Pablo Larraín over Post mortem

'Hoe heeft die morele waanzin kunnen ontstaan?'

Pablo Larraín. Foto: Angelique van Woerkom

Pablo Larraín situeerde zijn tweede film in een grauw lijkenhuis, waar de ongrijpbare Mario autopsierapporten schrijft over de slachtoffers van Pinochets handlangers. “Stel je voor dat je op je werk komt en pats boem, er liggen vierhonderd lijken verspreid door de zaal.”

EYE vertoont in juni een selectie Chileense films over de beladen politieke geschiedenis van het land, critici spreken van een bescheiden Chileense ‘new wave’. De Chileense cinema is aan een opmars bezig en die wordt aangevoerd door Pablo Larraín. Hij bestormde twee jaar geleden het Filmfestival Rotterdam met Tony Manero, een even donkere als grillige aanklacht tegen de nihilistische gewelddaden van het regime van dictator Pinochet.

De mislukte danser Raúl probeert John Travolta in Saturday Night Fever naar de kroon te steken en pleegt tussen de oefensessies door aanslagen op willekeurig gekozen slachtoffers. Ook gewone Chilenen kunnen zich niet aan de cultuur van moord en doodslag onttrekken, zo maakt Larraín duidelijk.

De regisseur keerde dit jaar nog confronterender terug in Rotterdam met Post mortem. Een film die verder teruggaat in de tijd, naar 1973. We zien hoe de democratisch gekozen president Allende, zojuist ten val gebracht door Pinochets troepen, een mortuarium wordt binnengesleept. Daar werkt Mario, de zwijgzame, introverte tegenhanger van Raúl. Ook Mario verliest zijn morele kompas, maar dat gebeurt tergend langzaam. Larraín biedt een uiterst ongemakkelijke kijkervaring, door de sleutelmomenten tot het oneindige uit te rekken.

Waar komt uw obsessie voor deze gitzwarte bladzijde uit de Chileense geschiedenis vandaan? “Ik maak films over dit tijdperk omdat ik er helemaal niets van begrijp. Hoe heeft die morele waanzin kunnen ontstaan? Hoe heeft het geweld zo uit de hand kunnen lopen? Ik hoop op die vragen een antwoord te vinden, maar heb niet echt het gevoel dat me dat lukt. Misschien wil ik het liever niet begrijpen. Of het is gewoon onmogelijk om vat te krijgen op zoveel krankzinnigheid.”

Het gammele danspodium is in Post mortem verruild voor een grauw lijkenhuis. “Ik stuitte via Google op het onderwerp van de film. Op de website van de Allende Foundation vond ik het autopsierapport van de vermoorde president. Ik las het en was geschokt. Feitelijk gaat het om de lijkschouwing van heel Chili. Het verslag is ondertekend door drie mensen, twee beroemde dokters en een onbekende derde. Deze schrijver van autopsierapporten is de Mario uit de film. Ik creëerde een fictief verhaal, waarin hij langzaam doordraait.”

U verbindt zijn morele Werdegang net als in Tony Manero met die van de politieke machthebbers. “Mijn personages geloven zelf dat ze niet onder invloed staan van hun omgeving. Maar in werkelijkheid gaat hun gedrag zich er hoe langer hoe meer aan spiegelen. De morele ontsporing krijgt wel degelijk vat op hen, ook al hebben ze dat zelf niet door. Als personage maakt hen dat des te interessanter. Ze dwingen de kijker bij zichzelf na te gaan of hij begrip voor hen kan opbrengen. Bij zelfbewuste karakters hoef je dat niet te doen. Die maken volledig duidelijk wat ze verlangen, denken en voelen.”

Voor de hoofdrol strikte u weer Alfredo Castro. Een meester in het ondoorgrondelijk zijn, met z’n harde, stoïcijnse kop. “Alfredo is zo’n uitzonderlijk type dat oog in oog met de camera spanning weet te creëren, zonder daar ook maar iets voor te hoeven doen. Soms heb ik het gevoel dat hij dat grote mysterie uit zichzelf in zich meedraagt.”

U maakt wel heel duidelijk dat niemand in de film nog enig ethisch gevoel heeft. “Dat is onzin. Er is juist heel veel normbesef. De situatie verstoort dat alleen. Stel je voor dat je op een dag op je werk komt en pats boem, er liggen vierhonderd lijken verspreid door de zaal. Niemand geeft ene zier om hoe ze er terecht zijn gekomen. Sla je dan niet op hol? Schopt het je normbesef niet in de war? Ik laat Mario’s collega Sandra al veel eerder in de film exploderen. Zij schreeuwt vanaf een stapel lijken wanhopig: ‘houdt het moorden dan ooit op?’ Iemand die ze het leven redde, vindt ze weer morsdood in het mortuarium.”

Een moreel appèl? “Zo kun je het noemen. Niet zozeer omdat Sandra zo’n groot aanhanger is van Allende, maar ze is een mens met gezond verstand. Mario houdt zich stil. Dat zit in zijn karakter, maar ik wilde hem ook niet te duidelijk schilderen. Veel filmmakers definiëren de hoofdpersoon heel expliciet, ik doe dat liever met de minder belangrijke personages. Zij moeten zorgen voor de voortgang van het verhaal, waardoor de hoofdpersoon ambigu kan blijven.”

De doffe, grijze fotografie, zit daar een betekenis achter? “Digitale technieken om het beeld te manipuleren, bestonden in het tijdperk Pinochet nog niet. Daarom hebben we ze niet gebruikt. Ik liet speciale lenzen uit de jaren zestig uit Rusland invliegen, van het merk waarmee Tarkovski werkte. Die geven een heel ouderwetse look and feel. En we hebben met opzet niet gefilmd op zonnige dagen. Alleen onder een massaal wolkendek.”

Het voelde of u met een hamer op me inbeukte. (lachend) “Ik probeer in mijn films de ‘geest’ op te roepen. De geest wordt niet letterlijk gerepresenteerd op het scherm, maar houdt zich ergens schuil in de atmosfeer. Bij de kijker roept de geest een unheimisch, beangstigend, oncomfortabel gevoel op.”


De Filmkrant sprak Pablo Larraín op het Filmfestival Rotterdam.

Cinema Chile
Post mortem is de openingsfilm van Cinema Chile, het festival in EYE Film Instituut in Amsterdam dat van 2 t/m 15 juni 2011 gewijd is aan de nieuwe Chileense film. Het programma opent op 2 juni met de voorpremières van Post mortem en La nana (2009) van Sebastián Silva, die in 2009 op het Sundance Festival bekroond werd met de Grote Juryprijs. Ook Larraíns eerdere film Tony Manero wordt daarna uitgebracht.

Op 3 juni is er een talkshow met Chileense filmmakers, waaronder Bruno Bettati, producent en oprichter van Cinema Chile, een organisatie die zich inzet voor de internationale promotie van de Chileense film. Op 5 juni vindt vanaf 11.00 uur een Chileense filmdag plaats. Op 7 juni is er een speciale avond rond Chili-gerelateerde films uit de EYE-collectie, ‘Chili door Nederlandse ogen’, waarin onder andere werk te zien is van Joris Ivens en Johan van der Keuken.