Fiona Tan over Dearest Fiona
'Hoe vind je je plek in de wereld?'

Fiona Tan. Foto: André Bakker
Je mag het rustig een onorthodoxe combinatie noemen in Dearest Fiona: Nederlandse beelden uit de vroege twintigste eeuw, met op voice-over de brieven die Fiona Tans vader eind jaren tachtig vanuit Australië schreef aan zijn in Amsterdam studerende dochter.
Kort voor mijn gesprek met beeldend kunstenaar en filmmaker Fiona Tan zag ik ook haar nieuwste werk Het grote raam. Dit door haar ontworpen glas-in-lood-raam – het grootste van Europa – siert sinds oktober de Grote Kerk in Alkmaar. Iets heel anders dan Dearest Fiona, maar toch… Is het toeval dat ook in dit monumentale raamwerk iets persoonlijks schuilt? Het raam is namelijk geïnspireerd door de caleidoscoop die ze als kind zag, gemaakt van scherven van een glas-in-lood-raam die haar Australische oudoom tijdens de Eerste Wereldoorlog opraapte bij een beschadigde kathedraal in Reims.
“Ik zou het geen toeval willen noemen”, merkt Tan op. “Eerder iets wat je van alle kunst kan zeggen. Dat er een persoonlijke insteek is die je een universele zeggingskracht probeert te geven.” Waaraan ze toevoegt: “Ik vind dat Het grote raam ook een cinematografisch element heeft. Voor mij zijn het filmstills, een filmstrook. De figuren zijn gemaakt met een animatieprogramma en overgezet in glas.”
Tan zoekt graag combinaties die op het eerste gezicht niet voor de hand liggen. “Voor Dearest Fiona wilde ik graag twee dingen bij elkaar brengen die oppervlakkig gezien weinig met elkaar van doen hebben. De uitdaging van het kijken is om toch raakvlakken te ontdekken. Omdat het gaat over hoe je je plek in de wereld vindt, je plek in de tijd. De film gaat niet alleen over dat begin van de twintigste eeuw, maar brengt het in verband met, toevallig, eind jaren tachtig. Dan ga je ook denken over nu, over hoe we ons verhouden tot die andere tijden.” Ze voegt eraan toe: “Het is ook een emotionele reis, een gevoel dat je krijgt aangereikt.”
Wat haar betreft hoef je dat niet allemaal te ontleden en te benoemen. En dus vraag ik haar in plaats daarvan hoe het is ontstaan. “Toen Eye me uitnodigde om de tentoonstelling Mountains and Molehills te maken, vroegen ze of ik daarbij ook iets nieuws wilde doen met materiaal uit hun archief. Ik kreeg volledige toegang. Het voelde voor mij als een mooi moment, want ik woon en werk nu al zo lang in Amsterdam.”

Ze stapte het archief binnen zonder vooropgezet plan. “Het is overweldigend, dat is leuk maar ook beangstigend. Al grasduinend stuitte ik op Dutch Types, een heel kort filmpje met ingekleurde beelden.” Onder wie het meisje die je in het begin van Dearest Fiona aankijkt. “Dat was de vonk.”
Veel ander ingekleurd materiaal bleek toch te toeristisch. Zo ging ze zich toespitsen op documentaire beelden uit de eerste decennia van de vorige eeuw, alleen Nederlands, en zonder tussentitels. “Daarin viel me bijvoorbeeld op dat men altijd aan het werk was, dat het zwaar werk was, en vooral dat iedereen samen aan het werk was. Bijna nooit zie je iemand alleen in dat materiaal. Het was de tijd van covid, dus dat voelde nogal bijzonder”, lacht ze.
Maar het idee voor de film kwam pas rond, nadat ze thuis die brieven die haar vader haar eind jaren tachtig schreef terugvond, die ze al dertig jaar niet meer had gelezen. “Alleen archiefmateriaal laten zien, dat doet Eye zelf ook al. Als ik er niets aan toevoeg, ben ik niet goed bezig”, legt ze uit. “Ik vond die brieven fantastisch. Ik was zoveel vergeten van wat mijn vader mij schreef, zoveel vergeten van hoe het met mij destijds ging. Ik was net als student naar Nederland gekomen, leerde Nederlands, was mijn weg aan het vinden. Tegelijkertijd was op het wereldtoneel ook van alles aan de hand, zoals de val van de Berlijnse Muur en het Tiananmen-protest in China. Die gebeurtenissen was ik natuurlijk niet vergeten, maar dat het samenviel met mijn komst naar Nederland en de dingen die ik doormaakte, dat was ik kwijt.”
Haar vader vatte dat mooi samen, zegt ze. “Het is prachtig hoe hij van klein naar groot springt. Van de huisdieren thuis in de volgende zin naar de opstand in China. Ik dacht: dit heeft ook waarde voor andere mensen, dit heeft te doen met hoe je in de wereld staat. In die tijd zelf realiseerde ik me dat nog niet zo. Ik was jong en bezig mijn leven op de rails te krijgen.”
Hoe ben je eigenlijk in Nederland terechtgekomen? Je bent geboren op Sumatra, en opgegroeid in Melbourne, Australië. “Op de middelbare school had ik Duits geleerd, en toen ik een uitwisselingsbeurs kreeg ging ik naar Duitsland. Ik wilde iets kunstzinnigs doen.” Aangespoord door vrienden wilde ze meer van Europa zien. Studeren in Londen was te duur, maar een tante van haar woonde in Amsterdam. “Daar ging ik naar de Rietveld Academie en logeerde in het begin bij die tante op zolder. Na een jaar studie plakte ik er nog een jaar aan vast en zo ben ik in Nederland gebleven.”
Wat maakte nu dat je die brieven, dat persoonlijke element, wilde combineren met het archiefmateriaal? “Dat is intuïtie, ik wilde het gewoon proberen. Het was misschien een gok.” Ze lacht: “Maar als ik dat gevoel heb, ben ik bereid er vrij lang voor te vechten. Als filmmaker hou ik wel van een uitdaging. Ik wil het medium oprekken, de grenzen opzoeken, kijken hoe je verder kan.”
Je zei al dat je in het archief zocht naar Nederlandse non-fictie. Was er verder nog een focus? “Ik ben op een gegeven moment expres gaan zoeken naar vrouwen die werken. Omdat het mij opviel dat, op het platteland in ieder geval, de vrouwen min of meer hetzelfde werk doen als de mannen. Zwaar werk. Dat werk in de fabrieken kwam ook langs, en dan kom je vanzelf de kinderarbeid tegen, dat was normaal in die tijd. Ik had het gevoel, terecht of onterecht: dit is vergeten materiaal, niemand heeft dit de afgelopen twintig of dertig jaar opgevraagd. Voor mij voelde het als een ontdekking en dan wil je er iets mee. De montage was een worsteling, maar dat is ook goed. Die montage moet verrassen, een project als dit komt tot leven in de montageruimte, als het materiaal onverwachte verbintenissen aangaat.”
Als tamelijk letterlijk voorbeeld noemt ze een passage uit een van de brieven, over Russische oogoperaties aan de lopende band. In de film gemonteerd bij een vismarkt in Zeeland, ook met een lopende band. “Dat voelt als toeval, maar dat is zo gecomponeerd.”
Nathalie Alonso Casale heeft het montage-credit. “Ik heb samen met Nathalie gewerkt, een heel goede vriendin van mij en een geweldige editor. Bij zo’n complex project is het goed om het met iemand samen te doen. Dearest Fiona is ook een tijdexperiment, het bij elkaar brengen van meerdere tijdlagen tegelijk. En het is een verhaal van migratie. Ik ben gemigreerd, en mijn vader ook.”
Waarbij ze beaamt dat je verplaatsing in de tijd ook migratie kan noemen. Ik moet dan even terugdenken aan een andere opmerking die ze maakte, over hoe ze soms ging wandelen om aan de montagestress te ontsnappen, en dan bijvoorbeeld in Monnikendam al die huizen van honderd jaar daarvoor nog zag staan.
Is het een soort caleidoscopische blik op de wereld? “Ja, dat kan je wel zeggen. Er is een brief waarin mijn vader vertelt over zijn nieuwe bifocale bril. Daarmee speelt hij een spelletje door te kijken op het randje tussen ver weg en dichtbij. In zekere zin doet de film dat ook, springen van klein naar groot.”
Is dit jouw meest persoonlijke film? “Ja.”
Dearest Fiona draait vanaf 28 december 2023 in de bioscoop en is ook te zien via Picl.nl