Antonio Banderas en Elena Anaya over La piel que habito

'Meer Almodóvar dan Almodóvar zelf'

Elena Anaya en Pedro Almodóvar op de set van La piel que habito

De acteur die de meeste mensen kennen van de Zorro-, Shrek- en Spy Kids-films brak in de jaren tachtig in Spanje door met Pedro Almodóvars Matador en Átame! Antonio Banderas is nu terug in Almodóvars La piel que habito. We spraken hem en Almodóvar-muze Elena Anaya in Cannes.

“Hoe ik me voel? Het filmen, maar ook het hier in Cannes zijn, herinnert me aan een andere tijd in mijn leven, aan een gevoel van hoogtevrees, met experimenten bezig zijn, grenzen verleggen. Eigenlijk best een beangstigende plek. Werken met Pedro voelt alsof ik op de rand van iets sta, alsof ik ga vallen. Bijna religieus is het, je moet in hem geloven omdat hij erg veel vraagt en heel precies is. Hij beheerst elk detail van het filmen. Om gestoord van te worden. Maar. Godzijdank dat ie zo in elkaar zit.”

“Hij wilde dat Elena en ik twee maanden vóór de opnamen naar hem toe kwamen. Twee maanden! Mijn vrouw sloeg helemaal door toen ze dat hoorde. Zelfs in het theater heb je niet zoveel tijd. Voor een stuk op Broadway heb je hooguit zes weken. Ik deed het toch en toen ik in Spanje was, merkte ik dat we helemaal niet aan repeteren toekwamen: hij was bezig ons te domesticeren. Met z’n zweep. Hij bracht ons in zijn universum binnen.”

“Ik merkte dat hij ernstiger is geworden, preciezer in de vorm van z’n films. Minimalistischer. Hij is geen crowdpleaser geworden. Kijk, de Amerikaanse filmindustrie heeft mij veel gegeven, ik heb een goed leven, ook al zitten er ups en downs in. Maar filmmaken waar alles om het geld draait, blijft toch zoiets als hamburgers eten: alles heeft dezelfde smaak. Om dan bij een exquise gerecht als Almodóvar terug te keren, is subliem. Het was als een glas water in de woestijn. Pedro kwam op precies het juiste moment terug in mijn leven.”

“Natuurlijk blijf ik hamburgers eten. Films hoeven niet allemaal exquise gerechten te zijn. Sommige mensen willen gewoon achterover zitten en lachen. En andere mensen, of dezelfde mensen op een ander moment, willen reflecteren op hun eigen leven. Als acteur sta ik open voor alles. Ik moet wel zeggen dat ik drie jaar geleden brak met mijn agent omdat die me jarenlang een kant opstuurde die me steeds meer irriteerde. Toen ben ik naar een ander gegaan, die ze de paus van alle Hollywood agents noemen. Vorig jaar is ie helaas gestorven. ‘Kid’, zei hij, zo noemde hij me, ‘Kid, weet je wat het belangrijkste woord in Hollywood is? NEE. Je moet leren NEE te zeggen.’ ‘Ja’, zei ik. Daarna heb ik veel aanbiedingen afgeslagen die me als acteur niet brachten wat ik zocht. Toen bood Woody Allen me een rol aan in You Will Meet a Tall Dark Stranger. ‘Daar moet je bij zijn, zei die agent, ‘hij is een legende’. Daarna kwam Almodóvar, toen Steven Soderbergh, en nu Jean-Jacques Annaud. Het gaat dus goed.”

“Het scenario van La piel que habito is compleet idioot. Het is meer Almodóvar dan Almodóvar zelf. Het is geconcentreerd Almodóvar sap. ‘Hoe kunnen we Shakespeare spelen in scène dertien en dan in scène zestien alsof we in een soap zitten, vroeg ik bij de repetities. Hoe maken we in godsnaam die sprong? Maar hij flikt het. Twee dagen terug hier in het Palais bij de première kreeg ik hetzelfde gevoel als vijfentwintig jaar geleden bij Matador: verwarring. Je kunt de film niet in een hokje stoppen. Mensen proberen het wel maar het lukt niet. Als je er afstand van neemt, zie je hoe fantastisch het verhaal is. Het verhaal is voor mij een van de sterren van de film. Het eerste uur is eigenlijk niks anders dan een enorme vraag. Wat is hier aan de hand? Daarna komen pas de antwoorden. En die zijn bizar! Of je pikt wat Almodóvar doet ligt aan jou, dat is het spel dat hij speelt. En zo is het altijd geweest.”


Pedro’s muze

Misschien herkent niet iedereen Elena Anaya van haar doorbraakrol in Lucía y el sexo maar stiekem was ze dus ook in Nederland al bekend. In La piel que habito speelt Anaya haar meest bizarre rol tot nu toe. “Hoe het is om één van Pedro’s muzen te zijn? Ik groeide op met zijn films. Die zijn onlosmakelijk met de Spaanse cultuur verbonden. Almodóvar opende onze ogen en verlegde grenzen nadat Spanje kapot was gegaan aan Franco’s rechtse dictatuur. En dan van zo’n regisseur deze prachtige, complexe rol krijgen. Ik heb het scenario helemaal gelezen, en dan nog is het allemaal lastig te begrijpen. Pedro hielp me met de audities. Ik denk dat mijn personage een projectie van hem zelf is. Meestal als ik me voorbereid, denk ik aan personages uit andere films die erop lijken. Maar dat kon nu niet: er bestaat geen personage zoals dit.”