Klassieker: All Over Me (1997)
De loutering van een popsong
“Er bestaan geen oude films”, zei filmmaker Peter Bogdanovich ooit. “Alleen films die je al wel en films die je nog niet hebt gezien.” En zo is het, toont onze serie over klassiekers die je (waarschijnlijk) nog niet hebt gezien. Deze maand: All Over Me (1997).
“I know somewhere we could go / better than you could ever know.” Het coming-of-age-drama All Over Me (1997) opent met de onstuimige klanken van ‘Hello’ van rockband Babes in Toyland. De bovengenoemde tekst schetst de gemoedstoestand van de vijftienjarige hoofdpersoon Claude (Allison Folland): een tiener uit New York die ergens naar toe wil, al is dat in metaforische zin. Ze weet alleen nog niet waarheen en hoe – zoals zoveel pubers.
Met haar beste vriendin, de rebelse Ellen (Tara Subkoff), probeert ze een band op te richten. Claude en Ellen wonen in de groezelige wijk Hell’s Kitchen. Op straat is het druk, junkies zwerven rond. Op straat huist het gevaar. Maar zodra de tieners in Claude’s slaapkamer zijn, in het appartement waar ze woont met haar aan alcohol verslaafde moeder Anne (Ann Dowd), zijn alle zorgen voor morgen.
De geborgenheid van de ruimte leidt tot idyllische taferelen, waarin twee jonge vrouwen samen gitaar spelen zonder interventies van vervelende volwassenen. Zo ziet kortstondig geluk eruit, lijkt filmmaker Alex Sichel te insinueren. Sichel – haar zus Sylvia schreef het scenario – laat tijdens deze scènes wel het straatgeruis binnen doorklinken: Claude en Ellen zullen op een gegeven moment toch weer het buitenleven moeten trotseren.
Claude heeft bovendien een ander dilemma: ze valt op vrouwen en is verliefd op Ellen. Opnieuw weet Sichel popnummers te vinden die Claude’s gevoel onderstrepen. Zoals ‘Don’t Lie’ van The Murmurs: “How ’bout you take a chance on me? / I’m not your average somebody.” Beeld en muziek zijn in All Over Me voortdurend complementair. Dat was altijd de insteek van Sichel, die halverwege de jaren negentig geld kreeg van de Princess Grace Foundation om een film te maken over riot grrrl: de feministische beweging die onder meer bekendstaat om vrouwelijke bands met geëngageerde songteksten. In de film komen eveneens nummers van Sleater-Kinney en Ani DiFranco voorbij.
Claude en Ellen beleven waar de bands over zingen. Zoals ‘Game Song’ van rockband Tuscadero: “You have got a monopoly on me.” Gaandeweg de film krijgt Ellen een relatie met Mark (Cole Hauser), een toxische macho die zijn brood verdient met schimmige zaakjes. Hij monopoliseert en manipuleert zijn vriendin op verstikkende wijze. Hij annexeert Ellens leven, hij overschaduwt haar. Hij is als man überhaupt gewend om meer ruimte in te nemen.
Die gedachte illustreert Sichel treffend in een scène in een restaurant, waar queer personage Luke (een mooie rol van wijlen muzikant Pat Briggs) zodra hij Mark ziet meteen aan de kant gaat. Luke, een nieuwe vriend en buurman van Claude, beschouwt Mark direct als een gevaar. Halverwege de film wordt Briggs’ personage vermoord, nadat hij het alsnog aan de stok krijgt met Mark en zijn vrienden. Die passage, die buiten beeld plaatsheeft, maakt grote indruk op Claude. Uit de kast komen gaat gepaard met grote risico’s, zoveel is duidelijk.
All Over Me draait niet om mannen, maar om vrouwen. Maar Sichel benadrukt juist met Ellens problematische relatie en de dood van Luke dat de wereld niet om mannen heen kan en hoe dat regelmatig leidt tot naargeestige kwesties. Claude moet zich, net zoals de bands die zich verbinden aan riot grrrl, zien los te vechten van het patriarchaat. Daar zal ze nooit volledig in slagen, maar in de tweede helft van het drama komt ze een behoorlijk eind. Zo belandt ze bij een liveshow van punkband Helium, waar het publiek grotendeels bestaat uit gelijkgestemde jonge vrouwen.
Tijdens het optreden flirt Claude met een van de concertbezoekers, een jonge vrouw met roze lokken. De twee zetten de avond voort op haar slaapkamer. Ze zet ‘Pissing in a River’ van Patti Smith op. “Ze klinkt zo verdrietig”, merkt Claude op. “Should I pursue a path so twisted? / Should I crawl defeated and gifted?” Claude begint intens te huilen, tot een openbaring volgt: ineens begrijpt ze Smiths gevoel. Ineens voelt ze zich erkend en minder alleen. Zelden maakte een speelfilm de louterende rol van popmuziek op zo’n sublieme wijze invoelbaar.
Sichel ging na het succes van haar debuutfilm – op de Berlinale van 1997 winnaar van de Teddy Award, de onderscheiding voor beste lgbtqi+ film – aan de slag als docent regie op New York University en Colombia University. Ze overleed in 2014 veel te jong aan de gevolgen van borstkanker. Ze maakte na All Over Me nooit meer een speelfilm. Ook die treurnis ligt als een bitterzoete deken gedrapeerd over de film; sommige songteksten lijken met terugwerkende kracht ook te verwijzen naar de maker. Zoals die van ‘Hole in the Ground’ van Helium: “Do you think you could make it on your own? / You got to come out of under the ground / You’re like a seed / But right now, you can’t be found.”