IFFR 2025: Big Talk Cate Blanchett & Guy Maddin
Ongedwongen keukentafelgesprek over filmliefde

Onderaan v.l.n.r. Claire Stewart, Guy Maddin en Cate Blanchett tijdens de Big Talk op IFFR 2025. Foto: Anne Reitsma/IFFR
In het uitverkochte Luxor Theater palmden de Australische acteur Cate Blanchett en de Canadese filmmaker Guy Maddin de bezoekers moeiteloos in met mooie verhalen over hun inspiraties en werkwijzen.
Clare Stewart, zakelijk directeur van het IFFR, weet tijdens de door haar gemodereerde Big Talk met regisseur Guy Maddin en haar landgenoot Cate Blanchett de aandacht goed te verdelen tussen de twee gasten. Dat is ook nodig: in de uitverkochte theaterzaal van het Oude Luxor zijn de meeste bezoekers, getuige het luide applaus dat haar ten deel valt, gekomen voor Blanchett, die de 54ste editie van het festival een glamoureus cachet geeft.
Blanchett speelt een sleutelrol in Maddins komedie Rumours, te zien op het festival. Ze is in Rotterdam eveneens te zien in de kortfilm Bozo Over Roses. Maar ze is er vooral als ambassadeur van het onlangs gelanceerde Displacement Film Fund.
Dat fonds promoot en financiert producties van makers die ontheemd zijn of films maken over vluchtelingenproblematiek. Het is een samenwerking tussen prominenten uit de filmwereld – onder wie Blanchett – en het Rotterdamse Hubert Bals Fonds. Er is intussen een bestendige band tussen de Australische en de havenstad, zoveel is duidelijk.
Canadese recalcitrant
Tijdens de Big Talk eten de bezoekers uit haar hand, terwijl Maddin zich etaleert als een koddige komiek. Stewart introduceert Maddin als “vreselijk inventief” en haar “favoriete Canadese recalcitrant”. Blanchett is in haar ogen “een van de belangrijkste artiesten van onze tijd”.
Gedurende de gemoedelijke avond maken de twee bezoekers die superlatieven waar. Erg veel tijd om de diepte op te zoeken is er niet. Maar Stewart gunt met haar intrigerende vragen de bezoekers wel een glimp van de metiers van regisseur en acteur. En dat is natuurlijk de crux van zo’n bijeenkomst.
Als Maddin door Stewart wordt gevraagd naar zijn filminspiraties maakt hij van de gelegenheid gebruik om stil te staan bij het overlijden van David Lynch. Toen de inmiddels 68-jarige Maddin 38 jaar geleden begon met films maken, was Eraserhead (1977) een van zijn grootste inspiratiebronnen. Evenals L’âge d’or (1930) van Luis Buñuel. Maddin springt van de hak op de tak: een anekdote over de baby uit Lynch’ film koppelt hij aan het moment waarop hij zelf – acht uur voordat zijn eigen vader zou sterven – te horen kreeg dat hij vader zou worden. Sindsdien droomt hij nog steeds regelmatig over zijn vader, die in zijn dromen weer tot leven komt.
Kameleon
Wie bekend is met Maddins oeuvre, en My Winnipeg (2007) in het bijzonder, weet dat de Canadees een soort dromerige, esoterische stijl hanteert voor zijn films vol autobiografische elementen.
Stewart omschrijft Blanchett daarentegen als een “kameleon”. Van haar echte ik is soms weinig meer te zien. Blanchett vertelt dat ze jaren geleden geen toekomst zag voor haarzelf in de filmindustrie. Ja, films zetten haar aan het denken. Maar ze had meer affiniteit met het theater. Sowieso, beklemtoont ze: “Ik was niet that girl.” Ze bedoelt iemand “die op het scherm paradeert”.
Enthousiast vertelt ze over haar filmliefde. Op de vier televisiezenders die in Australië in haar jeugd te zien waren keek ze naar acteur Basil Rathbone, een van de bekendste vertolkers van Sherlock Holmes. Ze was ook gefascineerd door westerns en horrorfilms. Ze gniffelt: horror kijkt ze niet meer sinds ze kinderen heeft. “Ik hou wel van mijn kinderen hoor”, knipoogt de actrice naar het publiek. Ook Picnic at Hanging Rock (Peter Weir, 1975) en Jane Campions An Angel at my Table (1990) passeren de revue.
Videotheken en videobanden
Stewart gebruikt vervolgens Hold Video in Your Hands, het focusprogramma op het IFFR met films over videotheken en VHS-tapes, als beginpunt om nog dieper te graven in de cinefilie van Maddin en Blanchett. Maddin omschrijft een videotheek uit zijn tijd in Chicago die veel filmklassiekers verhuurde. “Ja, ik ben een mijmerende oude man.” Toch lijkt dat verlangen naar fysieke films, in deze hoogtijdagen van het streamingtijdperk, groter dan ooit. Blanchett vertelt hoe ze in haar jongere jaren genoot van VHS-tapes die zo vaak waren afgespeeld dat de kwaliteit ondermaats was geworden.
Het kijken van VHS-tapes is een visceral experience, zegt ze, een zintuiglijke ervaring. Een clip die Stewart toont uit de YouTube-rubriek Criterion Closet uit 2022 – de kast vol dvd’s van het Amerikaanse dvd-distributeur – spreekt boekdelen over die liefde voor fysieke media. Glunderend gaat Blanchett, samen met Todd Field met wie ze Tár (2022) maakte, door de collectie. My Winnipeg belandt in haar handen, een van Maddins grootste triomfen. Ze was dus voor hun samenwerking in Rumours al bekend met zijn werk.
Zelfmedelijden
Ook uit My Winnipeg toont Stewart een clip, met het welbekende schaduwspel, en Maddins gefluister in de voice-over, met bespiegelingen over dreamy domiciles, amnesie en insomnia. Maddin vertelt dat hij zijn stem slaapverwekkend vindt. Even later merkt hij op dat hij wordt gedreven door zelfmedelijden – tegelijkertijd is hij zijn zelfmedelijden ook behoorlijk zat. Dit is Canadese zelfspot pur sang.
Zo krijgen de twee van Stewart behoorlijk wat ruimte om hun belevenissen en visies te delen. Gaandeweg valt op hoezeer de acteur en de regisseur van elkaar verschillen. Maddin schaamt zich dat hij in het begin van zijn carrière graag leentjebuur speelde bij Lynch; Blanchett steelt “graag van iedereen en alles” en dat “filtert” ze dan door haar eigen levenservaring.
Het gesprek komt op Blanchetts rol als Bob Dylan in I’m Not There (2007). “Jij geeft Timothee Chalamet ervan langs”, verkondigt Maddin. Hij doelt op Chalamets acteerwerk als Dylan in A Complete Unknown (2024), de biopic over de singer-songwriter die tevens te zien is op het IFFR. Maddin benadrukt dat het maar een grapje is, maar tegelijkertijd karakteriseert hij wel Blanchetts acteerwerk. In de bovengenoemde film geeft ze Dylan iets extra’s, noem het een aura mee – daar zijn maar weinig acteurs mee gezegend.
Maddin vraagt aan Blanchett of ze weleens euforisch is na een geweldige scène. Hij omschrijft hoe romancier Vladimir Nabokov, van wie hij een groot fan is, tijdens het schrijven en lezen weleens werd overmand door een tintelende sensatie in zijn hersenpan. Het is heerlijk om schaamteloos van je talent te genieten, lijkt Maddin te suggereren. Daar moet Blanchett weinig van hebben: “Ik leer meer van mijn schaamtevolle mislukkingen.”
Eigenaardige hobby
Het voorlaatste deel van de Big Talk spreekt iets minder tot de verbeelding. Dat gaat over de installaties die Maddin maakte – onder meer in het Parijse Centre Pompidou – en waar Blanchett in speelt, van Marshmellow Laser Feast. Een flink deel van het publiek lijkt af te haken bij het onderwerp. Logisch: de gemene deler is Blanchetts oeuvre, dat eerder in een ontroerende reel voorbijkomt.
Het slotstuk staat in het teken van hun gezamenlijke film Rumours, een komedie over een G7-top die ontzaglijk in de soep loopt. Blanchett speelt de schmierende Duitse bondskanselier. Maddin legt uit hoe hij tot dit onderwerp kwam. Met zijn broers kijkt hij – een vorm van procastrinatie – graag naar verslagen van G7-conferenties op YouTube. Een eigenaardige hobby. Maddin vertelt dat politici zich tijdens zulke bijeenkomsten geen houding weten te geven. Een video vol curieuze gebaren zegt genoeg. De Canadese premiere Trudeau ziet er volgens Maddin uit “alsof hij met testikels aan het jongleren is” en Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, “snijdt de lucht met haar handen in stukjes”.
Maddin vertelt over een politieke top in Canada. Als het ineens begint te regenen moeten de politieke kopstukken allemaal langs een plas regen. Dat blijkt een flinke beproeving “We zijn verdoemd”, haakt Blanchett in. Stewart en Maddin kunnen er, net als het publiek, smakelijk om lachen. Op dat moment is de avond getransformeerd tot een soort ongedwongen, intiem keukentafelgesprek – de ruim duizend bezoekers zitten bij Stewart, Blanchett en Maddin aan tafel.
Zouden sommige bezoekers, die dankzij Blanchett het werk van Maddin ontdekten, nu de films van Buñuel en Lynch gaan checken? Dat zou een mooie uitkomst zijn van deze Big Talk. Ter afsluiting wordt Maddins kortfilm The Heart of the World (2000) vertoond. Een zwijgende film die zich misschien het best laat omschrijven als een ontroerende verbeelding van Maddins cinefilie. Bij de vertoning voelt het Oude Luxor aan als een kerk. Voor sommige kerkgangers is hun devotie aan de filmgoden weer bevestigd. Voor andere kerkgangers is de bekering een feit, maar moet de verdere zoektocht nog plaatsvinden.
Hoe heerlijk is het om via Maddins The Green Fog (2017) – een soort eigenzinnige hervertelling van Alfred Hitchocks Vertigo (1958) – de cinema van de jaren vijftig te ontdekken. Het enthousiasme van Maddin en Blanchett is aanstekelijk. En Stewart exploiteert die vreugde – terecht – ten volle.