemd dat uitgerekend een grijze muis als Matthews ineens te pas en te onpas opduikt in andermans dromen – want dat is het uitgangspunt van Kristoffer Borgli’s Dream Scenario. Het begint met de dromen van zijn dochter en zijn ex-vriendin, maar al snel volgen zijn studenten en voor je het weet verspreidt zijn aanwezigheid zich naar de dromen van een aanzienlijk deel van de wereldbevolking. Hoewel hij ook in die dromen ogenschijnlijk weinig indruk maakt – hij duikt vooral op als passieve getuige in gevaarlijke situaties – weet de hele wereld ineens wie Paul Matthews is.

Zoals dat tegenwoordig gaat met onverklaarbare gebeurtenissen, groeit Matthews razendsnel uit tot een internetsensatie. De vergeten professor omarmt die rol met verve. Het lijkt een uitgelezen kans om eindelijk een uitgever te strikken voor zijn magnum opus. Maar bovenal geniet hij van zijn plotselinge sterrenstatus, hoe mediaschuw hij ook overkomt. Waar hij eerst zelfs door zijn dochter nauwelijks werd gezien, is hij nu ineens helemaal het mannetje.

Miskend
Met de plotselinge faam loert echter ook het gevaar. Zijn vrouw (de geweldige Julianne Nicholson) is niet gediend van het mediacircus; gehaaide pr-bedrijven (aangevoerd door een heerlijk gladde Michael Cera) komen met absurde plannen om zijn populariteit uit te venten; en dan is er nog de plotselinge toename van vrouwelijke aandacht, waar de ingedutte professor toch ook bepaald niet ongevoelig voor blijkt.

Hoewel het aantrekkelijk zou zijn om dat geinige uitgangspunt van ‘de man van onze dromen’ eindeloos door te trekken, kiest het Noorse talent Kristoffer Borgli (die vorig jaar nog opviel met de wrange tragikomedie Sick of Myself) er in zijn eerste Amerikaanse speelfilm wijselijk voor om vooral te kijken wat die plotselinge roem doet met een mens. Zonder al te veel te verklappen over het verloop, verandert Dream Scenario gaandeweg steeds meer van vrolijke dromenkomedie in een moderne medianachtmerrie.

Tussen de regels door ontdekken we dat Matthews een man is die in zijn leven en carrière voortdurend miskend (of, volgens hemzelf, onderschat) is door de mensen boven hem. De plotselinge roem is een lont in dat kruitvat: het opgekropte ego komt steeds vaker naar buiten.

Worstelende man
Daarbij helpt het dat de film met Cage de meester van de toewijding in huis heeft. Hij speelt in Dream Scenario zijn zoveelste iconische rol en maakt van Matthews een personage dat perfect het midden houdt tussen meelijwekkend en pathetisch.

Matthews blijft tot het einde toe een man die denkt dat alles hem overkomt (en toekomt), zonder ook maar een moment volwaardig te reflecteren op zijn eigen tekortkomingen. Hoe kortstondig zijn roem ook is, voor hem voelt het alsof hij er recht op heeft, na lang in de schaduw van anderen te hebben gestaan. Het zijn niet de nachtmerries die zijn onvermijdelijke ondergang inzetten, maar vooral zijn eigen ego. Daarmee staat Matthews onmiskenbaar symbool voor de ‘worstelende’ man van nu, die zich voortdurend miskend en gepasseerd voelt en het niet kan verkroppen wanneer anderen hem voorbijstreven.

In dat opzicht gaat de slimme metakomedie Dream Scenario zowel over de keerzijde van snelle internetroem als over de explosiviteit van gekrenkte ego’s. Daarbij toont Borgli zich ook een zeer efficiënt ‘dromenregisseur’. Waar dromen in films vaak iets uitgesproken geforceerds of stompzinnigs hebben, slaagt Borgli erin om de Matthews-dromen geestig, vervreemdend en soms daadwerkelijk eng te maken. Uitleg over de plotselinge aanwezigheid van Matthews in die dromen komt er gelukkig ook nauwelijks. Misschien was het gewoon een soort goddelijke interventie, om te laten zien dat niet iedereen even goed gedijt in de spotlight.

Uiteindelijk blijkt de titel van de film dan ook vooral een ironische grap. Voor Paul Matthews wordt het droomscenario een nachtmerrieachtige realiteit, waaruit hij met geen mogelijkheid meer kan ontsnappen. Een leven als onopvallende sukkel blijkt dan lang zo gek nog niet.