Boeken: Spookbeeld van de vrijheid

Doodgewoon buitenissig

Nr. 10

In zijn gedegen studie van de tien films die Alex van Warmerdam tot nu toe maakte, toont Peter Verstraten hoe die op telkens nieuwe manieren draaien om rollenspellen.

Ga er maar aan staan: zoeken naar betekenis in het werk van een maker met een zelfverklaarde “angst voor betekenis”. Al een kleine veertig jaar toont Alex van Warmerdam – theatermaker, schrijver, schilder, filmmaker – zich in interviews wars van pogingen zijn werk uit te leggen. Hij dwingt kijkers én critici om zelf chocola te maken van de vreemde werelden vol rare mensen die desondanks oh zo herkenbaar zijn.

Misschien is dat de reden dat er niet eerder een studie naar Van Warmerdams oeuvre werd gepubliceerd, ondanks zijn statuur als een van de grote Nederlandse filmauteurs. In Spookbeeld van de vrijheid – de titel verwijst naar Luis Buñuels Le fantôme de la liberté (1974) – doet filmwetenschapper Peter Verstraten nu als eerste een poging een overkoepelend kader te schetsen voor de tien films die Van Warmerdam tot nu toe maakte.

Humor en ongemak
Verstraten schreef eerder al uitvoerig over Van Warmerdam in zijn overzichtswerk Humour and Irony in Dutch Post-War Fiction Film. Daarin categoriseerde hij diens werk als ‘middle-of-the-road absurdisme’, een poging om Van Warmerdams typerende combinatie van alledaagsheid en buitenissigheid te vatten. Die typering bleef knagen, omdat Verstraten het gevoel had Van Warmerdam ermee tekort te doen. Spookbeeld van de vrijheid is een poging om secuurder te omschrijven hoe de combinatie van doodnormaal en eigenaardig in elkaar steekt, waaruit bij Van Warmerdams films zowel humor als ongemak voortkomt.

Het boek opent met een hoofdstuk over Van Warmerdams speelfilmdebuut Abel (1986), maar vervolgens wordt de chronologie losgelaten. Hoewel de verantwoording die Verstraten ervoor geeft, opgehangen aan het feit dat Grimm (2003/2019) tweemaal werd uitgebracht, wat gezocht is, werkt die opzet goed. Onderwerpen lopen vloeiend in elkaar over en gaandeweg het boek bouwt Verstraten naar een grotere theorie toe.

Het sleutelwoord daarin is: rollenspel. ‘Het idee van een rollenspel is misschien wel de overkoepelende thematische obsessie in zijn filmwerk, maar steeds verschilt de opvoering van dat spel’, aldus Verstraten. Bij de presentatie van Spookbeeld van de vrijheid, begin december in Eye Filmmuseum, leek Van Warmerdam daar wel iets in te herkennen. “Ik ben met een nieuw script bezig en verdomd: daar zit het ook weer in”, zei hij. Om vervolgens droog te grappen: “Ik weet nu niet of ik er nu nog mee door moet gaan.”

Ook dat beeld doemt op uit Spookbeeld van de vrijheid: een maker die zichzelf pertinent niet wil herhalen. Hoe herkenbaar Van Warmerdams stijl ook is, geen twee films zijn of doen hetzelfde. Het leidt Verstraten tot vergelijkingen met een breed scala aan andere films en makers – van de Coens tot Antonioni, van Teorema (1968) tot Under the Skin (2013).

Ballast
Verstraten schreef zijn boek duidelijk uit bewondering voor Van Warmerdams werk. Die spreekt uit zijn beschrijvingen en inzichten en uit hoe hij hier en daar voorzichtig sneert naar critici die Van Warmerdams films volgens hem langs de verkeerde meetlat leggen.

Alleen over de meest recente film, Nr. 10 (2021), is Verstraten negatiever. De verrassende wending die die film in de tweede helft neemt, maakt volgens Verstraten dat de film zich niet op een Van Warmerdammiaanse manier ontwikkelt, dat wil zeggen: rechtlijnig en met een ontknoping waarin een duidelijk en eenduidig sociaal commentaar schuilt.

Op die analyse valt weinig af te dingen. Toch biedt Verstraten in zijn boek zelf ook de ingrediënten voor een alternatieve lezing. Combineer Verstratens nadruk op het rollenspel met een uitspraak van Van Warmerdam dat de kijker zich niet met de personages, maar ‘met de film als geheel moet identificeren’, en er openbaart zich iets anders: Nr. 10 is een rollenspel van de regisseur zelf.

Al vanaf de zelfbewuste titel (Nr. 10 is Van Warmerdams tiende film) speelt de regisseur in Nr. 10 met ingesleten ideeën over zijn werk. In de eerste helft van de film draait dat spel erom de meest pure versie van die ‘huisstijl’ te laten zien, in de tweede helft juist om er zo ver mogelijk vandaan te bewegen zonder zichzelf te verloochenen. Alsof Van Warmerdam de last van zijn eerdere negen films wil afwerpen. Zo bezien geldt Verstratens conclusie over het ‘prototypische Van Warmerdam-personage’ wellicht ook voor de maker zelf: ‘[Z]e hunkeren ernaar zich van ballast te ontdoen, maar zodra ze “vrij” zijn, kunnen zij die vrijheid niet anders dan als een spookbeeld ervaren.’


Spookbeeld van de vrijheid, 10 films van Alex van Warmerdam Peter Verstraten |2022, International Film & Theatre Books, Amsterdam | 176 pagina’s | €21,50