Als de kraanvogels overvliegen en De brief die nooit verzonden werd

Pronkstukken van de Russische dooi

Twee gerestaureerde films van Sovjetregisseur Michail Kalatozov laten de Russische cinema van haar mooiste en meest schrik-wekkende kant zien. Een betere introductie op de creatief vruchtbare periode van de Russische dooi bestaat haast niet.

Eens in de zoveel tijd gaan fragmenten uit de Sovjetfilmklassieker Als de kraanvogels overvliegen (1957) weer viral op Twitter. Vooral het onafgebroken shot waarin Veronika (de eerste hoofdrol van Tatjana Samojlova) uit het openbaar vervoer stapt en zich door een mensenmassa worstelt om een glimp van haar geliefde op te vangen, maakt een verpletterende indruk. De vloeiende, subjectieve beeldvoering maakt de gespannenheid van Veronika perfect voelbaar. Het is 1941, de Grote Vaderlandse Oorlog—zoals de Tweede Wereldoorlog daar genoemd werd—is aangebroken. Je snapt dat de kans om haar geliefde een laatste keer zien voor Veronika een zaak van leven en dood is geworden.

Op Twitter verbaast men zich er steeds weer over hoe modern en vloeiend deze ‘oude’ film uit 1957 eruit ziet—alsof alle films van voor de val van de Muur gemaakt werden volgens de principes van de gebroeders Lumière. Als ze zouden zien hoe dezelfde Michail Kalatozov in Soy Cuba (1964) de camera door de straten van Havana laat vliegen, zouden ze steil achterover slaan van verbazing—moderne dronebeelden zijn er niets bij. Die Twitter-berichten tonen dat er nog veel misvattingen zijn over de films uit de Sovjet-Unie, al helemaal over de artistiek rijke periode die door historici de Russische dooi wordt genoemd, waar Eye deze maand een flink programma aan wijdt.

Totalitaire staat
De Russische dooi is een van de belangrijkste stromingen in de filmgeschiedenis, juist vanwege die expressieve kracht. Meesterlijke regisseurs als Andrej Tarkovski, Larisa Shepitko, Elem Klimov, Andrej Kontsjalovski, Sergei Paradzjanov en Kira Moeratova konden zich artistiek ontwikkelen tot de filmauteurs die we nu kennen.

Er is een (eenzijdig) beeld van de Sovjet-Unie als een regressieve, totalitaire staat, waarin creatieve vrijheid alleen maar aan banden werd gelegd. Deze kortstondige periode (van pakweg 1957 tot 1968) druist daar tegenin: elk clichébeeld van Sovjetkunst wordt erdoor genuanceerd en gecompliceerd; grootse artistieke gebaren gaan hand in hand met subtiele politieke rebellie. De onlangs gerestaureerde versies van Kalatozovs Als de kraanvogels overvliegen en De brief die nooit verzonden werd (1959) zijn daar grandioze voorbeelden van.

Sympathieke Amerikanen
Het creatieve klimaat in de Sovjet-Unie warmde op nadat partijleider Nikita Chroesjtsjov in 1957 in een uitgelekte toespraak kritiek leverde op de persoonsverheerlijking van Stalin. Het was een zeldzaam moment waarop de barsten in de Sovjet-top zichtbaar werden. De concessies die Chroesjtsjov moest doen na de ijzeren heerschappij van Stalin gingen vervolgens nog veel verder: miljoenen gevangen werden vrijgelaten uit de goelag-werkkampen. De focus verschoof voorzichtig van zware industrie richting een goederen- en consumptiemaatschappij, waarin meer ruimte was voor vrije tijd, luxegoederen en culturele entertainment. Auteurs, dichters, schilders en regisseurs kregen ook meer vrijheid om complexere verhalen te vertellen die voorbij de eenzijdige verheerlijking van de staat en de homo sovieticus gingen.

Je ziet die maatschappelijke ontwikkelingen uiteindelijk allemaal terug in de films van Kalatozov, die in de vroege jaren dertig doorbrak met de documentaire Zout voor Svanetië, een betrokken portret van de traditionele cultuur van de Svaneten, een etnische Georgische subgroep die door de snel ontwikkelende modernisering verdrongen dreigde te worden.

Kalatozov leerde het vak in de jaren twintig als cameraman voor stille films, waarvan de stijl doorspijpelt in zijn regiewerk. Door filmhistorici wordt zijn vroege werk beschreven als gestileerd, expressionistisch en gericht op subjectieve ervaringen, allemaal kwaliteiten die je ook in zijn latere werk kan herkennen. Na Zout voor Svanetië volgde een hiaat van acht jaar waarin Kalazotov, opgeleid als econoom, de filmstudio van Tbilisi runde. Zijn grote rentree was Wings of Victory (1941), een glorende biografie over testpiloot Valeriy Chkalov die in 1936 vanuit Moskou via de Noordpool naar Washington vloog, een 63-uur durende non-stop vlucht. De film toont, voor een film uit de vroege Sovjet-Unie, de Amerikanen in een opvallend sympathiek licht, terwijl een stralende Jozef Stalin (gespeeld door vaste Stalin-vertolker Mikheil Gelovani) er ook goed vanaf komt.

Kalazotovs films hadden toen dus al enkele noemenswaardige kwaliteiten, maar waren in het grotere geheel van het Sovjet-filmlandschap toch vooral exemplarisch te noemen. Hij maakte trotse films over helden van de Sovjet-Unie en komedies over soldaten en archetypische Sovjet-burgers. Prima films, maar voor de gretige filmliefhebbers van de Sovjet-Unie voelden ze in toenemende mate als dertien-in-een-dozijn-films.

Artistiek tijdperk
Het overrompelende Als de kraanvogels overvliegen luidde een nieuw artistiek tijdperk in, dat brak met de clichématige films die eraan voorafgingen. Het grootste verschil met de films van voor de dooi was dat er eindelijk ruimte was om de onverwerkte trauma’s van de Grote Vaderlandse Oorlog te behandelen. In Tarkovski’s debuut De jeugd van Ivan (1962) staat de oorlog symbool voor het verlies van kinderlijke onschuld.

Kalazotov zette in Kraanvogels de gruwelen van het front naast de angsten en onzekerheden van de achterblijvers en uitzwaaiers in de grote stad. Het is een tragische film over soldaten en hun geliefden, die elk op hun eigen manier lijden. Zo’n complex hoofdpersonage als Veronika, verscheurd door angst, verdriet, trauma en schuld, zag je toen maar zelden op het zilveren scherm. Het gruwelijke lot dat ze moet ondergaan, het verlies van haar geliefde en haar verkrachting door zijn bloedeigen broer, waren al helemaal zeldzaamheden.

Samen met de inmiddels legendarische cameraman Sergej Urusevski, die met zijn camera aan het westfront van de oorlog stond, putte Kalazotov uit de expressieve beeld- en montagetechnieken van Poedovkin en Eisenstein om een totaal invoelbare filmervaring te maken waarin elke subjectieve staat van de personages gereflecteerd wordt in het beeld. Naarmate het pijnlijke verhaal van Als de kraanvogels overvliegen vordert, levert dat steeds meer nachtmerrieachtige beelden op, met als absoluut hoogte- en dus dieptepunt het overlijden van Veronika’s geliefde aan het front. Samojlova’s indrukwekkende spel verheft Als de kraanvogels overvliegen tot een humanistisch meesterwerk over de trauma’s van de oorlog. Toen de film op het filmfestival van Cannes in première ging en Samojlova haar hotel uitliep, durfde niemand haar handtekening te vragen, omdat een menigte fans en journalisten spontaan in applaus uitbrak. Op hetzelfde festival sleepte Kalazotov de Gouden Palm voor Beste Film in de wacht.

Ook in de Sovjet-Unie werd de film een groot succes. Iedereen zag de film: jongeren, ouderen, burgers, politici en veteranen. Nadat regisseur Grigori Roshal de film zag bij een speciale vertoning voor collegae in de Mosfilm-studio zei hij: “We huilden allemaal. Ook ik moest huilen en ik schaam me niet om het toe te geven.” Als de kraanvogels overvliegen zette een nieuwe standaard voor de manier waarop vrouwen, soldaten en individuen afgebeeld werden op film: als gecompliceerde mensen, die hun eigen problemen niet altijd kunnen vereenzelvigen met die van de wereld om zich heen.

Expressionistische nachtmerrie
Kalazotovs opvolger De brief die nooit verzonden werd (1959) is wat dieper weggezakt in het collectieve geheugen, maar is zo mogelijk nóg beter. De emotionele directheid van Kraanvogels is overweldigender en de visuele bravoure van Soy Cuba is uitvoeriger, en op papier kent De brief die nooit verzonden werd een wat schematisch verhaal—over vier geologen die de eerste diamanten onder het oppervlak van het Siberische plateau moeten vinden. Maar de uitwerking van deze tweede samenwerking tussen Kalazotov, cameraman Urusevski en steractrice Samojlova is werkelijk subliem. Wat begint als een romantische avonturenfilm over de moedige pionier die de uitgestrekte natuur van de Sovjet-Unie moet overwinnen, eindigt in een expressionistische nachtmerrie waarin de grillige omgeving symbool staat voor de subjectieve ervaringen van de vier geologen.

Het is een broeierige en onstuimige film, waarin de verwoestende elementen van de natuur—regen, wind, sneeuw, bliksem en vuur—metaforen worden voor de angsten en onzekerheden van de hoofdpersonages. Het is bovendien een van de meest expliciete films over seksuele spanningen en erotische frictie die de Sovjet-Unie op dat moment kon produceren. Het vuur van ongeuite passie lijkt letterlijk het filmbeeld dat uit de projector komt weg te eten. Urusevski gaat los met expressionistische kaders en textuurrijke shots van bezwete gezichten, rimpelend water en vlijmscherpe boomtoppen die uit het besneeuwde landschap priemen. Zie het als een masterclass in de expressieve cinematografie die we nu als modern bestempelen. Met recht is dit een film die het verdient nu weer gezien te worden: het is een van de mooiste films uit deze creatief vruchtbare tijd, misschien juist ook wel omdat die zo prachtig van zich afbijt.


Russische Dooi: De Sovjet-new wave (1957-1968) | 2 t/m 22 december | Eye Filmmuseum, Amsterdam | Als de kraanvogels overvliegen en De brief die nooit verzonden werd zijn vanaf 2 december landelijk te zien.