Over Megalopolis

De kracht van ideeën

Megalopolis

“Wij zijn het sterrenstof”, verkondigt sterarchitect Cesar Catalina vanaf het podium aan jubelende toeschouwers in Francis Ford Coppola’s ode aan de kracht en de komedie van het menselijk vernuft.

Stel dat Francis Ford Coppola elke tien jaar een nieuwe Megalopolis uitbrengt. Met nieuwe scènes en sequenties, een nieuwe montage, nieuwe gedachten. Een film als een evoluerend idee dat nooit af is. Coppola is 85; het zou betekenen dat hij voorbij zijn dood nog films zou blijven maken. Maar waarom een film de wereld in sturen die niet af is? Waarom niet meteen de film maken die je wilt maken?

Toch is dit een logische gedachte als je Megalopolis ziet, want de film voelt niet af. Megalopolis is Coppola’s droom van een film, met de ruwe overgangen en pompeuze observaties die je in dromen kunt hebben. De symboliek is groots en overweldigend, maar schiet alle kanten op. Misschien is dat het punt: dat de film ontembaar is, turbulent als de werkelijkheid, waarin één keurige interpretatie nooit alle elementen kan verklaren. Of misschien wilde Coppola te veel. Of misschien moet deze film gewoon twee keer gezien worden voor je er iets zinnigs over kunt zeggen.

In essentie lijkt de film twee mannen en twee ideeën tegenover elkaar te zetten: architect Cesar Catalina en burgemeester van New Rome Franklyn Cicero. Catalina wil een revolutionair idee voor een nieuwe stad verwezenlijken. Cicero wil liever goed openbaar vervoer en sanitaire voorzieningen. Idealisme versus realisme.

De oorsprong van Coppola’s idee zou in de zogenoemde Catalina-samenzwering liggen, een vermeende staatsgreep in Rome in de eerste eeuw voor onze jaartelling. Daar doet de film verder niets mee, ook al wordt Catalina in de film net als de historische figuur twee millennia geleden ergens beschuldigd van seks met een van de ‘Vestaalse maagden’. Het is een manier om te laten zien dat sommige dingen van alle tijden zijn. De film kondigt zichzelf vervolgens aan als een fabel. Dat de personages weinig reliëf krijgen, kan dus geen kritiek op Megalopolis zijn: het is een stijlkenmerk van fabels.

Wat kan de motivatie zijn achter een film waaraan je zo lang werkt, waarin je zoveel levenservaring kwijt kunt, anders dan dat je iets wezenlijks wil laten zien? Maar wat is wezenlijk voor de levens die we leiden, voor de wereld waarin we leven? In het eerste beeld reikt Megalopolis een lens aan waardoor je de film kunt bekijken, voorgedragen door de baritonstem van Laurence Fishburne:

Our American Republic is not all that
different from old Rome. Can we preserve
our past and all its wondrous heritage?
Or will we too fall victim, like old Rome,
to the insatiable appetite for power
of a few men.

Hoewel Coppola decennia aan de film heeft gewerkt, leest die tekst vreemd actueel. Gaat de film dus over de ondergang van de Amerikaanse republiek? Nee. De scope is groter dan dit tijdsgewricht. Als je je zorgen maakt over het onrustige historische moment waarin we leven, kun je de film bekijken als een hoopvol verhaal: een tijdperk van kleingeestige mensen gaat ook weer voorbij, omdat vooruitgang zich niet laat tegen­houden, alleen afremmen. Daar is natuurlijk van alles op af te dingen, maar dat is niet waar de ambities van Megalopolis liggen. Dit is een film over groot, groter, grootst willen denken. Over de grap en de ernst daarvan.

Spil in dit alles is sterarchitect Cesar Catalina, die droomt van een utopische nieuwe stad. Dat Megalopolis na die openingstekst begint met een beeld van Grand Central Station (in New York) en dat Catalina in de scène op het dak van het Chrysler-gebouw staat (waar hij kantoor houdt) voordat hij de tijd stopzet (zo’n film dus) is geen toeval. Die iconische gebouwen zijn gematerialiseerde ideeën, massieve objecten die geboren werden als flarden van gedachten.

Het zijn ook ankers in de tijd, een tastbare connectie met het verleden. Een vraag die Megalopolis niet hardop stelt, maar die door de hele film verweven zit, is de vraag of we los kunnen komen van het verleden. Visionaire denkers kunnen dat. Catalina’s ontwerp voor Megalopolis (een gigantisch bouwproject dat midden in New Rome gerealiseerd wordt en dat geleidelijk de hele stad zal veranderen) is zo’n radicaal nieuwe vorm die anders is dan alles wat ervoor kwam. Mogelijk gemaakt door een futuristisch nieuw bouwmateriaal, ‘megalon’, waarvoor Catalina de Nobelprijs heeft gekregen.

Zo’n stad kan alleen bedacht worden door iemand die durft te vragen: “Is this society, is this way we’re living, the only one that’s available to us?” Tegelijk is zoveel in Megalopolis een opzettelijk herkauwen van het verleden, om te laten zien hoezeer de mens erdoor beperkt wordt. Ook al is het wondrous heritage. De tegenstrijdigheden zijn overal. Megalopolis kun je absoluut bekijken als een komedie over de dromen en ambities van de mensheid. Nadat Catalina eerder in de film Hamlets beroemdste monoloog in alle ernst opvoert, wijst hij later de vrouw die hem bewondert in alle ernst af met “And you think one year of medical school entitles you to plow through the riches of my Emersonian mind?” (Een Emersoniaanse geest is in Catalina’s visie een geest die middels kunst en wetenschap voortdurend wil groeien.) Coppola ziet de humor in van zoveel grandioze ambitie (die even vaak tot iets als tot niets leidt), maar heeft er ook een enorme bewondering voor. Het is de reden dat de film bestaat. Megalopolis is zijn ode aan dat streven om te groeien. Een musical zonder muziek, waarin de ideeën dansen.

Als je al het andere buiten beschouwing laat, maakt de film in de marge ook nog even een wandeling door de filmgeschiedenis. Shots en zooms in het eerste half uur doen denken aan de stijl van zwijgende films. Waarna Adam Drivers Cesar Catalina plotseling die monoloog uit Hamlet opvoert. Enerzijds een erkenning dat film op de schouders van theater staat, anderzijds een voorbeeld van hoe het verleden doorwerkt in het heden. Later zegt Catalina: “Don’t let the now destroy the forever”, maar ondertussen heeft het verleden in Megalopolis wel overal grip op het heden.

Sommige scènes doen plotseling denken aan film noir (een nachtelijke achtervolging door een mistige stad), andere hebben de vorm van een sprookjesachtige droomsequentie (Catalina die zijn overleden vrouw als een soort Sneeuwwitje denkt te zien). Zoveel decor- en speelstijlen wisselen elkaar af dat iemand op platform Reddit opmerkte: het lijkt alsof ze elke acteur hebben verteld dat het een ander soort film zou worden. Midden in die wervelstorm ontstaat natuurlijk een romance, want dat is wat films doen. Adam Driver als Catalina en Nathalie Emmanuel als Julia Cicero vormen het hart van het spektakel. Ook dat kun je weer op meerdere manieren bekijken: de behoefte om lief te hebben en jezelf met anderen te verbinden als de perpetuum mobile van de filmgeschiedenis. Of onze hopeloos romantische inborst en neiging om de complexe werkelijkheid te reduceren tot een sprookje.

Maar het is beter om niet al het andere buiten beschouwing te laten. Er is te veel om in gedachten mee te spelen, te veel om met anderen over te praten. Aan het eind, na Cesars oratie en presentatie van Megalopolis keert de film terug naar de schaal van één mens. Een baby. Waarna de laatste woorden volgen, net als het openingsbeeld in steen gehouwen:

I pledge allegiance to our human family,
and to all the species that we protect.
One earth, indivisible, with long life,
education and justice for all.

Als je de grootste dromen en ideeën steeds weer terug weet te brengen naar de schaal van een mens, de waarde van een leven, als je de menselijke maat voor ogen houdt, kan het niet mislukken. Het is een kitscherig shot, die baby van onder gefilmd, kruipend over een glazen podium. Misschien iets wat alleen een filmmaker aan het eind van zijn leven durft te maken. Bijna een halve eeuw na de ondergang van de Corleone-dynastie in The Godfather (1972-1990) en de helikopterscène in Apocalypse Now (1979) op de muziek van Wagners ‘Walkürenritt’ sluit Coppola af met een baby. Ook dat is humor. En waarheid. En voor wie zich nog het hoofd breekt over waarom Catalina de tijd stop kan zetten: dat is de superkracht van nieuwe ideeën.