Sebastian Meise over Grosse Feiheit

'De Duitse criminalisering van homo’s was puur Kafka'

Sebastian Meise

De Oostenrijkse filmmaker Sebastian Meise focust in zijn met de Un Certain Regard juryprijs bekroonde tragische liefdesverhaal Grosse Freiheit op de verwoestende impact van paragraaf 175 van het Duitse Wetboek, dat geslachtsverkeer tussen twee mannen strafbaar stelde. “De criminalisering van homoseksuelen is een blinde vlek in de Duitse geschiedenis.”

Het persoonlijke en het politieke, het sensuele en het rauwe, het historische en het universele overlappen in Grosse Freiheit. Sebastian Meise’s in tragiek gedrenkte liefdesverhaal, dat zich over meerdere decennia uitstrekt, legt een vergeten stuk Duitse geschiedenis bloot. De wetgeving criminaliseerde homoseksualiteit jarenlang waardoor celstraf een reële dreiging was.

Protagonist Hans Hoffmann wordt aan het einde van de Tweede Wereldoorlog van Auschwitz overgebracht naar de gevangenis en keert daar tot eind jaren zestig geregeld naar terug. “Het is nooit gemakkelijk geld te vinden voor een film maar het thema vormde zeker geen hindernis”, vertelt Meise ons in Gent. “Integendeel: producenten beseften dat dit verhaal nog nooit verteld was.”

Grappend stelt protagonist Hans zijn vriend voor te vluchten naar de DDR, waar homoseksualiteit niet strafbaar was. Het is choquerend te ontdekken dat West-Duitsland zo lang vasthield aan paragraaf 175 van het wetboek. “Dat choqueerde ook scenarist Thomas Rieder [die ook meeschreef aan Meise’s Stilleben] en mij. We wisten dat homoseksualiteit op een bepaald moment illegaal was, maar niet hoe lang dat duurde. Paragraaf 175 leidde sinds 1969 niet meer tot vervolging maar werd pas in 1994 afgeschaft. Toch werd de criminalisering van homoseksuelen een blinde vlek in de Duitse geschiedenis.”

De film schakelt tussen drie periodes. “Dat doen we om een groot deel van de moderne Duitse geschiedenis te bestrijken en de ontwikkeling van de personages te schetsen. Grosse Freiheit creëert ook een gevoel van verstrijkende tijd om bij het eindpunt te belanden. Het was zwoegen om alles goed te krijgen én hints te geven die toeschouwers onbewust oppikken. De inbreng van de acteurs bleek cruciaal. Bij tijdsprongen moet immers meteen duidelijk zijn in welke gemoedstoestand het personage verkeert. Onzekerheid? Onrust? Berusting? Onmacht? Emoties die iets zeggen over het tijdsgewricht. Terwijl onderlinge blikken aangeven in welke fase van hun relatie Hans en Viktor zitten.”

De film opent met wat een seksscène in een openbaar toilet lijkt. Het blijkt beeldmateriaal opgenomen door de politie. “We wisten dat men in Duitsland werkte met verborgen camera’s om homo’s te veroordelen. Dat materiaal is vernietigd, maar in de Verenigde Staten vonden we beelden die ons inspireerden voor de look en het gevoel. Er is een link met film: het medium is voyeuristisch en in deze scène is de kijker de camera. Dat roept vragen op. Wie is hier pervers? Zijn de personages in beeld viezeriken of de toekijkende politiemannen? En hoe zit het met de toeschouwer?”

U filmde in de moeilijk uit te lichten voormalige gevangenis van Maagdenburg. Céline Sciamma’s DoP Crystel Fournier gebruikt bovendien belichting om de periodes te onderscheiden en verschillende registers te bespelen. “Voor de authenticiteit was het cruciaal te werken in een historisch gebouw en we vonden gelukkig deze oude gevangenis. Tijdens onze lange zoektocht overwogen we in een studio te filmen, een volledig gecontroleerde omgeving, maar voor de atmosfeer was die echte omgeving cruciaal. Voor de look maar ook omdat het team een heel ander gevoel krijgt op een plek die karakter en geschiedenis heeft. Het prikkelt de verbeelding, doet nadenken over de heftigheid van het gevangenisleven. Grosse Freiheit beweegt zich tussen twee genres: de gevangenisfilm en het liefdesverhaal. Dat drukken we visueel uit. Er is enerzijds de hardheid en afstandelijkheid van de gevangenis en anderzijds zijn er de tedere emoties en verbondenheid die voor zingeving zorgen in deze kille wereld. Gevangenisfilms creëren een claustrofobisch gevoel maar via de belichting leggen we ook warme accenten. Crystel werkt vanuit de realiteit. Met warmere bulbs-lampen voor 1945, vuil-geel fluorescerende lichten voor de fifties en killer licht in de sixties. Zo konden we heel subtiel periodes anders doen aanvoelen.”

Eenmaal in vrijheid volgt de steadicam Hans in een dromerige trip door de gangen en kelderruimtes van een nachtclub. “Dat soort darkrooms ontstond toen de vervolging in 1969 stopte en er ontmoetingsruimtes voor homoseksuelen werden gevonden in kelders. Wat me bevalt in de darkroom-cultuur is hoe er met de symboliek van onderdrukking wordt gewerkt. Met tralies, politie-uniformen en kleine ruimtes.”

“Ik had gedacht dat het opwindender zou zijn”, zegt een gevangene bij het bekijken van beelden van de Apollo-maanlanding in 1969. “Historische gebeurtenissen zijn vaak minder dramatisch dan het dagelijkse gevangenisleven. Gevangenen staan ook onverschillig tegenover evenementen die de buitenwereld creëert. Voor mij is het een haast surrealistisch beeld: mensen wandelen op de maan en je hebt nog altijd homoseksuelen in de gevangenis. Dat kan je toch niet vatten!”

Bij het inlassen van Super8 home movies toont u de perforaties. “Omdat alles wat naar de buitenwereld verwijst een found footage-gevoel moet hebben. Het geeft aan dat deze beelden niets te maken hebben met de realiteit van de gevangenis. Bovendien is het de vraag of ze het filmmateriaal dat ze opnamen tijdens hun uitje wel ontwikkeld en bekeken hebben. Daarom toon ik ruw materiaal. Onafgewerkt, ongemonteerd en met inbegrip van de perforaties.”

Heel frappant is dat een homoseksuele gevangene van de nazigevangenis recht naar een naoorlogse gevangenis wordt gevoerd. De staat nam meteen het criminele stigma ontwikkeld door de nazi’s over. “Het feit dat deze mensen de overgang van het ene systeem naar een ander meemaakten, maar nog altijd illegaal waren, interesseerde ons enorm. De geallieerden waren in zekere zin bevrijders, maar wat homoseksuelen betreft deden ze het omgekeerde. Omdat ze gelijkaardige wetten hadden, veranderden de Britten en Amerikanen niets aan de wet die van toepassing was tijdens het naziregime. Daardoor bleef homoseksualiteit strafbaar en golden de opgesloten homoseksuelen als criminelen die van de ene cel naar de andere werden gestuurd. Het blijft straf dat ze toelieten dat homoseksuelen gemarteld en gedood werden. Zo komt de bevrijding in een vreemd licht te staan.”

Het sluit aan bij het feit dat veel verantwoordelijken ook na de oorlog hun banen en functies behielden. “Zij zorgden ervoor dat het systeem bleef bestaan en de overgang wat betreft de repressie van homoseksuelen gewoon doorliep. Maar wat mij het meest choqueerde was dat de geallieerden de mogelijkheid hadden de wetten te herdefiniëren en het niet deden. Ze behielden paragraaf 175, zeiden dat dit legaal was. Waarschijnlijk omdat ze zelf niet zo vrij waren in hun land en hun eigen geest.”

Grosse Freiheit lijkt een Franz Kafka-verhaal. “Inderdaad, het absurde, uitzichtloze gevangenisleven en het genadeloze, onpersoonlijke rechtssysteem komen uit zijn wereld. De criminalisering van homo’s was puur Kafka. Er is ook een link met 1984. In George Orwells dystopische roman voelt alles echt aan terwijl in Grosse Freiheit het reële verleden een eng toekomstbeeld lijkt. Bovendien zit iemand in de gevangenis omwille van liefde. Ook dat is 1984.”

De machteloosheid van het individu illustreert u visueel door de bespreking van een mogelijke vrijlating enkel via de kier van een openstaande deur te tonen. “We gaan die kamer niet in omdat het om een oninteressante bureaucratische bespreking gaat, maar ook omdat de beslissers net als de rechters onbereikbaar zijn. In tegenstelling tot de bewakers, die meer vertrouwd zijn met het leven en de persoonlijkheid van gevangenen. Daarom maken we hen menselijk en complex. Ze zijn niet zwart-wit. Soms gedragen ze zich sadistisch, dan weer empathisch. Ik wilde ook de menselijkheid van de gevangenen benadrukken. Dit is bewust geen puur gewelddadige gevangenisfilm, er zit ook veel warmte en tederheid in. Het is dan ook een liefdesverhaal. Bovendien: dit is Duitsland en niet Amerika. Er zijn conflicten in de gevangenis maar de bendevorming en de wreedheden zijn minder extreem. In de gevangenissen die ik bezocht viel me op dat gevangenen elkaar helpen. Hun streven naar verbinding vormt de onderstroom van Grosse Freiheit.”