Albert Serra over Tardes de soledad

'Soms moet je het leven afwijzen om iets majestueus te kunnen doen'

Albert Serra. Foto: André Bakker

Aan de hand van veertien corridas de toros toont Albert Serra in zijn antropologische documentairedebuut het rituele geweld dat ten grondslag ligt aan het Spaanse stierenvechten. “Het is een act, bedoeld om onze behoefte aan bloed te bezweren.”

Ruim zevenhonderd uur lang filmde filmmaker Albert Serra voor Tardes de soledad de eenzame middagen die torero Andrés Roca Rey in de arena doorbracht met briesende stieren. Het is de eerste documentaire van Serra (Pacifiction, 2023), maar hij past thematisch en esthetisch precies in zijn oeuvre.

Tardes de soledad is een barokke documentaire – zie de ornamentrijke kostuums, de gepassioneerde gestes en archaïsche gebruiken – waarin Serra zoals gewoonlijk de scheidslijn tussen het banale en het plechtstatige onderzoekt. Rey wordt getoond als een vedette, een martelaar – maar de stierenbedwinger heeft ook iets potsierlijks en pathetisch.

Dat laatste is te zien in scènes waarin Serra de torero en zijn cuadrilla (gevolg) filmt in een busje. Zoals aan het begin van de film, wanneer Rey met een bebloed traje de luces (het traditionele stierenvechterskostuum) het voertuig betreedt. Zijn entourage overlaadt de stierenvechter met bijna hilarische complimenten. Rey heeft grotere testikels dan het beest dat hij zojuist met precisie heeft afgemaakt; hij is een prins, een moedige held die alle roem verdient, fluisteren ze hem in.

Dat een door Serra gemaakte documentaire over stierenvechten een subversief kunstwerk oplevert, verbaast niet. De Catalaan staat bekend als een onvervalste provocateur. Tardes de soledad – bekroond met de hoofdprijs op het filmfestival van San Sebastián – is wars van moralisme. De documentaire behoudt van begin tot einde een klinische afstand tot zijn onderwerp.

Tardes de soledad

Tijdens het afgelopen IFFR vertelde Serra over de toro bravo, de Spaanse vechtstier die naar verluidt geniet van het lijden. “Dat schijnt iets genetisch te zijn. Het is het enige dier op aarde dat blijft aanvallen als je hem straft. Zelfs als de hoop verloren is. Het doet me denken aan een voormalig minister van cultuur die zichzelf met de toro bravo vergeleek. Hij ging maar door met zijn werk, ondanks het feit dat hij voortdurend door het parlement werd afgestraft. Deze stier is een metafoor voor de Spaanse volksaard.”

Ook Rey lijkt – als een soort spiegel van zijn opponent – te genieten van het lijden. “Het is een strijd tussen gelijken. Je hebt het recht om de stier te doden, omdat hij jou ook kan doden. Ik ben trouwens geen groot voor- of tegenstander van stierenvechten, het maakt mij allemaal geen reet uit. Ik probeer iets van de innerlijke logica van het ritueel in mijn film te laten zien.”

Uw film oogt als een antropologische studie, bent u het daarmee eens? “Dat was zeker de bedoeling. Ik wil laten zien dat we in het hart van onze westerse samenleving zo’n tamelijk extreem en fascinerend ritueel hebben. We doen alsof alles in onze wereld rechtvaardig en eerlijk is, hoe kan het dan dat dit nog bestaat? Stierenvechten herinnert ons eraan dat het leven gepaard gaat met vechten, frictie en onrechtvaardigheid. Dat zit in onze natuur.”

Het stierenvechten voelt als een fenomeen uit vervlogen tijden. Alsof je terugkeert naar de Romeinse tijd, met gladiatorengevechten. “Dat klopt, om die reden voelt mijn film soms ook aan als een fantasie. Alsof je eventjes in een bubbel verkeert; een historische bubbel.”

Het ‘gevecht’ tussen Rey en de stier voelt ook aan als een zwijgende overeenkomst tussen de torero en het publiek: hij doodt, zodat de bezoekers van die taak worden vrijgesteld. “Het is een symbolische, ritualistische daad van opoffering, waarbinnen een soort exorcisme plaatsvindt. Het is een act om onze behoefte aan bloed te bezweren. Het is een soort religieuze, transcendentale ervaring die draait om leven en dood. Soms moet je het leven afwijzen om iets majestueus te kunnen doen. Dat leidt bij stierenvechten tot belachelijke capriolen.”

U noemt het zowel belachelijk als transcendentaal. De gevechten in uw film hebben iets hypnotiserends. “Rituelen zijn per definitie repetitief en dan krijg je dat hypnotiserende. Het stierenvechten is voor Rey een vorm van artistieke expressie. Zoals theater of dans. Het is moeilijk uit te leggen, maar dat heeft iets met magie te maken. Als dat ontstaat, leidt dat tot glorieuze momenten.”

De stijl van de mediagenieke Rey is bezwerend, hij beweegt op een zwoele manier in de ring. “Dat feminiene aspect heeft te maken met de sensualiteit van de bewegingen van de torero. Je kan een stier niet bedwingen met lompe bewegingen; je moet het dier verleiden met soepele manoeuvres. Dat werkt door buiten de arena, hij probeert een icoon te zijn. Daar heeft ook een narcistisch aspect. Zodra er een spiegel in de buurt is, zie je hem erin kijken. Hij is altijd bezig met het beeld dat men van hem heeft of dient te hebben. Hij heeft de constante drang om iets groots te presteren.”

Zou Rey zelf ook geloven dat hij een soort martelaar is, of een asceet zoals u hem ook wel noemde in eerdere interviews? “Ik denk van wel. Of een soort monnik. Het levensbedreigende aspect van zijn werk speelt daarin een rol. Voordat hij de ring betreedt, willen mensen hem nog even aanraken. Dat heeft ongetwijfeld iets met religiositeit te maken.”

Er zit ook iets eerbiedigs in de wijze waarop Reys entourage hem bejegent. “Op een gegeven moment zegt Rey dat hij ditmaal ‘geluk’ had. Dan zegt een van zijn secondanten: ‘Jij zal altijd geluk hebben, omdat je het verdient.’ Daaruit spreekt het idee dat je geluk kunt afdwingen, dat geluk een consequentie is van het bewerkstelligen van iets buitengewoons.”

Zulke scènes hebben iets satirisch. Uw film lijkt soms bijna een mockumentary. “Dat zat ook in mijn vorige films, dat je nooit weet of je iets serieus moet nemen. Er loopt een dunne scheidslijn tussen de grappige en transcendentale momenten. Stierenvechten leent zich daar uitstekend voor. Het is vulgair, met de vliegen en het bloed en de briesende torero, en het is buitengewoon onrechtvaardig. Maar het heeft met al die gebruiken toch ook iets verfijnds.”

Net als in uw eerdere fictiefilms heeft de mise-en-scène de overdaad van de barok. “Ik realiseerde me pas gaandeweg dat de wereld van het stierenvechten barok is, met het goud in de hotelkamers, de kostuums; alles is barok. Dat roept bij mij ook een barokke manier van denken op, gericht op grote ideeën en grote emoties.”

U maakte nooit eerder een documentaire. Met welke verwachtingen begon u eraan? “Ik was eerst nog bang dat het een saaie aangelegenheid zou worden. Omdat ik in het algemeen niet van documentaires houd – op de grote na, natuurlijk; en ze moeten voor mij ook altijd iets van engagement bevatten. Maar ik houd wel van documentaires over controversiële onderwerpen, waarin de maker de kunst bezigt van het zoeken naar het goede in slechte mensen en naar het slechte in goede.”


Tardes de soledad draait vanaf 29 mei 2025 in de bioscoop.