In the Cut
Hakken en pijpen
Een moordenaar in Manhattan en een vrijgezelle Meg Ryan. Agent Malloy verbindt ze in de nieuwste film In the Cut van Jane Campion. Mogelijke daders genoeg, en de Australische regisseur probeert je dan ook constant op het verkeerde been te zetten.
Seks en dood, dood en seks. Jane Campion (The Piano, Holy Smoke) kiest met haar nieuwste film In the Cut (naar het boek van Susanna Moore) voor een thriller die er subjectief en hermetisch over vertelt. In de openingssequentie filmt ze zusjes Meg Ryan en Jennifer Jason Leigh vanachter allerlei obstakels en door ramen, met een onduidelijk bewegende camera. De trucs van een thriller. Die camera bespiedt de twee vrouwen op een dermate nadrukkelijke manier dat ze direct als slachtoffer aangemerkt kunnen worden.
In the Cut speelt in New York en Campion laat dat op prachtige wijze zien. Het is warm, de straten gloeien. De bekende watertonnen op de daken neemt ze regelmatig in beeld. En trots wappert de Amerikaanse vlag. In een kroeg in een hippe buurt ziet Frannie (Ryan) hoe een man – zijn gezicht blijft onzichtbaar – gepijpt wordt. Het intrigeert haar, het windt haar op. Misschien omdat het haar ook bang maakt.
Het stikt in In the Cut van de verwijzingen. Zoals de tatoeage die staat op de pols van Frannies toekomstige minnaar, een besnorde politieagent. Was hij diegene in de kelder? En de ex-geliefde, gespeeld door Kevin Bacon, zaait ook al zoveel verwarring. De verwarringen betreffen een moord, waarbij de dader zijn vrouwelijke slachtoffers het hoofd afzaagt. Mogelijke daders genoeg, en de Australische regisseur probeert je dan ook constant op het verkeerde been te zetten.
Speldenprikjes
Wat deze film een typische Campion-film maakt is haar bijna obsessieve aandacht voor de vrouwelijke hoofdpersoon. Waar Holly Hunter in The Piano indringend moest zwijgen, is Ryan een vrijgezel in de grote stad met een gezonde zucht naar mannen en seks. Maar ook raakt ze geïntimideerd door dat grotestadsleven. Door de bijbehorende mannen en misschien zelfs wel door haar eigen lusten.
De eerste keer dat ze met de besnorde agent op het punt staat seks te hebben, lijkt dat bijna mechanisch te gaan. Even lijkt het dat Campion een net zo slechte film als Holy Smoke maakt. In die film kon Kate Winslett de urine langs haar benen laten lopen en nog was het saai en vervelend. Frannie wordt door de agent, Malloy, van achteren gebeft. Hoewel hij er uitziet als een standaard male chauvinist pig blijkt hij dat niet te zijn. Daarvoor legt hij, gezien haar genot, te veel talent en gevoeligheid voor de daad aan de dag. Campion filmt dat bijzonder intiem, betrokken. Niet preuts en niet obsceen. Je bent als kijker een voyeur zonder je vies te voelen.
Door de zoekende camera die elk shot en personage aftast, creëert Campion betrokkenheid bij het verhaal en het leven van Frannie. Je valt er middenin en krijgt slechts hints naar een verleden. Net als de vele hints naar de moordenaars en naar seks. In the Cut deelt continue speldenprikjes uit. Van genot, van verdriet en vol dood. Een hoofd wordt net zo makkelijk afgehakt als dat er geneukt wordt. En als er geen moord wordt gepleegd of aan seks wordt gedaan, wordt er wel over gesproken. Dat allemaal in zonnig New York. In een film zwanger van bloed, subjectiviteit en spelletjes. Helemaal geen slechte Campion.