Digna Sinke zeventig jaar

De kustlijnen van het leven

Digna Sinke. Foto: Friso Keuris

Donderdag 17 oktober was de zeventigste verjaardag van Digna Sinke, de Nederlandse Agnès Varda. Daarom blikken we terug op haar films, waarin het verdwijnende landschap en weemoed zo’n belangrijke rol spelen. Ze laat ons de maakbaarheid van de natuur zien en de grilligheid van de menselijke natuur, die met bemodderde kaplaarzen door de ordening heen stampt.

Landschappen en natuur zijn omringd door een wildgroei aan romantische ideeën. Zo woekert ons verlangen naar het sublieme, ongerepte landschap waar we in contact staan met iets wat groter is dan onszelf. Of we houden het juist kleiner: het landschap uit onze jeugd dat we het liefst niet zien veranderen, zodat we niet geconfronteerd worden met het verval dat het leven ook noodzakelijkerwijs is. Kon je maar door dezelfde polder wandelen waar Nescio grasduinde. Het verbaast niet dat regisseur Digna Sinke in 1987 Nescio’s De uitvreter bovenaan zette in haar Leeslijst Top-10 voor Vrij Nederland. Ook Sinke struint door onze polders, de camera altijd in de aanslag om de veranderingen vast te leggen en daarmee in één moeite door het landschap juist te bewaren.

Verdwijnen en bewaren lopen als een rode draad door haar werk. In After the Tone (2014) is een architect verdwenen en zijn alleen zijn voicemailberichten bewaard gebleven. Haar documentaires over het Zuid-Hollandse eiland Tiengemeten, waar de boeren moesten wijken voor natuur, zitten vol met strak gekadreerde dijken en kaarsrechte landweggetjes die inmiddels in een natuurgebied zijn veranderd. In het schitterende Weemoed & wildernis (2010) verweeft ze het verdwijnende landschap van Tiengemeten met haar persoonlijke rouwproces rond het overlijden van haar vriend en producent René Scholten van Studio Nieuwe Gronden, dat ze later herdoopte tot SNG Film en nu, samen met haar zeventigste verjaardag, haar veertigjarige jubileum viert.

Bewaren – of hoe te leven

Sinke’s films lijken pogingen om vast te houden. Sinke vertelde me vorig jaar bij het verschijnen van Bewaren – of hoe te leven (2019), een documentaire over het bewaren van spullen en het einde van bezit: “In mijn documentaire Niets voor de eeuwigheid uit 1991 [over de geschiedenis van de industriële ontwikkeling in Nederland] zeg ik al: kijk maar goed om je heen, iedere dag kan de laatste zijn van de dingen die je ziet. Schenk er nog maar even aandacht aan want straks is het weg. Het zit ook in mijn eindexamenfilm Groeten uit Zonnemaire (1972), waarin een vrouw teruggaat naar haar geboortedorp en ziet dat er van alles is veranderd. Ze staat bij een sluisje waar ze vroeger zwom en dat nu in een totaal ander landschap ligt.”

In bijna al haar films zit wel een sluis, een veerman of water. “Ik kom daar zelf ook pas gaandeweg achter”, zei ze er eerder dit jaar over. “Heel gek hoe die dingen opeens gaan opvallen. Ik kan het wel verklaren: ik ben natuurlijk op een eiland [Schouwen-Duiveland] geboren. Waar je vandaan komt, draag je met je mee. Dat fascineert me al heel lang. Hoe landschap mensen beïnvloedt.”

Atlantis

Vroeger is verboden
Ook haar speelfilm Atlantis (2009) stelt vragen over opgroeien en hoe te leven. Vragen die vooral voor adolescenten van waarde kunnen zijn, maar waar inmiddels opgegroeide twijfelaars ook mee uit de voeten zouden kunnen. Atlantis is ergens in de toekomst gesitueerd, in een overgereguleerde Brave New World waar “vroeger verboden is” en waar de tijd lijkt stil te staan. Op billboards bij de galerijflats staan nietszeggende leuzen: ‘eenheid = kracht en vooruitgang’. Kranten zijn verboden, want optimisme is een morele plicht geworden voor de bevolking. Negatieve berichten zouden alleen maar verwarring zaaien en zieltjes breken. De enige remedie is: ordening.

Sinke had niet kunnen bevroeden dat de toekomst er vandaag de dag heel anders uitziet – geen orde en een duidelijk opgelegde ideologie maar chaos en desinformatie waarbij dictatoriale machthebbers zichzelf opwerpen als gids door de zelfgecreëerde wanorde. Zij bieden geen toekomstbeeld maar spelen in op de hang naar een verleden dat nooit heeft bestaan.

In Atlantis heeft een oude vrouw (Annemarie Prins) een wijzere les over het verleden voor hoofdpersonage Xenia: “Wat je vandaag bent is wat je in het verleden gedaan hebt. Wat je in de toekomst bent, dat doe je vandaag.” Ook dit Atlantis lijkt wel wat op het eiland Tiengemeten. Atlantis is eenzelfde toonbeeld van de menselijke ordening en maakbaarheid van de natuur. Strakke akkerlijnen en steile dijkhellingen weet Sinke ook hier weer bijzonder mooi uit te lichten, net als de geometrische patronen van een roltrap en verlaten aanlegsteigers.

Onder de oppervlakte

Aangevreten kustlijn
In haar documentaire Onder de oppervlakte toog Sinke naar nog een boerenlandschap dat in natuur moet veranderen: de Hedwigepolder in Zeeland, dat jaren speelbal was van krachten die ieders begrip te boven gaan. Niet alleen de getijden eten aan het land, ook Nederland en België trekken al jaren aan het stuk landbouwgrond dat ‘aan de natuur moet worden teruggegeven’, zo reconstrueert Digna Sinke in haar grondige documentaire. Sinke heeft veel mooie jeugdherinneringen aan de omgeving. Als meisje keek ze met haar moeder eens zes uur lang naar de getijdenbeweging die bijna onmerkbaar plaatsvond. In haar documentaire zien we alleen de oppervlakte, de meeste beweging zit daaronder en is onzichtbaar, zegt Sinke zelf al.

Sinke vraagt zich terecht af wat de intriges rond de Hedwigepolder ons leren over de veranderende politiek. Door globalisering verschuift de macht, denkt Sinke hardop in een voice-over, politici zeggen nu vooral wat mensen willen horen. Emoties zijn belangrijker dan feiten. Kranten besteden voornamelijk aandacht aan incidenten en geven zelden een analyse. Doe ik daar niet zelf aan mee? vraagt ze zich vertwijfeld af. Haar journalistieke reconstructie is vanwege de onderlinge richtingenstrijd net zo verbrokkeld als de aangevreten kustlijn van het betwiste boerenland. De menselijke natuur is nog grilliger.

After the Tone

Parkeerplaats
In haar speelfilm After the Tone (2014) speelt de locatie ook een hoofdrol. Op de geluidsband horen we alleen de voicemails op de telefoon van de spoorloos verdwenen architect Onno. In beeld zien we steeds de locatie van degene die het bericht inspreekt, maar niet de spreker zelf. Sinke vertelde voor de vertoning van After the Tone op het filmfestival van Rotterdam dat ze verbaasd was dat ze zo hoog in de publieksenquête van het festival terecht was gekomen. Ze had tijdens het maken van de film helemaal niet aan het publiek gedacht.

Toch werd haar speelfilm – ondanks het ontbreken van zichtbare acteurs – heel toegankelijk. Het verhaal over de mysterieuze verdwijning van de architect moeten we zelf samenstellen uit de ingesproken berichten. De bijzondere manier waarop de locaties zijn gefilmd doet ook denken aan Weemoed & wildernis: ditmaal strak gekadreerde beelden van een kil kantoorgebouw, een overslaghaven, een rijtjeshuis met verlaten plantsoen, de parkeerplaats van een Makro.

Haar inspirerende kijk op de wereld die zich vlak onder je neus afspeelt, doet denken aan de manier waarop een bioloog naar de stad kan kijken. Net zoals vele stadsdieren en -planten zich verrassend snel evolutionair weten aan te passen aan bakstenen en beton, lopen bij Sinke steden, boerenlandschap en natuur ook non-hiërarchisch door elkaar. Alles telt mee.


Biografie

Digna Sinke werd geboren in Zonnemaire (Zeeland) in 1949. Na het gymnasium in Utrecht, ging ze naar de Nederlandse Film-en Televisieacademie in Amsterdam. Ze studeerde daar in 1972 af met de korte film Groeten uit Zonnemaire. Haar film De Stille Oceaan draaide in het competitieprogramma in Berlijn (1984). Haar speelfilm Belle van Zuylen won in 1994 de Grote Prijs op het festival van Mannheim.

Vijftien jaar lang volgde ze de ontwikkelingen op het eilandje Tiengemeten, dat van landbouwgebied omgevormd werd tot natuurgebied. Haar documentaire Weemoed & wildernis, het laatste deel van dit langlopende project, won de prijs voor beste documentaire op het FIFE-festival in Parijs (2010) en in Freistadt (2011). Haar speelfilm After the Tone werd in 2014 geselecteerd door het filmfestival van Rotterdam. De documentaire Onder de oppervlakte ontving een nominatie voor het Gouden Kalf (2016).

Na het overlijden van producent René Scholten (2001) nam Sinke het filmproductiebedrijf Studio Nieuwe Gronden (nu: SNG Film) over, en is ze ook werkzaam als producent. Sindsdien produceerde ze meer dan twintig films, waaronder Ik wil gelukkig zijn (2015) en Droom & daad (2012) van Annette Apon, Tanzania transit (2018) en Wavumba (2012) van Jeroen van Velzen, De engel van Doel van Tom Fassaert (2011), Winterstilte van Sonja Wyss (2009) en Snelweg NL van Ben van Lieshout (2019).