Focus: Trouwe vrouwen in Assen

Take Me Somewhere Nice

Als je lang genoeg blijft bestaan, kun je zomaar ineens weer midden in de tijdgeest staan. Dat overkomt het International Filmfestival Assen, dat komend weekend wordt gehouden. Het in 1980 opgerichte vrouwenfilmfestival bleef ook toen het feminisme niet meer hip was films van en over vrouwen vertonen. Door het nieuwe feminisme staat het nu weer in de frontlinie.

Vrouwenfilmfestivals waren in de jaren tachtig geen uitzondering in Nederland. Het festival in Assen paste in de toenmalige tijdgeest van de tweede feministische golf. Maar terwijl in de jaren negentig het ene na het andere vrouwenfilmfestival het loodje legde, en feminisme als een achterhaald verschijnsel werd gezien, bleef men in Assen hardnekkig volhouden. Alleen de naam veranderde een paar keer. In 1995 heette het geen vrouwenfilmfestival meer, maar Festival Vrouwenfilms Claire Obscur. Gelukkig verdween deze aanstellerige naam vijf jaar later en werd het gewoon Festival Vrouwenfilms. Door de groei van het festival heet het sinds een aantal jaren International Filmfestival Assen, met gelukkig nog als ondertitel Vrouw & Film.

De dirigent

Bijna veertig jaar na de eerste editie doet het festival nog steeds waarvoor het is opgericht: films van en over vrouwen vertonen. Op het programma staan ruim vijftig films, verdeeld in vier categorieën. Spotlight is het hart van het festival. Het bevat nieuwe en oudere speelfilms, documentaires, korte films en klassiekers. De gemene deler is dat ze gemaakt zijn door vrouwen en over vrouwen gaan. Zoals deze films van vrouwelijke Nederlandse regisseurs: Dirty God (Sacha Polak), Brozer en God Only Knows (beide Mijke de Jong), De dirigent (Maria Peters), Goede buren (Stella van Voorst), Retrospekt (Esther Rots) en Take Me Somewhere Nice (Ena Sendijarivic). Een paar internationale titels in deze categorie zijn Eighth Grade (Bo Burnham), Gloria Bell (Sebastián Lelio), Lore (Cate Shortland), Un amour impossible (Catherine Corsini) en Edie (Simon Hunter).

World Views bevat films uit wat we wereldcinema noemen, zoals Capharnaüm (Nadine Labaki), Anna’s War (Aleksei Fedorchenko) en Sofia (Meryem Benm’Barek-Aloïsien). Onder de verzamelnaam Podium is werk te zien van jonge vrouwelijke regisseurs uit Nederland en Denemarken (KersVers), van jong talent uit Drenthe, Groningen en Friesland (Noordsterren) en films van leerlingen van het Drenthe College (DCinema). In Gender Benders tenslotte draait het om films die genderstereotiepen aan de orde stellen, zoals Girl (Lucas Dhont), L’animale (Katharina Muckstein), Half the Picture (Amy Adrion) en Las herederas (Marcelo Martinessi).

Geen festival zonder randprogrammering. Op het festival zijn installaties, muziekoptredens en cross-overs met andere kunstdisciplines. Ook is er onder het motto We LOVE Films een filmcollege van filmkenner Gerlinda Heywegen over filmliefde. Met veel fragmenten en ruimte voor de inbreng van het publiek.


International Filmfestival Assen. Vrouw & Film, 8 t/m 10 maart.