Freeze Frame #8

The Social Network

Illustratie Lae Schaefer

Regisseur Shady El-Hamus (De libi) brengt maandelijks een ode aan een bijzondere filmscène. Deze keer Mark Zuckerberg die zijn pagina blijft refreshen.

Afgelopen maand verscheen The Social Dilemma (Jeff Orlowski) op Netflix en de documentaire zorgde meteen voor een hoop onrust. De kijker krijgt een inkijkje in de werking van algoritmes die er puur op geënt zijn de gebruiker zo verslaafd mogelijk te maken. Pijnlijk, absoluut, maar onze beeldschermverslaving is niet het enige online probleem waar we als mens mee te maken hebben. Tien jaar geleden verscheen een andere film die liet zien dat de komst, en de groeiende populariteit van Facebook ook nog eens ernstige gevoelens van eenzaamheid veroorzaakte—niet in de laatste plaats bij de bedenker zelf.

The Social Network (David Fincher, 2010) begint met een break-up. Mark is een hyperintelligente Harvard-student met een minimaal empathisch vermogen en een groot ego. Als het meisje waar hij mee aan het daten is hem in de eerste scène vertelt dat ze helemaal klaar is met zijn superieure, zelfzuchtige gedrag en het met hem uitmaakt, vlucht Mark beschaamd weg. Uit wraak start hij diezelfde nacht nog een platform waar de klassenfoto’s van vrouwelijke medestudenten vergeleken en beoordeeld kunnen worden—een kinderachtige, dronken actie, maar daarom niet minder populair. Als de Harvard-server binnen een paar uur crasht lijkt Mark zich te beseffen dat hij iets in handen heeft. Schaamte, onzekerheid en een gekrenkt ego blijken de basisingrediënten van het recept Facebook.

Al snel is Mark een beroemdheid op de universiteit. Wat volgt is een film die ons laat zien dat hoe meer zijn website, en daarmee zijn ego, groeit, hoe meer Mark zichzelf isoleert van de mensen om hem heen. Langzaam wordt Mark steeds meer slachtoffer van het monster dat hij zelf gecreëerd heeft. Hij is een onzekere, sociaal ongemakkelijke jongen die zijn digitale talent gebruikt heeft om erkenning en status te vergaren. Hij blijkt steeds gevoeliger te worden voor macht, deinst er niet voor terug vriendschappen te beëindigen als hij er zelf ‘beter van wordt’, en raakt verslaafd aan zijn succes.

In de eindscène van de film zit Mark in een advocatenkantoor waar hij zojuist zijn oude vrienden en zakenpartners voor miljoenen heeft uitgekocht. Nu is hij eindelijk de enige overgebleven eigenaar van Facebook, een bedrijf dat op dat moment 25 miljard dollar waard is. Als de kruitdampen van de onderhandelingen in het kantoor zijn opgetrokken lijkt Mark ineens te beseffen dat hij nu ook daadwerkelijk als enige is overgebleven—hij heeft alles wat hij wilde maar de blik in zijn ogen verraadt een leeg gevoel. “I’m not a bad guy”, zegt hij nog tegen zijn advocaat, maar het feit dat hij de behoefte voelt dat te benadrukken, zegt alles. Hij is té hongerig geweest, té competitief, en té zelfzuchtig. Als zijn advocaat het kantoor verlaat opent Mark zijn laptop. Hij zoekt op Facebook zijn oude vriendinnetje op en stuurt haar een vriendschapsverzoek—terwijl de camera op hem inzoomt, blijft hij de pagina refreshen. Hij is rijk, maar alleen.

Regisseur David Fincher en schrijver Aaron Sorkin laten in The Social Network zien hoe Mark Zuckerberg de wereld heeft besmet met zijn eigen aandoening. Zijn problemen zijn de onze geworden want vandaag de dag zijn we competitiever, onzekerder en egocentrischer dan ooit. In dat eindshot zien we niet zozeer Mark maar vooral onszelf zitten, achter die laptop, wachtend op likes, erkenning en aandacht. Wat vanuit een giftige ego-pijn begon is inmiddels uitgegroeid tot een even giftig verdienmodel dat ons niet alleen hopeloos verslaafd heeft gemaakt, maar ons ook nog eens sociaal goed in de war heeft geschopt.

Geschreven door Shady El-Hamus