In Fabric

Wie de jurk past

  • Datum 28-08-2019
  • Auteur Dana Linssen
  • Thema Filmkrant 423
  • Gerelateerde Films In Fabric
  • Regie
    Peter Strickland
    Te zien vanaf
    05-09-2019
    Land
    Verenigd Koninkrijk, 2018
  • Deel dit artikel

Peter Strickland wilde met In Fabric een ASMR-film maken, geïnspireerd op die YouTube-filmpjes met fluisterende stemmen, ritselend papier en ruisend textiel die bij sommigen voor ‘eargasms’ zorgen. Het werd een film over een behekste jurk in Dario Argento-stijl.

Het gevaarlijkste kledingstuk uit de geschiedenis is waarschijnlijk de vergiftigde bruidsjurk die Medea aan haar rivale Glauce stuurt, als zij door haar geliefde Jason voor deze andere vrouw in de steek is gelaten. Beroemder is misschien nog wel het zogenaamde ‘Nessus-hemd’, doordrenkt met het bloed en het zaad van centaur Nessus, dat de jaloerse echtgenote van Heracles aan haar man gaf om zijn trouw af te dwingen, maar waarin hij levend verbrandde.

Niet alleen de Griekse mythologie kent verhalen over betoverde kledingstukken; ook de filmgeschiedenis staat er bol van. Je zou kunnen zeggen dat Paul Thomas Andersons Phantom Thread (2017) met die traditie speelt, door de geheime boodschappen die modeontwerper Reynolds Woodcock erin meegeeft aan hun draagster. In Peter Stricklands nieuwe film In Fabric komt ook zo’n betoverde jurk voor, maar Stricklands interesses gaan alle kanten op. Meer nog dan seks en jaloezie is hij geïnteresseerd in het eigen leven dat kledingstukken lijken te leiden, en het meer fetisjistische karakter ervan. Bovendien levert hij met een knipoog ook kritiek op de verleidingen van de consumptiemaatschappij. Maar het is bij Strickland allemaal nooit zo eenduidig. Daarvoor houdt hij teveel van verboden vruchten. Het is alsof hij met zijn film een nieuwe mythologie of kledingsemiotiek heeft willen schrijven.

Freuds natte droom
De hoofdrol in In Fabric is voor een rode jurk die ergens begin jaren tachtig in de uitverkoop in een sjiek warenhuis in een nondescripte stad opduikt. Het is een tijdloos ontwerp, en bovendien bezit de jurk magische kwaliteiten: hij past iedereen (willen we niet allemaal zo’n jurk?). Sterker nog: hij geeft iedere drager een gevoel van welbehagen (willen we dat niet allemaal ook?). Maar de prijs voor dat genot is helaas iets hoger dan we er in de uitverkoop voor hadden willen betalen.

De eerste draagster van de jurk is de alleenstaande moeder en bankemployee Sheila (Marianne Jean-Baptiste). Zij kiest de jurk uit (of kiest de jurk haar uit?) als ze voor het eerst weer op datingpad gaat. Bij haar openbaren zich de eerste symptomen van dit Nessus-kleed. Is de jurk jaloers op z’n draagster?

In plaats van dit gegeven strak te structureren gaat Stricklands film alle kanten op. We wisten van de regisseur van onder meer Berberian Sound Studio (2012) en The Duke of Burgundy (2014) al dat hij een liefhebber is van Italiaanse horror, en dan met name van de giallo-films van Dario Argento, waarin de natte dromen van Dr. Freud schaamteloos kunnen uitkomen. Ook In Fabric houdt weer het midden tussen fetisjfilm en pastiche, en de verwijzingen naar Argento’s Suspiria (1977) zijn overdadig. In plaats van de heksensabbat achter de schermen van een dansschool zijn we hier getuige van de manier waarop kleding wordt gefabriceerd in het mysterieuze kledingatelier van het warenhuis, waar het er minstens even duister en ritualistisch aan toegaat als in Argento’s film (en de remake van Luca Guadagnino van vorig jaar).

Brandende jeuk
‘Fabric’ betekent niet alleen ‘textiel’, maar ook ‘structuur’, bijvoorbeeld die van een gebouw, en er is iets net zo fluïde en organisch aan die ‘architectuur’ als aan de jurk. Bovendien is het interessant om over kleding ook te denken als iets dat op een andere manier ‘structuur’ geeft aan de drager.

Kleding transformeert de drager, maar de drager laat ook zijn afdruk na in zijn kleding. Strickland is dol op dat transformerende effect, ook van de cinema zelf. In Fabric is een staalkaart van reclames en commercials, van het rituele gedrag van kledingverkoopsters, van genderverkenningen, van erotiek. Op z’n beste momenten geeft de film je het gevoel in een berg zacht satijn te duiken. En op z’n allerbeste voel je ook de brandende allergische jeuk van synthetische stoffen.

Strickland vertelde in interviews dat hij zich voor de film, behalve door jeugdherinneringen als hij weer eens door zijn moeder naar een of andere uitverkoop werd meegezeuld, ook liet inspireren door van die ASMR-filmpjes op YouTube, voluit autonomous sensory meridian response, waarin fluisterende dames met knisperend papier op ruisend textiel sommige luisteraars een ‘eargasm’ bezorgen. Maar je kunt er ook andersoortige rillingen van krijgen natuurlijk.