Ben Asamoah over Sakawa

‘De lijn tussen noodzaak en hebzucht is soms dun’

Ben Asamoah

Voor zijn eerste lange documentaire dook de Belgisch-Ghanese filmmaker Ben Asamoah (1985) in de wereld van werkloze jongeren in Ghana die hun toevlucht nemen tot ‘sakawa’: internetfraude ondersteund door traditionele rituelen.

In Sakawa zien we wie die figuren zijn die ons vanuit Afrika met verleidelijke mailtjes proberen geld afhandig te maken. Veel van hen – meestal jongens – doen zich in hun contact met argeloze westerlingen voor als een sexy vrouw. Dus als ik tijdens IDFA (en later nog eens telefonisch) de maker spreek wil ik om te beginnen weten: bestaan er, zoals iemand in de film beweert, echt mobiele telefoons die van een mannenstem een vrouwenstem maken?

“Een vrouwenstem wordt het niet zozeer, maar het is een high-pitch telefoon die met meer hoge tonen en minder bassen de stem wat vrouwelijker laat klinken.” En dat werkt? “Ja, voor veel mensen wel”, is Asamoahs nuchtere constatering.

Bijna aandoenlijk is de scène waarin een internetoplichter zijn laptop netjes naast een voodoo-kastje plaatst waarin hij een ei uitbroedt. “Religie is heel erg verbonden met Ghana en met Afrika in het algemeen”, zegt Asamoah. “De mensen geloven even sterk in de geestelijke wereld als in de fysieke of reële wereld.”

Toch is dit een aspect dat hem zelf tijdens zijn uitvoerige research ook heeft verrast. “Ik had bij voodoo een beeld van duistere praktijken. Maar ik heb veel tijd in Oost-Ghana doorgebracht en daar ontdekte ik dat er ook andere voodoo-rituelen zijn die meer te maken hebben met energie en meditatie. Heel anders dan het stereotiepe Hollywoodbeeld.”

De in Ghana geboren Asamoah groeide deels op in België, waar hij als baby met zijn moeder naar toe kwam, maar van zijn elfde tot zijn zestiende ook in Ghana. Daar zat hij op een kostschool terwijl zijn moeder er een bedrijf begon. Later keerde hij terug naar België om uiteindelijk als filmmaker af te studeren aan de Brussselse kunstopleiding RITCS.

Sakawa is een onderwerp dat hem na aan het hart ligt. Hij heeft er niet alleen een film over gemaakt maar inmiddels ook een boek over geschreven. “In de film ben ik afhankelijk van wat de personages op dit moment meemaken. Ik wilde een documentaire maken zonder flashbacks en dergelijke. In het boek kan ik dieper ingaan op de voodoo-aspecten en de rituelen die eraan te pas komen. Het is gebaseerd op ware gebeurtenissen, op een van de jongens die me tijdens de research een fascinerend verhaal vertelde. In de film komt hij niet voor omdat hij nu in een ander land zit.”

Het idee voor Sakawa kreeg Asamoah toen hij in 2013, na de filmschool, weer eens naar Ghana ging voor vakantie en familiebezoek. Daar ontdekte hij dat veel van zijn vroegere kostschoolvrienden en andere jongens uit zijn toenmalige buurt aan sakawa waren gaan doen. “De keus voor sakawa heeft te maken met de hoge werkloosheid onder jongeren. Ook veel jongeren die zijn afgestudeerd aan een hogeschool of universiteit kunnen geen werk vinden. Er is veel corruptie, dus als je geen vrienden hebt in regeringskringen is de kans op een baan heel klein. En een baantje in de horeca of als verkoper op de markt levert heel weinig op. Dan is sakawa een verleidelijk alternatief. Ik kan me hun beweegredenen heel goed voorstellen. Ook omdat we het zelf niet breed hadden toen mijn moeder met mij naar Ghana was teruggekeerd.” Zijn motivatie vat hij als volgt samen: “De film gaat eigenlijk over het leven dat ik zou hebben gehad als ik in Ghana was gebleven.”

Maar om dan met een camera dat wereldje binnen te stappen is natuurlijk weer iets anders dan een gesprek met makkers van toen. Was het moeilijk om het vertrouwen te winnen? “Ik ben daar niet meteen met open armen ontvangen”, lacht Asamoah. “Want sakawa is voor hen een manier om hun brood te verdienen. Dus als ik de wereld laat weten hoe die activiteiten in elkaar zitten is dat een soort bedreiging. Maar ze hebben me vertrouwd. Ze begrepen dat ik geen verhaal wil vertellen om hen als criminelen af te schilderen. Ik wilde vooral een eerlijk portret maken van die jongens, en die dames ook natuurlijk. Ik wil hun daden niet aanprijzen, maar ook niet met de vinger wijzen en zeggen dat het fout is wat ze doen. Het is niet zo zwart-wit. Er is veel grijs.”

“Ze weten dat ik oorspronkelijk uit Ghana kom, dat maakt het gemakkelijker om een connectie op te bouwen. Want ze zijn heel wantrouwig naar andere mensen omdat er veel corruptie is. Iedereen probeert geld te krijgen van iedereen. Ook de voodoo-priesters maken er misbruik van.”

“Een westerse filmmaker kan niet gemakkelijk zo dichtbij komen en het vertrouwen winnen. Vice heeft een paar jaar geleden een documentaire over sakawa gemaakt, maar dat is meer een snelle reportage die niet dicht bij de personages komt. Omdat ik de taal spreek en de cultuur ken merk ik ook veel details op die bij een westers filmmaker verloren gaan. Ik heb de mensen in de film ook een aantal jaren gevolgd.”

Het viel me op, en ik vond het eigenlijk wel amusant, dat ze heel denigrerend spreken over al die witte mensen die ze aan hun telefoon krijgen. “Ze hebben een heel naïef beeld over blanke mensen, of witte mensen zoals u zegt. Ze denken dat westerlingen allemaal geld hebben, dus ze hebben er ook minder problemen mee om geld van hen te vragen.”

De film schetst een persoonlijker beeld dan ik had verwacht. Het gaat niet alleen over de sakawa-praktijken, maar je ziet de zogenaamde oplichters ook met hun kinderen en tijdens heel gewone huiselijke bezigheden. “Ja, ik wilde laten zien dat het geen maffiaorganisatie is. Dit zijn jongens en een dame die moeten roeien met de riemen die ze hebben. Ze proberen een zo normaal mogelijk leven te leiden. Het gaat niet over maffiafiguren die in goed georganiseerd verband mensen beroven. Het zijn gewone mensen die een beter leven voor zichzelf willen. Helaas zijn er weinig middelen en veel beperkingen in hun land, waardoor sakawa als oplossing wordt gezien.”

Ik vroeg me zelfs af of sakawa wel veel oplevert. In de telefoongesprekken met hun slachtoffers blijft het meestal bij vage beloftes. “Ja het is heel hard werken en heel veel mensen e-mailen of berichtjes sturen voordat er iemand is die echt geld wil overmaken.”

In het begin van de film zien we toch wel een paar jongens die drinken en plezier maken met meisjes. Die hebben kennelijk wel veel geld omhanden. Lukt het de meeste sakawa-boys om dat te bereiken, of is het maar een enkeling? “Laat ik het zo zeggen, er zijn er heel veel die iets van geld binnenhalen, zo’n 200 tot 500 euro per maand. Altijd nog veel meer dan een klein baantje oplevert. Echt veel verdienen, dat is maar voor 5 of 10 procent weggelegd. Die hebben een huis of een auto. Voor veel jongeren is sakawa een manier om hun droom te realiseren. Ze willen het niet blijven doen maar het geld gebruiken om bijvoorbeeld een eigen zaak te beginnen, of voor de reis naar Europa. Er zijn er die het geld misbruiken, maar er zijn er ook die er goede dingen mee doen. Het is een complex verhaal van jongeren met heel menselijke wensen.”

Afgelopen jaar was de zogenaamde CEO-fraude in het nieuws, waar onder andere Pathé het slachtoffer van was. Is dat ook iets waar de sakawa-jongens zich mee bezighouden? “Dat is iets voor de gevorderden. Er zijn verschillende niveaus. De dating-fraude zoals we in de film zien is gemakkelijker. De jonge moeder Ama doet het om te overleven. Maar de lijn tussen noodzaak en hebzucht is soms dun. Want als je een Range Rover voor de deur hebt staan, moet je dan nog doorgaan met sakawa?”

Wat me ook opviel is de stijl van de documentaire, met heel zorgvuldige fotografie en kadrering. Bijna alsof het een speelfilm is. “Dat vind ik een mooi compliment. Ook dat heeft te maken met de lange voorbereiding. We hebben vijf jaar aan de film gewerkt en over een periode van ruim twee jaar gedraaid. Ik heb heel veel tijd met die jongens doorgebracht, ik kon daardoor heel goed anticiperen op wat ze gingen doen. Dat heeft er voor gezorgd dat ik op een heel zorgvuldige manier dit project kon maken. Natuurlijk heeft mijn stijl van filmen ook veel te maken met compositie, ik hou bijvoorbeeld van filmmakers als Wes Anderson.”

Heb je plannen voor meer films in Afrika? “Niet in Afrika zelf, maar ik ben wel aangemoedigd om mijn korte documentaire Zwart die ik tijdens mijn studie maakte uit te breiden naar een lange versie. Dat moet gaan over de psychologische betekenis van het woord ‘zwart’ in onze cultuur. Zwarte Piet hoort daar ook bij.”