Suni en Indisch zwijgen

Twee films. Eén vertoning. Twee zaken waarover niet wordt gesproken.

Indisch zwijgen

Een primeur: twee kortfilms beleven hun bioscooppremière in één gezamenlijke voorstelling. Suni en Indisch zwijgen zijn debuutfilms van jonge makers over onderwerpen waarover niet of nauwelijks wordt gesproken: straatintimidatie en het postkoloniale zwijgen in de Indische gemeenschap.

Suni

Rosa Kreulen en Edward de Jong maakten de fictiefilm Suni, over een jonge vrouw (gespeeld door Kreulen) die in haar leven voortdurend wordt geconfronteerd met alledaags, min of meer maatschappelijk geaccepteerd, grensoverschrijdend gedrag.

Juliette Dominicus en Sven Peetoom maakten de documentaire Indisch zwijgen over de derde generatie Indische Nederlanders, die via kunst probeert om te gaan met het postkoloniale trauma van nergens bij horen: door Indonesiërs werd men als collaborateur gezien en door Nederlanders als minderwaardig. Dominicus is zelf een van de geportretteerde kunstenaars die elk op hun eigen manier woord en beeld geven aan die onzichtbare en verzwegen last.

Rosa Kreulen

Waarom wilden jullie juist deze films maken?
Rosa Kreulen: “Naar aanleiding van de moord op Sarah Everard [op 3 maart 2021 verkracht en vermoord door een Londense politieagent; red] had ik het er met vriendinnen over hoe vaak we wel niet bezig zijn om te voorkomen dat ons zoiets overkomt. Dat we altijd bezig zijn situaties te scannen voor mogelijk gevaar. Daar wilde ik iets mee.” Tegen Edward de Jong: “Toen zei jij dat je hierover met mij een film wilde maken.”
Edward de Jong: “Het was een kosmische toevalligheid. Het idee sudderde al lang, omdat mijn vriendinnen hier vaak over praten. Ik had ook het idee dat er alleen films worden gemaakt over extreem grensoverschrijdend gedrag. Alsof alleen een aanranding of verkrachting filmwaardig is. De constante dreiging die vrouwen ervaren, is genoeg om een film over te maken.”
Rosa: “De gemene deler tussen onze films is dat ze gaan over onderhuidse ervaringen, waarin iedereen zich kan herkennen.”
Juliette Dominicus: “Die constante alertheid uit jullie film is herkenbaar. Wanneer je als jonge vrouw uitgaat, is er altijd wel iemand die iets van je wil. Ik heb een relatie met een vrouw en als we samen zijn, gebeurt het weleens dat een groep mannen om ons heen komt staan. Soms maken ze zelfs foto’s.”

Sven Peetoom

Anders dan Indisch zwijgen is Suni een fictiefilm.
Rosa: “Over de fictie in Suni kun je moeiteloos een sterke documentaire maken. Wij kozen voor een slice-of-life-aanpak en dan is fictie handiger. Je krijgt het gevoel dat Suni het meisje kan zijn waar je net naast stond bij het stoplicht.”
Sven Peetoom: “Mij lijkt het lastig om dit subtiele onderwerp in een documentaire te vangen.”
Rosa: “Daar heb je wel gelijk in: het gaat om ervaringen die je juist niet aan elkaar vertelt, omdat er niets heftigs gebeurde. Althans niet voor de buitenwereld. Tegenvraag: hebben jullie overwogen om een fictiefilm te maken?”
Juliette: “We hebben alle mogelijkheden overwogen. In het begin wilden we zelfs een detective-achtig verhaal maken, omdat we zóveel onbeantwoorde vragen hadden over onze familiegeschiedenis. Maar we beseften al snel dat we geen antwoorden zouden krijgen. Die worden of verzwegen, of de mensen die ze konden geven, leven niet meer. Uiteindelijk leek een documentaire ons de meest passende vorm voor een persoonlijk verhaal als het onze.”

Edward de Jong

Waarom worden de films samen uitgebracht?
Edward: “Het was een idee van de distributeur. We stapten onafhankelijk van elkaar naar Amstel Film, waar ons werd verteld dat ze geen korte films doen omdat er geen markt voor is. Maar Heleen Hoogendijk van Amstel Film vond het zonde om er niets mee te doen. Dus bedacht ze dit.”
Juliette: “Heleen zag twee films over zaken die belangrijk zijn voor onze generatie, maar waarover niet gesproken wordt. Films die iets invoelbaar maken zonder dat het meteen een aanklacht is tegen eerdere generaties of tegen mannen.”
Sven: “Onze generatie combineert idealisme en filmmaken. We gebruiken het medium om dingen te fixen, problemen te repareren.”

Beide films zijn gemaakt om een impact te hebben?
Sven: “We hopen dat mensen zich kunnen identificeren met het onderwerp en dat de film het beginpunt is voor een gesprek. Dat mensen in de spiegel kijken en nadenken over wat het zwijgen met ze heeft gedaan. We horen dat niet alleen terug van de Indische gemeenschap, maar ook van Surinaamse of Joodse mensen.”
Juliette: “Op school hebben we nooit les gekregen over de rol van Indische mensen in de Nederlandse geschiedenis, terwijl het een grote groep is – inmiddels zo’n twee miljoen.”
Sven: “Bij een van de workshops die we rond de film organiseerden kwamen een oma, haar dochter en haar kleinkind langs. Die gingen na de film voor het eerst met elkaar in gesprek over dit onderwerp. In Arnhem zei iemand na afloop dat ze voor het eerst het gedrag van haar ouders kon begrijpen.”
Edward: “Suni is vertoond voor testpubliek. Ook voor mannen en vrouwen afzonderlijk. Daar zag je de discrepantie tussen wat mannen en vrouwen weten over dit onderwerp.”
Rosa: “Mannen gingen stuk bij de scène waarin een jongen Suni probeert te versieren in het park. Omdat hij wordt afgewezen. Bij de vrouwen was het ijzig stil. Ik hoop dat de film dusdanig prikkelt dat er een gesprek ontstaat tussen mannen en vrouwen. Dat een man aan een vriendin vraagt: heb jij dat ook?, zodat zij kan vertellen wat ze erin herkent. Zonder dat er een oplossing moet komen en zonder dat iemand wordt beschuldigd. Mannen voelen zich vaak aangevallen als het over seksuele intimidatie gaat. Dan schieten ze in de verdediging en wordt er niet meer geluisterd.”

Juliette Dominicus

Juliette: “Mensen vragen me weleens, waarom ben je er zo mee bezig? Het is al zo lang geleden en jij bent van de derde generatie. Maar door het maken van de film is het me gelukt dingen die ik niet begreep in een context te plaatsen. Zwijgen is een manier om om te gaan met een moeilijke situatie. Met deze film hoop ik patronen zichtbaar te maken. Net als bij jullie film over seksuele intimidatie gaan we vanuit een persoonlijke bewustwording naar een collectieve bewustwording. Zodat mensen beseffen dat ze hierin niet alleen staan.”
Sven: “In plaats van te focussen op dader en slachtoffer zeggen de films iets over hoe mensen in het algemeen met elkaar omgaan. En dat dat anders kan. Het irriteert me dat discussies zo snel zwart-wit zijn. We kregen in het begin haatreacties van verschillende kanten. Indonesische mensen zeiden dat alle KNIL-militairen massamoordenaars waren, terwijl Indische veteranen riepen dat Nederlanders niets verkeerd hadden gedaan. Die verheerlijkten het koloniale gedachtegoed.”
Rosa: “Hopelijk verdwijnt ook dat kunstmatige onderscheid dat documentaires activistisch zijn en fictie bedoeld is om te vermaken. Dat mensen inzien dat je ook een onderhoudende film kunt maken over iets wat je aan het denken zet. Dat je meegenomen wordt in een verhaal, terwijl er iets wordt blootgelegd.”

Is voor jullie de korte film een opstap naar een lange?
Edward: “We hebben een filmcollectief met meerdere makers opgezet. We hebben veel nieuwe ideeën, maar ik moet nu eerst nog even afstuderen.”
Rosa: “Het collectief heet Honger – vanwege de honger naar verhalen.”
Juliette: “Voor jullie is deze film ook een begin?”
Rosa: “Ik heb de ambitie ooit een speelfilm te maken, maar voor nu is het belangrijk dat deze boodschap wordt overgebracht.”
Edward: “Ik hoop dat het uitbrengen van deze films een aansporing kan zijn voor makers – dat ze zien dat het ook kort kan.”
Juliette: “Wij experimenteren met allerlei manieren waarop je verhalen kunt vertellen. We zijn bezig met een podcast en een nieuwe film, alles bedoeld om een ontmoetingsplek te creëren.”
Sven: “Mensen maken geen korte films, omdat er geen markt voor zou zijn, maar samen met Amstel Film laten we zien dat het zo wel kan.”