Hoofdanimator Kim Keukeleire over Isle of Dogs

'Deze film is gedurfder dan Andersons vorige animatie'

Een leger aan ontwerpers en designers werkte aan Isle of Dogs, Wes Andersons stop-motion-ode aan Japan. Het was aan lead animator Kim Keukeleire om de personages tot leven te laten komen. “Als Anderson ziet dat je zijn instructies kunt volgen, gaat het werk bijna vanzelf.”

Je kunt over elke film van Wes Anderson (Moonrise Kingdom, The Grand Budapest Hotel) zeggen dat het een feest voor het oog is, maar Isle of Dogs slaat alles. Met meer dan 240 sets en 1.000 poppen is Andersons tweede stop-motion-animatiefilm een van de meest ambitieuze films in z’n soort.

Talloze production designers, set- en poppenontwerpers werkten jaren aan het overtuigend verbeelden van Japan in de nabije toekomst, waar honden zijn verbannen naar een onbewoond vuilniseiland. De ontwerpen zitten vol minutieuze details: de zijden texturen van Japanse interieurs, de 247 sproetjes op het gezicht van een Amerikaanse uitwisselingsstudent en de ontelbare echte haren op de poppen van de honden suggereren duizenden uren aan handarbeid.

Gigantische animatieklus
Ongeveer duizend poppen zijn voor Isle of Dogs gemaakt, met een metalen skelet, een siliconen huid en speciaal ontworpen kleding (of vacht). Het was aan 27 stop-motionanimatoren om al die poppen te laten bewegen, een shot per beeldje, 25 beeldjes per seconde, 6.060 seconden in totaal. “Ik sta altijd versteld wanneer onze poppen tot leven komen”, vertelt een van de ontwerpers in een achter-de-­schermen-video die een kijkje in de Londense studio geeft waar Isle of Dogs werd voorbereid.

De Brusselse animator Kim Keukeleire, die eerder als Chief Animator onder meer aan Ma vie de Courgette (2016) werkte, was een van de hoofdverantwoordelijken om die gigantische animatieklus te klaren. En wel vóór de première van Isle of Dogs als openingsfilm van de Berlinale. Na de première sprak ze vanuit Brussel over haar tweede samenwerking met Wes Anderson na Fantastic Mr. Fox (2009): “Doordat ik hem nu beter ken, weet ik wat voor soort animatie hij van mij wil zien.”

Wie bij Isle of Dogs moet denken aan het thematisch soortgelijke Chicken Run (2000), Dreamworks’ eerste uitstapje in stop-motionanimatie van Peter Lord en Nick Park, zit warm. Aan die film, over een pompeuze machokip (met de stem van Mel Gibson) die helpt om naar vrijheid snakkende boerderijkippen te laten ontsnappen uit een kippenboerderij, werkte Keukeleire al als assistent-animator. Een paar jaar en een paar klussen later werd ze gevraagd om deel te worden van het animatieteam voor Andersons Fantastic Mr. Fox (2009). Nu is ze de Lead Animator bij Isle of Dogs. Het verschil in functie brengt vooral meer verantwoordelijkheden met zich mee, vertelt ze. “Waar je aan werkt en hoeveel je moet overzien waar anderen aan werken is het grootste verschil. Als Lead Animator doe ik wezenlijk niet zo veel anders, maar ik animeer nu wel de belangrijkste personages: de honden en het twaalfjarige jongetje Atari.”

Echte honden
Vergeleken met het werk aan Fantastic Mr. Fox, die zich afspeelt in het dierenrijk zoals geschetst door Roald Dahl, bracht het werk aan Isle of Dogs wel nieuwe uitdagingen met zich mee. “Het grootste verschil was dat de dieren in Fantastic Mr. Fox antropomorf zijn, wat wil zeggen dat ze zich als mensen gedragen. Ze lopen op twee benen, dragen kleding en houden voorwerpen vast. De honden in Isle of Dogs doen dat niet. Het zijn echte honden die op vier poten lopen.” Daar lag de grootste uitdaging: “De loopjes van de honden moesten passen bij hun persoonlijkheden.”

Isle of Dogs zit vol met zulke details. In een geweldige scène bereidt een chefkok stukjes sushi. Die shots zijn net zo chirurgisch gemaakt als de verse vis die in de film wordt opgediend. Het geeft aan hoe perfectionistisch het team te werk ging om Andersons ode aan Japan te visualiseren. Keukeleire merkt dan ook dat Anderson is gegroeid in zijn rol als stop-motionregisseur: “Sinds Fantastic Mr. Fox heeft Anderson veel geleerd over stop-motion. Hij gebruikt alle unieke eigenschappen van het medium nu meer ontspannen en vanzelfsprekend. Bovendien wist hij dat hij veel verder kon gaan om zijn team te pushen. Bij Mr. Fox was hij terughoudender. In veel opzichten is deze film gedurfder dan Andersons vorige animatiefilm. Ik denk dat het komt omdat hij meer vertrouwd is met de techniek die erachter schuilt.”