Matthew Heineman over A Private War

Eerbetoon aan oorlogscorrespondent die keer op keer haar leven riskeerde voor de waarheid

Director Matthew Heineman of “Cartel Land”

A Private War is een eerbetoon aan de in 2012 omgekomen oorlogscorrespondent Marie Colvin maar ook een reminder aan de horror die zich in Syrië voltrekt.

Oorlogscorrespondent Marie Colvin maakte reportages die we nauwelijks durfden te zien – de laatste tien jaar van haar carrière met maar één werkend oog. In Sri Lanka raakte ze gewond toen ze van het front van de Tamil Tijgers probeerde over te steken naar de linies van regeringssoldaten. “Ik ben een journalist”, riep ze nog, maar het hielp niet. Het is een even spectaculaire als pijnlijke scène in de biografische verfilming A Private War waarin debuterend speelfilmregisseur Matthew Heineman (Cartel Land, City of Ghosts) de in 2012 omgekomen Colvin eert. We bellen met hem in New York.

Over uw documentaires zegt u dat de nare beelden die je ziet tijdens het filmen je altijd bijblijven als maker. Hoe werkt dat bij fictie? “Dat is niet anders, alles aan dit verhaal is echt. We hebben alles wat er aan researchmateriaal te vinden was gekeken. Tijdens het maken van mijn documentaires heb ik genoeg oorlog gezien. Voor A Private War is in Jordanië gefilmd, maar de sets waren hyperrealistisch. In veel bijrollen zie je echte vluchtelingen uit de oorlogen die we hebben geënsceneerd. Dat geeft de film een emotionele authenticiteit. Zo praat Rosamund Pike, in de rol van Marie, met een vrouw die over het verlies van haar kind vertelt. Dat is haar eigen verhaal, dat is niet verzonnen en daarmee ontzettend intens.”

Vriend en fotograaf Paul Conroy was bij Marie toen zij omkwam in Homs. Hij was er ook constant bij op de set. Hoe was dat? “Het was de bedoeling dat hij voor een paar dagen langs zou komen, maar uiteindelijk is hij de hele draaiperiode gebleven. Paul was een waardevolle bron, niet alleen voor Jamie Dornan die hem in de film speelt, maar voor de cameraman, voor mij, voor iedereen. Hij gaf ons zoveel details die zowel de decors als onze versie van hem en van Marie alleen maar sterker maakten.”

Zoals wat? “Het tapijt in het mediacentrum in Syrië, de duistere humor en de gesprekken die hij en Marie hadden, de kleding, alles.”

Klopt het dat het zo realistisch werd dat Rosamund Pike het op een gegeven moment niet meer trok en wilde stoppen met filmen? “Ja, dat moment was heel rauw. In de scène moest een man reageren op de dood van een kind. Het werd gespeeld door een man uit Homs die zijn neefje op diezelfde manier had zien sterven. De emoties en het trauma die hij meenam naar de set, het was ondraaglijk.
“Rosamund liep weg van de set en zei ‘Ik weet niet of ik dit aankan, de scheidslijn tussen fictie en werkelijkheid is te vaag.’ Ik begreep wat ze voelde. Wat zij doormaakte had ik zelf meegemaakt bij het maken van mijn documentaires. Je instinct vertelt je om de camera neer te leggen en je personages de ruimte te geven. Maar je verplichting als filmmaker is om de waarheid vast te leggen en te blijven draaien.”

Is de film gelukt, als biografie? “Dat is niet hoe ik het heb benaderd, het is geen samenvatting van haar leven. Het is meer een zoektocht naar de paradoxale verslavingen van Marie, het maakte haar briljant, maar ook zo getormenteerd. Ik wilde het fantastische werk dat zij deed laten zien, maar ook het effect dat het op haar had. A Private War is een liefdesbrief aan de journalistiek, juist in deze tijden van post truth, en een eerbetoon aan Marie die keer op keer haar leven riskeerde voor de waarheid. En dat moest zo authentiek mogelijk.”

Voor u kwam de pijn van de verhalen nooit te dichtbij? “Jawel, soms doet het pijn. Maar het is ook urgent om die werkelijkheid over te brengen. Zoals ik al zei, veel van de bijrollen werden ‘gespeeld’ door vluchtelingen. Ik bracht veel tijd met ze door om hun verhaal te leren kennen, om een oprecht verhaal te kunnen vertellen over de oorlogen waar zij vandaan zijn gevlucht. Wat dat betreft was het niet anders dan in mijn documentaires; deze mensen wilden ook gehoord worden. Daarmee is de film niet alleen een ode aan de journalistiek, maar ook een reminder aan de horror die zich in Syrië voltrekt. De film eindigt in Homs, waar Marie omkomt terwijl ze verslag doet van de gruwelen die Assad zijn volk aandoet. Die zijn er sinds 2012 niet minder op geworden. Die bombardementen vinden nog steeds plaats. Meer dan 500,000 onschuldige burgers zijn inmiddels om het leven gekomen. Marie vocht voor hun verhalen, ik hoop dat deze film haar strijd daarvoor een beetje voort kan zetten.”