Beyond Words

Wanneer is Michael thuis?

Beyond Words

In monochrome beelden schetst Urszula Antoniak de tweespalt van een Poolse migrant in Berlijn. Wanneer hoort de ambitieuze advocaat Michael er nu eigenlijk écht bij?

Dat golvend achterovergekamde, blonde haar en dat net te krappe pak… heeft Urszula Antoniak haar hoofdpersoon Michael nu met opzet gestyled als een jeugdige versie van Geert Wilders? “Ik ben niet als jij, maar jij bent als ik”, zegt een Nigeriaanse dichter voor wie Michael met tegenzin als asieladvocaat optreedt. Die opmerking raakt een gevoelige snaar, want inderdaad: Michael is ook zelf een immigrant in Duitsland. Elke ochtend voor hij naar zijn werk gaat, strijkt hij zijn overhemd en zijn accent glad. Zijn Poolse afkomst is een zorgvuldig bewaard geheim — beter gezegd: een bron van ongemak en schaamte. Maar dan staat plotseling zijn vader voor zijn neus en wordt Michael alsnog gedwongen zich te verhouden tot zijn wortels.

Er valt veel voor te zeggen om Beyond Words te beschouwen als een allegorische vertelling. Dat maakt het volkomen logisch dat, precies op het moment dat Michael aan zijn afkomst wordt herinnerd, die vader ineens in Berlijn opduikt. Dan zijn ook die literair geformuleerde dialogen te plaatsen, en het feit dat de personages maar weinig volume krijgen. Het past bovendien in de benadering van Antoniak, bij wie ideeën vaker rechtstreeks in personages worden vertaald — het hoofdpersonage in Code Blue fungeerde als personificatie van de dood, bijvoorbeeld. Michaels interacties met zijn baas (en vriend) Franz, met de Poolse serveerster Alina voor wie hij de geboren en getogen Duitser speelt, met die ene asielzoeker en met zijn vader leren ons weinig over hem, maar vormen wel een weergave van de spagaat die migratie met zich mee kan brengen.

Het treffendst wordt die geïllustreerd in een scène waarin Michael als tolk optreedt tijdens een lunch met zijn vader en Franz. Van twee kanten vliegen het wantrouwen en de minachting over tafel; ze worden door Michael kundig opgevangen en in gekuiste vorm doorgegeven. Hier laat Antoniak zien wat migrant-zijn betekent: een voortdurende onderhandeling tussen twee identiteiten die elkaar niet per se liggen. Wat Michael stoort aan de houding van zijn cliënt is dat de man die onderhandeling weigert aan te gaan. De dichter claimt brutaalweg de vrijheid om te wonen en werken waar hij wil.

Beyond Words peurt naar het wezen van hedendaags nationalisme en snijdt interessante vragen aan over identiteit, in- en uitsluiting – urgente thema’s waarvan je zou willen dat ze vaker in films werden onderzocht. Maar het blijft te veel een analytische gedachteoefening. Priemende blikken en nevelige uitspraken verhullen meer dan ze vertellen; waar het gaat om Michaels relaties tot zijn vader en tot Alina blijven we volstrekte buitenstaanders. In zekere zin geldt dat ook voor Michael zelf en zo reflecteert de film misschien ook de pathologie van zijn hoofdpersonage. Een fysieke confrontatie in de laatste akte helpt niet alleen om Michael uit zijn isolement te halen, maar trekt ook op het laatste moment de film vlot.