The Power of the Dog

Machoman onder druk

The Power of the Dog

Jane Campion heeft een van haar beste films gemaakt met The Power of the Dog, een onheilszwangere western met een griezelig sterke performance van Benedict Cumberbatch als een veehouder die de cowboydagen van weleer romantiseert.

In het beste werk van de Nieuw-Zeelandse regisseur Jane Campion borrelt er altijd iets wreeds en gewelddadigs onder de oppervlakte. Debuutfilm Sweetie (1989), het met een Gouden Palm bekroonde The Piano (1993) en de meesterlijke erotische thriller In the Cut (2003) zijn uitstekend in het zo veel mogelijk verborgen houden van het emotionele geweld dat eigenlijk in de films schuilt.

Het zijn films over verzwegen gevoelens, verdrukte seksualiteit en weggestopt trauma. Misschien wordt dit wel het best belichaamd door Holly Hunters personage uit The Piano dat er al als jong meisje voor heeft gekozen nooit meer te spreken. Ze is een vat vol geheimen waar de film hooguit naar kan hinten.

Revisionistische western
Hetzelfde zou je kunnen zeggen over Phil Burbank, het door Benedict Cumberbatch vertolkte, enigmatische hoofdpersonage uit Campions nieuwste speelfilm The Power of the Dog. Vergeet het type cerebrale brainiac als de iconische detective Sherlock Holmes, de kosmische superheld Doctor Strange of de briljante mathematicus Alan Turing die Cumberbatch eerder speelde. In deze revisionistische western uit Nieuw-Zeeland zit de Britse acteur juist bomvol testosteron; een macho rouwdouwer die de mythe van de westernman hoog wil houden. En precies om die mythe is het Campion te doen in deze broeierige, onheilszwangere film die stilstaat bij een voelbaar einde van een tijdperk.

Het is 1925, de metropolitaanse levensstijl is ook de ongerepte natuur van Nieuw-Zeeland aan het inhalen. De outback maakt langzaam plaats voor de grote stad en de burgerlijke cultuur die daarmee geassocieerd wordt. De veefokkende, haast onlosmakelijk met elkaar verbonden broers Phil (Cumberbatch) en George (Jesse Plemons) Burbank gaan daar op hun eigen manier mee om. Voor George is het tijd om op te groeien, een vrouw te zoeken en te settelen. Phil grijpt het kerende tij juist aan zich nog meer vast te klampen aan de goede oude dagen, waarin mannen nog mannen waren en de natuur er was om enerzijds te vereren en anderzijds te bestieren. Het ressentiment dat hij uitstraalt naar Georges charmante, maar ook enigszins neurotische vrouw Rose (Kirsten Dunst) is het ruwe materiaal waar Campion haar psychologische thriller mee boetseert.

Unheimisch
De intensiteit van zijn toorn neemt alleen maar toe als Rose met haar hyperintelligente, maar enigszins sociaal gemankeerde zoontje Peter (Kodi Smit-McPhee) op de imposante familieranch van de Burbanks komt wonen. De schrikwekkende scènes waarin Phil het op Rose gemunt heeft zijn net zo unheimisch als southern gothic. Denk aan de grandioze beelden van Terrence Malicks Days of Heaven, maar dan met de psychologische verkniptheid van Don Siegels The Beguiled.

Dit is een film over mannen die vrouwen en homo’s haten, die van zich afbijten als ze zich bedreigd voelen in hun eigen mannelijkheid. Door een verhaal van grofweg een eeuw geleden te nemen en er zulke hedendaagse thema’s aan te verbinden, maakt Campion een krachtig werk dat verder dan de buzzwords van het moment reikt.

Ja, dit is een film over giftige mannelijkheid—zoals dat nu wordt genoemd—maar tegelijkertijd gaat The Power of the Dog ook nog over zo veel meer. Dit is een gelaagd portret van onzekere mensen die een emotionele whiplash ervaren door het meedogenloze tempo van de zich alsmaar ontwikkelende samenleving. Het is een film over de neuroses die de klassenmaatschappij met zich meebrengt en de bijhorende verwachting dat mensen altijd een betere versie van henzelf moeten opvoeren.

Plaaggeest
Al die maatschappelijke druk ligt ook op de schouders van Phil, een personage met veel meer diepgang dan je aanvankelijk zou denken. Op vrij briljante wijze weet Campion dit personage te nuanceren en te problematiseren, van macho plaaggeest naar een schoolvoorbeeld van de dubbele standaard die de maatschappij van iedereen verwacht. Juist door dat dubbele karakter is het een van de interessantste personages die Campion ooit in haar werk heeft onderzocht.

Daarbij moet gezegd worden: dit is ook een van de beste films die de Nieuw-Zeelandse regisseur ooit heeft gemaakt. Campion had al twaalf jaar geen film op haar naam staan toen The Power of the Dog in première ging op het filmfestival van Venetië, maar dat hiaat—waarin ze wel werkte aan de thrillerserie Top of the Lake—voel je totaal niet.

Ze is zo op haar gemak met het psychologische schermspel tegen de achtergrond van het ongerepte landschap in Nieuw-Zeeland dat ze zelfs vrijuit knipoogt naar motieven uit haar eerdere werk—de geheimen onder het bed van Sweetie, de gesjouwde vleugel van The Piano. Dit is een filmauteur op de top van haar kunnen, die alle registers opentrekt voor een verontrustende psychologische thriller die juist door al die haast ongrijpbare lagen lang blijft naspoken.