Karoline Lyngbye over Superposition
'Een podcast is sexyer dan huisvader zijn'

Karoline Lynbye. Foto: Per Arnesen
In het satirische speelfilmdebuut van Karoline Lyngbye ontmoet een Deens stel op hun nieuwe woonplek in de Zweedse wildernis hun dubbelgangers. Dat kan alleen maar fout aflopen. “Ondanks dat ze verschrikkelijke dingen doen, hoop je dat ze zegevieren.”
Een superpositie is een wetenschappelijke term voor het bijeenvoegen van gelijksoortige natuurkundige grootheden. Dat is precies wat in Superposition gebeurt: twee parallelle werelden lijken door het toeval verenigd. Het echtpaar Stine (Marie Bach Hansen) en Teit (Mikkel Boe Følsgard) treft in de Zweedse wildernis, waar ze naartoe zijn verhuisd om de hectiek van het stadse leven te ontvluchten, hun dubbelgangers. Precies aan de andere kant van het bosmeer naast hun huisje verschijnen nóg een Stine en Teit.
Dat levert dubbele gevoelens op. Nieuwsgierigheid – zouden hun dubbelgangers qua persoonlijkheid op hen lijken? Maar ook een zekere weerzin: ze dachten dat ze met hun zoontje Nemo (Mihlo Olsen) de enige bewoners in het gebied zouden zijn. Nu moeten ze de wouden delen en is hun ervaring niet uniek. Van meet af aan wordt duidelijk dat de Deense filmmaker Karoline Lyngbye in haar speelfilmdebuut de conventies van de genrefilm gebruikt om een maatschappelijk thema aan te snijden.
Groen ontdekken
Het idee dat het gras aan de overkant groener is, is inherent aan de mens en heeft ook te maken met een eigentijds verschijnsel als FOMO, fear of missing out. We willen in onze levens álles proppen. Tijdens het filmfestival van Rotterdam vertelde Lyngbye over de hoge ambities die Denen hebben. “Dat komt deels bij onszelf vandaan, maar het komt ook door maatschappelijke druk. In Denemarken word je gepusht om op jonge leeftijd te beslissen wat je wil. Er zijn zoveel verwachtingen waar je aan tegemoet moet komen. Ik ken veel mensen, inclusief mezelf, die zoeken naar een manier om hieruit te ontsnappen.”
Dat Stine en Teit uiteindelijk terechtkomen in de wildernis, zou je een geprivilegieerde vorm van escapisme kunnen noemen. Het Deense stel – Stine is auteur, Teit is podcastmaker – woonde decennialang in Kopenhagen en weet niets van de natuur. Ze liegen zichzelf voor dat een bestaan ver van de bewoonde wereld voor hen zaligmakend zal zijn. Lyngbye licht toe: “Misschien schamen ze zich in zekere zin voor hun zelfingenomenheid. Ze zijn zo bezig met hun zoektocht naar geluk en zingeving dat ze nooit volledig eerlijk kunnen zijn. Dan zouden ze namelijk nog egocentrischer ogen.”

Stine en Teit zijn uitvergrote karikaturen, die Lyngbye vakkundig inzet voor haar satire. Zo wordt Stine op een gegeven moment door Teit gebombardeerd tot oppas. Zij mag voor het kind zorgen; hij gaat het groen om het huis ontdekken. Want Teit, zo biecht hij op, kent qua boomsoorten eigenlijk alleen de eik en de es. In zulke scènes laat Lyngbye op hilarische wijze doorschemeren dat Nemo bij lange na niet hun hoogste prioriteit is. Ze vertelt hoezeer dat moment uit de film uit haar leven gegrepen is. “Ik heb een meisje van zes, dezelfde leeftijd als Nemo. Mijn man is kunstenaar en bij ons thuis wordt zeker gekibbeld over wie aan de beurt is om aan zichzelf te werken. Omdat we het allebei druk hebben, is daar sowieso weinig tijd voor.”
Een ander satirisch element uit de film is het feit dat Teit zijn geld verdient met het maken van podcasts, een bezigheid die in de film als frivool wordt voorgespiegeld. Lyngbye vertelt dat dit ook een vorm van narcisme kan zijn. “In Denemarken zijn podcasts immens populair: iedereen maakt podcasts over van alles. Veel mensen verleggen de focus naar zichzelf, omdat ze denken dat hun leven interessant genoeg is voor een podcast-reeks. Hetzelfde geldt bij Stine en Teit voor hun relatie met de natuur. Het is een nobel streven om meer over de natuur te weten te komen, maar de wijze waarop Teit dat doet met een podcast is arrogant en naïef. Hij heeft een geromantiseerde notie van de wildernis. Het is sexyer iets speciaals te doen waarover je de wereld kan vertellen in een podcast dan om huisvader te zijn in een klein appartement.”
Heerlijk pervers
In die zin draait Superposition ook om leven in een waan. Fascinerend genoeg kost het Lyngbye geen moeite om de kijker met de gedesillusioneerde personages te laten sympathiseren. Al snel begin je als kijker te duimen voor Stine en Teit. De twee die als eerste in beeld komen, welteverstaan. De nieuwkomers zijn de vijand. “Het was ontzettend leuk om die dynamiek te creëren toen we [Lyngbye schreef het scenario met Mikkel Bak Sørsensen; OL] aan het verhaal schreven. Als kijker steun je de mensen die de camera als eerste volgt. En ondanks dat ze verschrikkelijke dingen doen, hoop je dat ze zegevieren. Als kijker hoop je ook dat Stine en Teit weer verliefd worden. Op elkaar, of op hun dubbelganger. Hoewel je al weet dat het niet gaat werken.”
In de film is te zien hoe de nieuwe Stine een boek schrijft dat gaat over haar relatie met de nieuwe Teit. Ook dat voelt narcistisch aan. Lyngbye vertelt: “Voor Stine is haar relatie net een project. Zo van: dit is wat me nu gelukkig maakt. Maar juist het feit dat Stine en Teit voortdurend nadenken over wat hen gelukkig maakt, is misschien wel wat hen ongelukkig maakt. Het grappige is dat Stine in dat boek haar relatiegenoot door haar eigen filter bekijkt en dat op zo’n manier altijd haar waarheid boven komt drijven. En Teit monteert de podcast, dus controleert hij de uitkomst daarvan. Het is direct duidelijk dat ze zich bij elkaar niet op hun gemak voelen; dat ze elkaar wantrouwen.”
Superposition is een allegorie voor een relatie die dreigt te imploderen. Lyngbye houdt de personages op pijnlijke wijze een spiegel voor en toont hoe Stine en Teit langzaam hun lot beginnen in te zien. Ze licht toe: “Op een rare manier krijgen de twee de kans om elkaar weer te leren kennen. Om te achterhalen waarom ze ooit verliefd op elkaar werden. Dat ze dit misschien met hun dubbelganger doen is natuurlijk heerlijk pervers.” Zo is haar met zwarte humor gelardeerde film bij vlagen misantropisch. Met misschien wel als belangrijkste boodschap dat zelfingenomenheid niet verdwijnt in de natuur.
De Deense besluit: “We zijn voortdurend met onszelf bezig. Mijn film biedt de kijker de mogelijkheid om daarop te reflecteren. Hoewel Stine en Teit natuurlijk cartooneske personages zijn, ken ik talloze mensen die momenteel voor diezelfde dilemma’s staan. En die schamen zich ook voor hun zelfingenomenheid. Dat is geen hopeloze situatie, je kan veranderen. Maar we hebben een andere reflex: als iets niet werkt dan is het makkelijker om je partner om te ruilen, of om je levenswijze te wijzigen. Dat heeft voordelen, maar ook nadelen. Iets anders gaan doen is makkelijker dan jezelf veranderen.”