Godsdienstwaanzin

Valse hoop

  • Datum 12-07-2017
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Mary: Juliette Binoche in Jeruzalem

Hoort religie thuis op de lijst van gevaarlijke drugs? In Abel Ferrara’s Mary komt een actrice niet meer los van haar rol van Maria Magdalena. Het is niet de eerste film over religieuze ontsporingen. Over godsdienstwaanzin in films.

"In plaats van te veel heroïne heb jij te veel God genomen." In The rapture (De vervoering, 1991) legt echtgenoot Randy in één zin het probleem van zijn vrouw Sharon bloot. De film van Michael Tolkin, die we kennen als scenarist van Robert Altmans The player, gaat over religieverslaving. The rapture vertelt ogenschijnlijk het soort verhaal dat we kennen van EO-uitzendingen over mensen die plotseling God zien. Hij zag hen dolen en besloot hen in Zijn kudde op te nemen. En voortaan was er licht en vrede in hun leven.
The rapture
, dat zich afspeelt in Los Angeles, gaat over de jonge vrouw Sharon die een saai baantje heeft als telefoniste. De verveling bestrijdt ze door zich met haar vriendje uit te leven in het swingers-circuit. Maar de partnerruilfeestjes bevredigen haar niet en ze raakt gedeprimeerd. Wat heeft het leven voor zin? Als het haar teveel wordt, steelt ze een revolver om zelfmoord te plegen. Makkelijker gezegd dan gedaan, want ze durft de trekker niet over te halen.
Als ze totaal in de vernieling op de bodem van de put ligt, grijpt God in. Hij leidt het afgedwaalde schaap terug naar de kudde. Sharon wordt door Hem aangeraakt en bekeert zich tot het fundamentalistische christendom. In EO-uitzendingen is dit reden voor ‘loof de Heer, want Hij is groot’-gejubel, maar in The rapture gaat het na Sharons bekering pas goed bergafwaarts. Aanvankelijk verloopt haar leven als het christelijke born-again-cliché: ze trouwt met een even bevlogen christen, krijgt een dochtertje, dat natuurlijk Mary heet, en prijst veelvuldig de Heer. Het gaat mis als haar man wordt vermoord en Sharon in de gruweldaad het signaal ziet dat de Apocalyps nadert. Met Mary trekt ze de woestijn in om op Zijn wederkomst te wachten. God bouwt de spanning op door niet te verschijnen. Als Mary er na twee weken genoeg van heeft en nu eindelijk eens haar vermoorde vader in de hemel wil ontmoeten, wil Sharon er wel voor zorgen. Ze vermoordt haar dochtertje en doet weer een vergeefse zelfmoordpoging.
Na dit dieptepunt van godsdienstwaanzin heeft The rapture voor gelovigen nog een akelig slotakkoord. Als de Apocalyps alsnog komt en Sharon voor God staat, zien we geen liefdevolle Heer. De vrouw veegt God de mantel uit: waar was Hij toen ze in de woestijn op Hem wachtte? Waarom weerhield Hij haar er niet van haar dochtertje te vermoorden? God blijkt niet gediend van kritiek en eist onderwerping en liefde. Omdat Sharon dat weigert, is er voor haar geen plaats in de hemel. De hemelpoort sluit zich en tot in alle eeuwigheid zal Sharon gescheiden blijven van man en kind.

Dekmantel
The rapture
gaat over religieuze waanzin. Door haar dochtertje te vermoorden, denkt Sharon in de geest van God te handelen. Natuurlijk: de vrouw is psychisch gestoord, misschien zelfs psychotisch, maar haar handelen zegt ook iets over religie. Blijkbaar lokt religie krankzinnige opvattingen en handelingen uit. Hoe dik is de grens tussen religie en waanzin? Zestig procent van de Amerikanen gelooft letterlijk in de bijbelse Apocalyps. Men verwacht ooit vier ruiters te zien die de ondergang van de wereld aankondigen. Godsdienstwaanzin of normale religieuze overtuiging? En hoe moeten we de collectieve religieuze woede rond een paar spotprenten over Mohammed interpreteren? Godsdienstwaanzin of normale religieuze gevoeligheid?
We dwalen af, want in films over godsdienstwaanzin gaat het altijd over individuen. Ze verlopen volgens een vast patroon: zondig leven, crisis, bekering. Opmerkelijk is dat bekering nooit een rationele keuze is, maar altijd een ingreep van boven. God roept en het personage kan geen weerstand bieden. Hij heeft geen vrije wil meer, maar is een werktuig in Gods handen. Hij hoeft zich dus ook niet te verantwoorden voor zijn daden. Voor klachten over hem moeten we bij God zijn. Religie als afschuifsysteem.
Zoals in de film The apostle van Robert Duvall. Daarin speelt Duvall in een Texaans stadje een fundamentalistische charismatische prediker. Zijn religieuze peptalk valt in vruchtbare aarde, zodat kerkdiensten swingende bijeenkomsten worden. Religie is hier geen opium van het volk, maar speed en cocaïne. De kerkgangers adoreren de evangelist, maar achter de bijbelse façade huist een gewelddadige narcist. Als zijn vrouw, die van hem wil scheiden, het aanlegt met een jonge geestelijke, kan deze het spoedig niet meer navertellen. De moordenaar vlucht naar Louisiana en sticht onder een andere naam een nieuw kerkje, waar de gelovigen ook weer snel dansend op de banken staan. In The apostle stelt religie een gevaarlijke narcist in staat zijn stoornis uit te leven. Is er een betere dekmantel voor gestoord gedrag dan religie?

Radicaal
De een gelooft in kabouters, de ander in God. Het bestaan van beiden valt niet te bewijzen. Toch nemen we het geloof in God serieus en dat in kabouters niet. Er is maar één verklaring voor: God voorziet in een belangrijkere behoefte dan kabouters. Hij moet de leegte in het menselijk bestaan dempen. Filmmakers hebben dat goed begrepen, want God duikt niet op als personages zich gelukkig voelen, maar alleen als ze in een diepe crisis verkeren. Pas als een personage op de bodem van de put ligt, werpt God een touw. Eerst moet er gehoereerd, gesnoven, gezopen en gespoten worden.
Bad lieutenant
van Abel Ferrara is het schoolvoorbeeld van deze goddelijke praktijk. De film voert een corrupte, cocaïneverslaafde New Yorkse politieagent op (Harvey Keitel), die, als hij op alle fronten aan de grond zit, in een kerk huilend ter aarde stort. In een hallucinatie verschijnt Jezus, tegen wie de ingestorte antiheld een verwarde monoloog over schuld en boete afsteekt. De suggestie dat hij gezuiverd verder kan, zegt veel over Ferrara’s katholieke achtergrond. In Ferrara’s Mary, vanaf 2 maart te zien, gebeurt iets soortgelijks met een talkshowhost. Ook hij bezoekt een kerk als hij in een zware crisis verkeert. Huilend richt de man, die wroeging heeft over zijn misstappen, zich tot een kruisbeeld: ‘Ik smeek je: straf me!’ God wordt hier aangeroepen als een externe instantie, die als een rechter een oordeel moet uitspreken. Het is een menselijke poging om de verantwoordelijkheid voor eigen daden buiten zichzelf te leggen. Natuurlijk is het een illusie, want de mens is verantwoording schuldig aan zichzelf. Bad lieutenant en Mary suggereren een redding die er niet is. Als het geven van valse hoop strafbaar was, zag het er voor religies slecht uit. Juist het inzicht dat de mens uiteindelijk niets aan religie heeft, maakt Batalla en el cielo van de Mexicaan Carlos Reygadas tot zo’n radicale film. Hoofdpersoon Marcus, die een baby ontvoerde, waarna het kind stierf, kruipt op zijn knieën naar een kathedraal om zijn geweten te ontlasten. Hij weet dat het vergeefse moeite is, omdat hij beseft dat religie een menselijke uitvinding is.
Regisseur Reygadas prikt de religieuze illusie door dat schuldbesef kan worden uitgewist. Zijn ontkenning van spirituele verzoening maakt hem veel radicaler dan Abel Ferrara, die blijkens Mary gelooft in de helende werking van religie. De film voert een New Yorkse actrice op (Juliette Binoche), die in een film over Jezus de rol van Maria Magdalena speelt. Ze identificeert zich zo sterk met het bijbelse personage, dat ze na de opnamen in Jeruzalem blijft. Ze wandelt en keuvelt gezellig met andere vrouwen op het strand, doet mee aan joodse rituele feesten en staart vaak in de verte. Godsdienstwaanzin? Ferrara presenteert haar als iemand die een zinloos, leeg, westers bestaan heeft ingeruild voor een rijk spiritueel leven. Waarom is in een soepjurk over het strand lopen, in Jeruzalem over de markt slenteren en met een oneindige blik naar de horizon turen, zinvoller dan acteren in New York? Het zou ons niet verbazen als deze actrice in haar religieuze euforie net als Sharon in The rapture wachtend op de Apocalyps in de woestijn eindigt. Gelukkig heeft ze geen dochtertje.

Jos van der Burg

The rapture en Bad lieutenant zijn in Nederland niet verkrijgbaar op dvd. Batalla en el cielo is nog te zien in de filmtheaters. Mary gaat op 2 maart in première.