Willem van Batenburg (1941-2024) 

'De eerste keer klaar op de tong'

Willem van Batenburg (rechts) op de set van een van zijn erotische films. Foto: collectie Eye Filmmuseum

Erotisch filmmaker Willem van Batenburg was een pionier, zijn Pruimenbloesem staat te boek als eerste Nederlandse pornofilm. Hij werd in 1982 nog verguisd door feministen, maar zijn film trok 200 duizend bezoekers, evenals opvolger ’n Schot in de Roos, terwijl een modern publiek juist het feministische gehalte van zijn werk opvalt.

“Het aantrekkelijke van seksfilms is dat de animale, instinctieve kant van de erotiek de nadruk krijgt, de kant die vaak wordt ontkend maar die iedereen ervaart.” Dit zei regisseur Willem van Batenburg in een interview ten tijde van de release van Pruimenbloesem (1982), als eerste Nederlandse pornofilm een mijlpaal in de vaderlandse filmgeschiedenis. Op 28 oktober werd bekend dat Van Batenburg op 5 oktober 2024 overleed, hij werd 82.

De naam Van Batenburg was een pseudoniem, ontleend aan het plaatsje in de Betuwe waar hij een deel van Pruimenbloesem opnam. Hij deed dit niet uit schaamte voor zijn vak, maar omdat in die tijd dreigtelefoontjes heel gewoon waren.

Van Batenburg, in 1941 als Wim Voorbeijtel in Utrecht geboren, maakte zijn eerste erotische film in 1964 met de Super8-filmcamera van zijn vader. Inspiratiebron waren de (erotische) verhalen van de Franse schrijver Guy de Maupassant. Samen met een inschrijvingsformulier stuurde hij de korte film naar de Nederlandse Filmacademie, maar zijn aanvraag werd afgewezen.

In 1967 ging hij aan de slag in de Utrechtse buurtbioscoop Palace, waar veelal genrefilms draaiden, inclusief soft seksfilms. Eerst was hij assistent-bedrijfsleider, later bedrijfsleider. “Het idee om [erotische; AW] films te produceren voor dat theater was na korte tijd zelfs bij de grootste droogkloot aller tijden opgekomen, zo slecht waren de films die er draaiden. De films weerspiegelden vooral de schuld, de gevaarlijke en zondige kant”, schrijft Van Batenburg in zijn in 2006 gepubliceerde memoires Het komt allemaal weer omhoog: de memoires van een erotisch filmmaker, over de seksfilms die in Nederland werden uitgebracht.

“Probeer zelfs eens wat”, adviseerde een kennis, en zo geschiedde. Nadat Wim Verstappens Blue Movie (1971), waarin erecties worden getoond, voor het einde van de filmkeuring zorgde, kon Van Batenburg aan de slag. In totaal maakte hij in vier jaar tijd 22 korte erotische films, waarvan een deel in 2008 op dvd verscheen als Lustvulkaantjes.

Stinkbommen
In 1981 begint Van Batenburg met de voorbereiding van de eerste Nederlandse pornofilm Pruimenbloesem. Voor de financiering ervan – uiteindelijke kosten: 236 duizend gulden – neemt hij een extra hypotheek op zijn huis. In Nederland was wel porno gemaakt, door de in Breda werkzame Italiaanse regisseur Lasse Braun (Body Love, 1977), maar dat was met buitenlandse acteurs.

Pruimenbloesem

Een ondeugend kijkende Diana de Koning, een zeer naturelle verschijning, speelt de hoofdrol in Pruimenbloesem. In 1982 werd de film verguisd, al trok hij 200 duizend bezoekers. Het waren de hoogtijdagen van feministische protesten tegen pornografie onder de noemer ‘porno is de theorie, verkrachting de praktijk’. Over Pruimenbloesem werd in 1982 dan ook vol walging gesproken in de televisieshow van Sonja Barend en feministen gooiden verfbommetjes tegen de Utrechtse bioscoop waar de film meerdere keren per dag draaide.

Van Batenburg memoreert met veel gevoel voor understatement in zijn memoires: “Aan het eind van het programma zit de zoveelste discussie over porno. Daar loopt een en ander danig uit de hand. Feministes gaan hardhandig de strijd aan met een pornohandelaar. Is er betere reclame denkbaar? Vanaf de eerste dag in de bioscoop loopt het prima. […] We komen met de film precies terecht in de glorieuze strijd van het feminisme tegen pornografie. Dreigtelefoontjes, bekladden van etalages, stinkbommen. Ten slotte zelfs een steen door een kassaruit waar iemand zit te werken.”

Vrouwelijk genot
Het is ironisch dat de film ruim veertig jaar laten juist geprezen kan worden om zijn feministische gehalte, net als Van Batenburgs tweede pornofilm ’n Schot in de roos (1983). In beide films staat de seksualiteit van de vrouw voorop. Haar genot is het belangrijkste, niet dat van de mannen. Er gaat een kwartier voorbij zonder penetratie in beeld, wel een bef- en masturbatiescène. Voor een pornofilm – uit welke tijd dan ook – is dat hoogst ongebruikelijk. In plaats daarvan zien we een vrouw die alles stevig in handen heeft. De pikgerichtheid van de doorsnee pornofilm is hier afwezig.

Wat Pruimenbloesem ook verrassend anders en fris maakt, zijn de tot de man gerichte ‘lesjes’ in elke seksscène. Als ze telefonisch met haar vriendin spreekt terwijl een man haar likt, zegt Myriam (De Koning): “Je kent m’n devies. De eerste keer klaar op de tong en dan pas de grote sprong.” Als een nieuwe minnaar, in de eerste scène met penetratie, nogal hard van stapel loopt, zegt ze: “Hé rustig, je hoeft de trein niet te halen. Een boemeltrein is toch veel gezelliger dan de sneltrein? Dan hoef je niet meteen uit te stappen.” En wanneer een vriendin tijdens een kwartet de man aanspoort in missionarishouding flink tekeer te gaan, zegt Myriam: “Ik snap niet dat je dat simpele gedram zo lekker vindt.”

’n Schot in de roos

Ook in opvolger ’n Schot in de roos (1983) krijgt de door Diana de Koning gespeelde vrouw uiteindelijk haar zin. Maja’s vriend wil graag vrije seks en stelt voor samen naar een parenclub te gaan. Maar Maja ziet dit niet zo zitten, ze wil graag van seks genieten binnen haar relatie, niet erbuiten. Als hij blijft zeuren, leert ze hem een lesje. Door uithuizig seks met wildvreemden te hebben, maakt ze hem stikjaloers. Ten slotte begrijpt hij haar: doe nooit iets tegen de zin van je vrouw.

De koppeling tussen seks en dood, die aids begin jaren tachtig veroorzaakt, is in Pruimenbloesem nog ver weg – al doet Maja in ’n Schot in de roos de wildvreemde man die haar in een steegje neukt wel een condoom om: “Je weet het maar nooit.” Daarna was de lol er wel vanaf. Van Batenburg beoogde een trilogie te maken, maar toen er meer bekend werd over het aidsvirus verloor hij zijn enthousiasme voor de pornofilm.

Zijn pionierswerk werd al vrij snel herontdekt. Zo besteedde filmtijdschrift Skrien in 1993 in hun special ‘Lust in blik: Pornografie herbekeken’ onder meer aandacht aan Van Batenburg. Daarnaast werden zijn films weer mondjesmaat vertoond, onder meer in het Filmmuseum (bij Jan Doense’s cultavond ‘Mondo Bizarro’) en het Amsterdamse filmtheater Rialto, maar ook op het prestigieuze pornofilmfestival van Berlijn. En in 2007 verschenen zijn beide pornofilms op dvd.

Die herontdekking ging samen met een herwaardering voor zijn werk, waarin plezier vooropstaat en de fantasievol ingevulde pornoscènes ingebed worden in een verhaal. Uiteindelijk vormt zijn oeuvre een inspiratiebron voor filmmakers die zich bezighouden met vrouwvriendelijke porno. In een (onuitgebrachte) documentaire over Van Batenburg prijst de in Amsterdam werkzame Jennifer Lyon Bell, regisseur van sekspositieve films als Matinée (2009) en Silver Shoes (2015), zelfs het feministische gehalte van zijn films. Dat heeft Van Batenburg gelukkig nog meegemaakt.


Pruimenbloesem en ’n Schot in de roos zijn door Paradiso Entertainment uitgebracht op dvd. Lees ook ons interview met Van Batenburg uit 1998, waarin hij terugblikt op zijn erotische carrière.

Behalve filmmaker was Van Batenburg ook schrijver én verzamelaar van pornografische en erotische literatuur. Die collectie schonk hij in 2014 aan de Universiteit van Amsterdam en huist nu in het Allard Pierson-museum.