Paul Brannigan over The Angels’ Share

'Ik mag van geluk spreken dat ik een slecht verleden had'

  • Datum 30-08-2012
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Van boefje tot filmster: acteur en ex-bendelid Paul Brannigan genoot met volle teugen van zijn sprookje in Cannes, waar de The Angels’ Share de Juryprijs won. De jonge acteur omschreef Ken Loachs sociale komedie als "een therapie die me deed nadenken over mijn verleden én toekomst". Door Brannigans eigen ervaring met met drugs, drank en bendes speelt hij een cruciale rol in de film.

"Verontschuldig mij dat ik jullie heb laten lachen", zei Pietro Germi in 1966 toen zijn Gouden Palm-bekroning voor de komedie Signore e signori op een fluitconcert werd getrakteerd. Dat humor in Cannes nog altijd moeilijk ligt ondervond Ken Loach. The Angels’ Share werd lauw onthaald terwijl deze sociale komedie zeker niet minder sterk en relevant is dan drama’s zoals It’s a Free World… Loach en scenarist Paul Laverty vertrekken van het gevoel van uitzichtloosheid bij een generatie (Schotse) werkloze jongeren en injecteren hoop via een luchtig sprookje. Terwijl een tragische onderstroom sporadisch aan te oppervlakte komt en de authenticiteit van debutanten zoals Paul Brannigan van het scherm spat. "Ik maakte kennis met Loach via My Name is Joe en Sweet Sixteen", gaf de acteur ons tijdens een groepsinterview mee. "Is dat het soort films dat je graag ziet, of verkies je dingen zoals Transformers?" vroeg een collega-journalist ietwat smalend, om na het enthousiaste "Transformers is mijn favoriete film!" rood te kleuren. "Maar de films van Loach zijn echt, ze spelen in een wereld die ik ken", vervolgde Brannigan.

Voor ons zit een nieuwbakken filmster. "Ik ben nuchter ingesteld en hou beide voeten op de grond. The Angels’ Share is een schitterende film maar het was vooral een unieke kans om te ontsnappen aan de uitzichtloosheid van een stad zonder banen en een leven dat even chaotisch en hard was als dat van Robbie. Ik was bezig met drugs, drank en bendes, zoals zowat elke jongere in Glasgow. Je kijkt niet vooruit in zo’n soort leven, je leeft enkel in het heden en de bende is je familie. Je beseft niet waarmee je bezig bent en hoe je toekomst er zal uitzien."

Hoe raakte je verzeild in dit project? "Ik werkte als voetbalcoach met jongeren in een dienstencentrum toen scenarist Paul Laverty me kwam opzoeken omdat hij gehoord had dat ik een sterk verhaal kon vertellen. Paul is een geweldige kerel, ‘a Glasgow guy’, een van ons. We spraken over mijn leven en Pauls project. Een paar weken later kwam hij me vertellen dat ik Ken Loach moest ontmoeten. Ik wou eerst niet maar Paul pushte me. Wat nodig was want ik had net mijn baan verloren en was het beu om steeds mijn verhaal op te dissen zonder ooit verder te komen. Paul drong aan, ‘dit is een unieke kans!’. Ik ging en de casting die volgde gaf me het nodige vertrouwen voor de rol. Loach dwingt je niet om het script precies te volgen. Hij wil dat je jezelf blijft, staat open voor je inbreng en behandelt iedereen identiek."

Was je ongerust omdat hij je niet het volledige script gaf? "Ja, en de jongens op de set maakten het erger door te zeggen dat ik neergestoken zou worden. Tot de laatste dag bleef ik in het ongewisse. Ik was blij met het happy end omdat er in Groot-Brittannië momenteel zo’n pessimistische sfeer heerst dat een beetje hoop goed doet. Werkloosheid drijft veel jongeren naar het leger. Gewoon omdat dat voor mensen zonder diploma of opleiding de enige manier is om eten op tafel te zetten voor hun gezin."

Loach lanceerde Peter Mullan met My Name is Joe. Hoop je dat met jou hetzelfde gebeurt? "Uiteraard, films maken is zo’n geweldig leven. Toen ik onlangs in Glasgow rondliep zag ik een poster met mezelf. Ik ben er even bij blijven stilstaan. Ik wil van mijn huidig leven genieten, want het kan elk ogenblik over zijn. Een kans zoals The Angels’ Share krijgen is eigenlijk surrealistisch. Ondertussen acteerde ik ook al met Scarlett Johansson in Under the Skin van Jonathan Glazer. Zonder opleiding kun je enkel steunen op instinct, maar telkens als het moeilijk werd tijdens de opnamen dacht ik aan mijn vierjarige zoon en hoe belangrijk dit voor hem is. Ik weet waar ik niet terug naar toe wil. Toen ik mijn baan verloor begon ik te stelen en in Robbie herken ik de emoties die volgden op dat ontslag; de ontreddering en het onvermogen om weer positief te gaan denken. Tijdens het draaien van The Angels’ Share doken constant herinneringen op. Dat hielp om me in te leven in Robbie. Ik zie hem als iemand die erg emotioneel en intens is. Hij beseft dat zijn leven een rotzooi is, hij wil goed doen voor zijn zoon, maar de bende trekt ook nog aan hem. Robbie is een speelbal van gemengde gevoelens."

Hij toont berouw voor zijn daden maar de roof is wel een misdaad. "Het lot forceert zijn hand. Als werkloze heeft hij geen toekomst en hij grijpt de strohalm van de heist omdat zijn zoon hem nodig heeft. Het is triest dat mensen verplicht worden zich buiten de wet te begeven om te ontsnappen aan een ongelukkig leven."

Je bent in je rol gewelddadig, woedend én kwetsbaar. Hoe moeilijk was dat? "Ik vond de bijpassende gevoelens in mijn ervaring, doordat ik de situaties heb meegemaakt kon ik me inleven in de emoties. Ik denk dat ik van geluk mag spreken dat ik een slecht verleden had. Vreemd misschien, maar zonder die achtergrond zat ik vandaag niet op dit strand in Cannes."

Ivo De Kock