Paolo Virzì over The Leisure Seeker

'Toen ze ja zeiden, zat ik eraan vast haha!'

Paolo Virzì

Paolo Virzì is goedlachs, op het afstandelijke af. Gaandeweg het gesprek bekruipt me het gevoel dat hij The Leisure Seeker eigenlijk helemaal niet wilde maken.

Hij herhaalt een paar keer hoe onwaarschijnlijk zijn project was: “We hadden het scenario geschreven, maar ik betwijfelde of de film van de grond zou komen.” En toch: The Leisure Seeker heeft zojuist op het filmfestival van Venetië zijn première beleefd.

Hij lacht ook erg veel, de Italiaanse regisseur Paolo Virzì, tijdens het gesprek met een groepje journalisten in een omgebouwde Venetiaanse plantenkas. Natuurlijk is het best grappig dat ze voor de hoofdrollen eerst aan Robert Redford en Jane Fonda dachten, terwijl die op ditzelfde festival opduiken in een ander geriatrisch-romantisch drama, Our Souls at Night. Dat is een mooi toeval – en geeft aan dat Virzì op het goede spoor zat.

Maar dat hij ook nog steeds niet lijkt te geloven dat zijn tweede keus, Donald Sutherland en Helen Mirren, wél is gelukt, wordt, nu de film goed en wel af is, een beetje raar: “Ik dacht dat dat onmógelijk zou zijn”, “Ik had het niet verwacht, maar ze zeiden ja!”, en “Het noemen van die namen was ook een uitvlucht, zodat ik geen film hoefde te gaan maken in Amerika. We wisten zeker dat ze zouden weigeren. Maar toen ze ja zeiden, zat ik eraan vast haha!” En dat hij ook daarbij maar blijft lachen, wordt eigenlijk een beetje vermoeiend.

‘Waarom ik?’
Hij lacht überhaupt om bijna alles. Het kan zijn dat Paolo Virzì zo is. Maar het komt over als ongemak. Het waren dan ook zijn producenten die erop aandrongen dat ie een film ging maken in de Verenigde Staten: “Ik kreeg allemaal scenario’s aangeboden uit Amerika, maar daar zat niks tussen. Dan vroegen ze of ik een onzinnige komedie of een áctiefilm wilde maken – geen idee waarom ze daarbij aan mij dachten haha! Maar mijn producenten zeiden: kom nou, je laat de kans toch niet schieten om één keer van je leven een film in Amerika te maken? Nou goed, zei ik, als ik dan zelf het scenario mag schrijven, zoals ik gewend ben, dan wil ik er over nadenken.”

Dat gebeurde dus, met The Leisure Seeker. Maar of ‘ie daarmee echt zin kreeg om in de Verenigde Staten te werken? Hij klinkt alsof ‘ie het liefst gewoon een Italiaanse film had gemaakt. Hij exporteerde ook bijna zijn hele crew. En met Donald Sutherland castte hij natuurlijk iemand met ook een lange carrière in Italië zelf, “1900 [1976] en Casanova [1976] en dan nog allemaal shitfilms haha!” Dat geldt niet voor zijn tegenspeler Helen Mirren, maar zij is nu eenmaal “de beste levende actrice”, meent Virzì.

Dat klinkt als ontzag, en of het daardoor komt weet ik niet, maar Virzì vertelt zijn acteurs nauwelijks aangestuurd te hebben: “Ik had twee acteergiganten. Soms was mijn baan alleen maar om de set voor te bereiden en dan to enjoy the show, haha!” Dat kan natuurlijk een methode zijn – Woody Allen werkt op dezelfde manier – maar komt bij Virzì meer over als: zoeken jullie het maar uit. Als ik hem vraag of hij wilde dat ze een bepaalde scène komisch of juist tragisch zouden spelen, antwoordt hij: “Ik zei alleen dat ze zouden volgen wat er geschreven was.”

‘Ik weet het niet’
Het zou natuurlijk iets interessants kunnen opleveren, een Amerikaanse film vanuit Italiaanse sensibiliteit. Maar dan zouden die twee culturen elkaar wel moeten vinden. Dat hij twee keer de Trump-campagne voorbij laat komen – terwijl de filmopnamen plaatsvonden voordat iemand dacht dat Trump een serieuze kans had – verklaart Virzì bijvoorbeeld uit zijn nationale gevoeligheid: “Ik voorvoelde dat er iets stond te gebeuren. Ik ben geen helderziende, maar wij Italianen zijn wel gewend aan zulke onverwachte gebeurtenissen, haha!”

Dat is interessant. Maar hoewel hij zijn film nota bene met Trump begint, heeft dat verder niets te maken met het psychologisch drama tussen de twee oudere echtelieden. Waarom dan toch? “Ik weet het niet. Misschien omdat Altmans Nashville [1975] ook zo begint.” Een eerbetoon; in het verhaal een losse flodder.

En ook de enorme, overdreven jaloezie die de dementerende John op zijn oude dag bevangt, voelt geforceerd en overdreven – niet inherent aan dit Amerikaanse personage: “Ja, dat is wel een Italiaanse specialiteit ja! Haha!”

‘Iets eenmaligs’
Ik snap het wel, iedereen praatte op hem in en hij ging twijfelen. Wilde hij misschien toch ook eens in de Verenigde Staten filmen met grote Hollywood-sterren? Ook een keer een roadmovie maken langs Route One? Maar Virzì moest ertoe gezet worden. Hij verzamelde zo veel mogelijk vertrouwelingen om zich heen, liet de acteurs hun ding doen en lijkt vooral blij dat ‘ie weer thuis is.

“Ik ben een kind van de Italiaanse cinema. Ik ben trots een Italiaanse filmmaker te zijn. Daarom had ik ook nooit verwacht een film te maken in een ander land en een andere taal. Ik denk dat dit iets eenmaligs is.” Dat is dan wel weer verrassend eerlijk in een interview, dat toch vooral promotie ten doel heeft. “Ik geloof niet dat ik dit ooit nog eens ga doen.”