Ali Asgari over Terrestrial Verses
'Filmmaken is voor mij verzet'
Een krachtig geluid klinkt op uit deze bescheiden film, die aan de Iraanse autoriteiten een voorspelbare reactie ontlokte. Ali Asgari ligt er niet wakker van. “Ik zie het als onderdeel van mijn vak.”
In bijtend rake miniatuurtjes toont Terrestrial Verses (Ayeh haye zamini) de alledaagse absurditeit van een leven onder een autoritaire theocratie. Of het nu een sollicitatiegesprek is, de verlenging van een rijbewijs of een geboorteaangifte: voor Iraanse burgers mondt elke situatie uit in een vernederende confrontatie met een ideologie die individuen iedere notie van persoonlijke vrijheid wil ontnemen.
De situaties die regisseurs Ali Asgari en Alireza Khatami schetsen zijn pijnlijk, ergerlijk en onweerstaanbaar grappig. En ja, er mag gelachen worden, vindt Asgari, met wie we begin dit jaar op IFFR over de film spraken. “Iraanse bezoekers lachen het hardst om de film. Voor hen is het levende realiteit.”
Coregisseur Alireza Khatami was ook al de coscenarist van uw vorige film Until Tomorrow [2023]. Hoe ontstond die samenwerking? “We zijn al goed bevriend sinds 2017, toen we allebei een film hadden op het filmfestival van Venetië. We raakten in gesprek en ontdekten dat we veel gemeen hadden. We horen allebei tot een minderheidsgroep in Iran en komen uit een gezin met een streng religieuze, autoritaire vader. We besloten om iets te doen met die gedeelde achtergrond en zo begonnen we samen aan het script voor Until Tomorrow.
“Daarna wilden we de samenwerking voortzetten. Intussen was Alireza, die in Canada woont, bezig met een aanvraag voor een film in Iran, maar daar kreeg hij geen toestemming voor. Er zit een scène in Terrestrial Verses met een filmmaker bij het ministerie voor Cultuur – dat is precies wat hem overkwam. Op de afdeling censuur begonnen ze scènes te schrappen. Het was een film over een man die zijn vader wil vermoorden, omdat die zijn moeder zo overhoop schopte dat ze verlamd raakte. Alireza moest van de censor zoveel schrappen dat hij besloot: dan maak ik deze film niet. Hij was enorm teleurgesteld en wilde terug naar Canada. Toen stelde ik voor samen iets kleins te maken, zonder vergunning. We schreven een week of drie, en we maakten de film.”
Dat klinkt simpel. Maar hoe doe je dat in Iran, een film maken waar je geen vergunning voor hebt? “Je móet een vergunning aanvragen, maar dat deden we niet. Want dan moet je een hele procedure doorlopen en we wilden niet opnieuw een jaar of twee wachten voor we wisten of we onze film mochten maken of niet. Dus besloten we er lak aan te hebben en iets te schrijven wat we binnen een paar maanden konden realiseren. Deze film hebben we in zes dagen gedraaid, uitsluitend binnen, met een kleine crew.”
Zodat niemand ervan hoefde te weten. “Precies.”
De scènes zijn uit het leven gegrepen? “Alle verhalen in de film zijn ervaringen van Alireza en mij, onze familie of onze vrienden. We hadden aanvankelijk vijftien van zulke verhalen, daar zijn er negen van overgebleven. Omdat de formule zo streng is, waren we bang dat het anders te lang zou worden en de aandacht zou verslappen. De scènes die bleven, waren die waarin er voor de personages iets persoonlijks op het spel staat.”
Met ‘streng’ bedoelt u dat alle scènes eenzelfde vorm hebben, met één personage in beeld en de camera als het ware vlak naast hun gesprekspartner, degene die vanuit een machtspositie spreekt en die we nooit te zien krijgen. Wat is de reden voor die keuze? “Daar zitten verschillende ideeën achter, maar de belangrijkste is: al deze mensen zijn het product van dezelfde ideologie. Zij zijn allemaal vertegenwoordiger van de macht, van een autoriteit die alles bewaakt. Door ze niet te tonen wordt het mogelijk om ze allemaal met elkaar te verbinden, en worden ze voor het publiek tegen het eind van de film één persoon. En tegelijk is het zo dat de kijker zichzelf in de schoenen van deze persoon gaat plaatsen, zodat het voelt alsof je zelf de interviews afneemt. Bovendien is het belangrijk dat je van de andere persoon, die in een zeer absurde situatie zit, juist elke reactie ziet. Elk detail van hun gezicht, hun handen, alles wat ze doen, heeft voor het publiek betekenis. Daarin zie je hoe deze mensen soms vernederd worden, hoe ze vechten, hoe ze worstelen. Ons idee was dat het publiek zich op die manier sterk kan verbinden met dat personage.”
De scènes zijn vaak ook ontzettend grappig, op een wrange manier. “Jazeker. We vonden het belangrijk dat het publiek ook ziet hoe komisch absurd de situatie is. Het is een groteske. Dus we zijn blij als het publiek in de zaal lacht. We hebben het geschreven als een zwarte komedie, sommige acteurs zijn ook komedieacteurs. Ik denk dat de humor het publiek helpt om met de personages te sympathiseren.”
De titel plaatst hun worsteling met een onwrikbare autoriteit ook in een soort kosmisch perspectief. “Die titel komt van een gedicht van Forough Farrokhzad, dat een apocalyptische toestand beschrijft die wij vonden passen bij de film. We houden allebei erg van poëzie en dat zit door de hele film heen. Bovendien kun je de afzonderlijke vignetten waaruit hij bestaat zien als de verzen van een gedicht.”
Een van de personages weet de machtsbalans te kantelen, met hetzelfde wapen dat vlak ervoor tegen haar werd gebruikt. Dat dat de enige uitweg is, vond ik in zekere zin ook deprimerend. “De personages in de film verzetten zich tegen de macht, ieder op hun manier. Wat zij doet is een daad van verzet. De nieuwe generatie in Iran, en dan vooral de meisjes, vecht terug. Deze generatie is heel anders dan de vorige generaties, ze accepteren niet meer wat hun wordt gedicteerd. Ze verzetten zich, ze vechten, en soms winnen ze. Dat wilden we ook in de film laten zien.”
Na de première in Cannes kwam u zelf terecht in een situatie die zo in de film had gekund. Wat gebeurde er precies en hoe ziet het er nu voor u uit? “Na Cannes kwam ik terug in Iran, en op het vliegveld werden mijn paspoort, laptop, mobiele telefoon en nog wat persoonlijke bezittingen in beslag genomen. En ik moest me melden bij de binnenlandse veiligheidsdienst. Na een hele hoop verhoren kreeg ik na acht maanden mijn spullen weer terug; ook mijn paspoort, waardoor ik weer kan reizen. Maar ik mag geen films meer maken. Wat betekent dat ik geen vergunning krijg om een film te maken – maar ik heb nooit een vergunning aangevraagd. In die zin maakt het voor mij niet uit.
“Er is gedreigd dat het een volgende keer moeilijker voor me wordt, maar ik zal meer films maken. Want filmmaken is voor mij verzet. Als ik geen films meer zou maken zou dat heel droevig zijn, maar ik raak niet gedeprimeerd als ze mijn paspoort confisqueren. Ik zie dat als onderdeel van mijn vak. Ik wil in vrijheid films maken en niet zwichten voor de druk van de censuur. En als je vrij wilt zijn, heeft dat consequenties. Niet dat dat eerlijk is, maar het hoort bij wat ik doe. Ik haal vaak Descartes aan, die zei: ‘Ik denk, dus ik besta.’ Voor mij is filmmaken een existentiële kwestie: ik maak films, dus ik besta.”