Venetië 2024: Maria en Babygirl
Women under the influence
Pablo Larraíns Maria is de eerste mislukking van de 81e editie van het filmfestival van Venetië, aldus Hugo Emmerzael. Het contrast met Halina Reijns meesterlijke Babygirl kan niet groter zijn. Des te interessanter omdat beide films gaan over machtige vrouwen die in de duisternis van een afgrond staren.
Filmfestivals zijn vreemde beesten. In een propvolle competitie kunnen gevestigde regisseurs ineens teleurstellen, terwijl opkomende makers alle aandacht naar zich toe trekken. Het gebeurde op dag drie van het filmfestival van Venetië, waar Pablo Larraíns Maria de eerste grote film had kunnen zijn. In plaats daarvan trekt Babygirl alle lof naar zich toe.
Larraíns elfde speelfilm, een biopic over Maria Callas met Angelina Jolie in de titelrol, is bovenal een conceptuele mislukking. Zoals de Chileense regisseur met Jackie (2016) en Spencer (2021) de binnenwereld van een getergde Jackie Kennedy en prinses Diana Spencer verbeeldde, probeert hij dat nu met de iconische operadiva te doen. In typische Larraín-stijl gebeurt dat met alle grote filmgebaren: de glamoureuze shots van cinematograaf Ed Lachman draaien om Jolie heen, die alles geeft om dieper in de huid van de geteisterde zangeres te kruipen. De muziek – met veel grepen uit het oeuvre van La Divina – zwelt te pas en onpas aan. De schokkerige montage wil net zoals in Ema (2019) gaan voor emotionele intensiteit, maar offert de continuïteit van scènes daaraan op.
Al die barokke stijlelementen tellen op naar vrijwel niets. In tegenstelling tot het sterkere Jackie ontbreekt het hier bovenal aan een emotionele kern, een stip op de horizon waar de film naartoe wil werken. Maria voelt daardoor procesmatig aan, als een saaiere herhaling van zetten voor een regisseur die in al zijn films de waanzin en manie van zijn verwarde hoofdpersonages wil etaleren. Vroeger zat er nog een zekere subversieve rebelsheid in Larraíns uitpluizen van de irrationele mens. Tegenwoordig doen zijn films vermoeid en zelfs saai aan.
Vorig jaar maakte hij ook al een misser met de tandeloze vampierfilm El conde (2023), een politieke satire die volgens de regisseur voortkwam uit zijn woede over hoe Augusto Pinochet zijn land heeft achtergelaten. Ook Maria mist de urgentie om zichzelf te rechtvaardigen. Wat is hier nieuw aan? Een film over een vrouw die naar pillen grijpt en zwelgt in waanideeën is te mager. Maria ontbeert complexiteit, mysterie, opwinding en energie. En dat terwijl de pijn en schoonheid van Callas’ leven zo fascinerend zijn – zie haar angstaanjagend sterke hoofdrol in Pier Paolo Pasolini’s Medea (1969) en je leert veel meer over de getormenteerde ziel van deze artiest. Bij Larrain is Maria Callas weinig meer dan een rekwisiet voor zijn uitgekauwde filmconstruct, waardoor je nooit vergeet dat Angelina Jolie bovenal een rol speelt. Dit had een mogelijkheid kunnen zijn voor Jolie om een van haar meest prestigieuze rollen te vertolken, maar het draait erop uit dat ze een versie van zichzelf in kostuum speelt.
Zet deze ‘woman under the influence’ naast Nicole Kidman in Halina Reijns Babygirl en het contrast is als dag en nacht. Reijns derde speelfilm is een meesterlijke drama/thriller/satire over een vrouw op de rand van de afgrond. Het is een turbulente film, vol emotioneel tumult en opwinding, die het bedwelmende maar ook het giftige van verlangen weet te verbeelden. De rauwe intensiteit van Reijns debuutfilm Instinct (2019) wordt hier nog verder opgevoerd, vooral dankzij het onbevreesde spel van Kidman, die inspiratie lijkt te vinden bij haar gekwelde personage in Stanley Kubricks erotische horror Eyes Wide Shut (1999).
Babygirl speelt een spel met controle en chaos, met macht vergaren en weggeven. De opzet is simpel, de uitwerking uitzonderlijk. Kidman speelt Romy Mathis, een CEO van een techbedrijf. Ondanks een exorbitant inkomen dat al haar wensen in vervulling kan laten gaan, kan ze met haar seksuele verlangens nergens heen. Nadat een nieuwe stagiair (Harris Dickinson) zijn dominante kant laat zien, ontdekt ze een opwinding bij zichzelf die tot dan toe altijd verborgen was. Babygirl toont vervolgens haar dans op de rand van de vulkaan, een symfonie van seksueel verlangen en gevaar, van onderwerping en overheersing. Voor het eerst durft ze op haar ‘duistere’ impulsen in te gaan.
Erotiek is een geraffineerd spel en de verleiding die dat spel aanstuurt, is door Jasper Wolf net zo sterk in beeld gebracht als de ontlading wanneer Kidmans personage eindelijk toegeeft aan haar verlangens. Babygirl is een film over macht, waarin Reijn seksuele dominantie en rituelen moeiteloos laat overlopen in de georganiseerde dominantie en rituelen binnen het bedrijf. De ironie waarmee ze dat doet, doet nog het meest denken aan de betere films van Paul Verhoeven. Reijn toont zich een meesterlijk satiricus en een vlijmscherp filmmaker.
Babygirl is naar verwachting in 2025 in de Nederlandse bioscopen te zien. Maria heeft nog geen Nederlandse distributeur.