Nomadland
Het noodlot van Amerika zag er nog nooit zo mooi uit
Regisseur Chloé Zhao heeft een beeldbepalende film over de tragedie van hedendaags Amerika gemaakt. Met zes nominaties waarvan er drie werden verzilverd was deze melancholische roadmovie langs een nieuwe economische frontier de grote winnaar van de 93ste editie van de Oscars.
De films van Chloé Zhao geven een bijzonder gevoel van immersie. Voor de camera strijkt het mooiste licht – het befaamde golden hour, net na zonsopgang of voor zonsondergang – over de vergane glorie van het Amerikaanse landschap. En achter de camera staat een scenarist en regisseur die eerst helemaal in haar omgeving opgaat voordat er überhaupt gefilmd wordt. Het doel van Zhao’s films is om echt dicht bij mensen te komen. Om een hand te reiken naar de vergeten groepen aan de randjes van het Amerikaanse landschap. Zhao is wat dat betreft een geestverwant van Gianfranco Rosi. Ook die gevierde documentairemaker, afgelopen november hoofdgast op IDFA, smelt feit en fictie op een natuurlijke manier samen om uiterst intieme ontmoetingen mogelijk te maken.
Dat deed Zhao ook al met haar veelbelovende debuut Songs My Brothers Taught Me (2015, nu te zien op MUBI), en met het nog veel betere The Rider (2017). Beide films zijn poëtische reflecties op het leven in het Pine Ridge reservaat in South Dakota. Inmiddels is Zhao doorgebroken als een van de belangrijkste nieuwe regisseurs van de Verenigde Staten. Komend jaar moet haar eerste mainstream film in de multiplexen gaan draaien, superheldenepos The Eternals uit de stal van Disney’s Marvel.
Zhao brengt nu alvast een deel van het wereldwijde miljoenenpubliek dat die film moet gaan trekken naar het nieuwe Amerikaanse wilde westen met Nomadland. De film won een Gouden Leeuw op het filmfestival van Venetië en was met zes nominaties al op voorhand de grootste kanshebber bij de 93ste editie van de Oscars. Er werden er drie verzilverd: Zhao won in de categorieën Beste Film en Beste Film, en Frances McDormand won (na Fargo, 1996 en Three Billboards Outside Ebbing, Missouri, 2017) haar derde beeldje voor haar hoofdrol als Fern, een zestiger uit het kleine industrieplaatsje Empire, Nevada, dat na de economische crash van 2008 van de kaart wordt geveegd. Vrij letterlijk: het gehele postcodegebied bestaat enkele jaren later niet meer. Wanneer Ferns man vervolgens overlijdt, is er niets meer dat haar nog bindt aan haar in verval geraakte omgeving. Ze verruilt haar huis voor een omgebouwd bestelbusje en kiest voor een nomadisch bestaan op zoek naar werk.
Nomadland is een bewerking van Jessica Bruders gelijknamige non-fictieboek uit 2017, dat in kaart brengt hoe steeds meer oudere Amerikanen onder de armoedegrens met een busje door het land trekken. McDormand pitchte het boek bij Zhao en mat zichzelf kortstondig ook deze nomadische levensstijl aan. Ze bracht ongeveer een half jaar in haar eigen busje rond en trok door zeven Amerikaanse staten gedurende de opnames van de film. Het levert een bijzonder authentiek beeld op van het leven langs de weg, mede omdat de andere nomaden die ze treft gespeeld worden door niet-professionele acteurs die versies van zichzelf vertolken.
Het verhaal van Fern is eigenlijk een hedendaagse variant op de seizoenarbeiders die zich ongeveer een eeuw geleden door de Verenigde Staten verplaatsten, zoals bezongen in John Steinbecks Grapes of Wrath (1939, in 1940 verfilmd door John Ford) en Terrence Malicks Days of Heaven (1978). Beide titels zijn referentiekaders voor wat Zhao hier doet. Nomadland is in essentie een revisionistische western die de nieuwe migratiestromen van Amerika in beeld brengt. De verhalen van de werkers zijn praktisch hetzelfde, het oogt alleen iets anders. Tegenwoordig gaan de nomaden niet aan de slag in de landbouw, maar staan ze rond de feestdagen in uitpuilende distributiecentra van Amazon orders te pikken. Alleen al de shots van uitgeputte Amazon-medewerkers die in de ijskoude nacht uit het warenhuis naar hun busjes op de parkeerplaats strompelen zijn een filmkaartje (of VoD-abonnement) waard. Zhao legt een economische realiteit bloot en geeft haar publiek de ruimte daar kritische vragen bij te stellen.
Die aanpak leverde Zhao de afgelopen weken wat kritiek op, die deels valide is. Je kunt je vraagtekens zetten bij de manier waarop de film naar een keiharde economische realiteit kijkt maar vervolgens de schoonheid van het leven benadrukt. Zhao en McDormand verbeelden niet alleen Ferns precaire maatschappelijke positie, maar laten ook zien dat er ruimte is voor bijna transcendentale schoonheid langs de wegen van Amerika. Daar kun je kritiek op hebben, maar het levert meer op om al die spanningsvelden – tussen armoede en tevredenheid, tussen hopeloosheid en verwondering, tussen eenzaamheid en vrijheid – te zien als de conflicten waar de film zelf ook mee worstelt.
Zhao is uiteindelijk op zoek naar het gevoel van waardigheid dat deze thuisloze Amerikanen proberen mee te dragen als ze de horizon tegemoet rijden. Ja, de beelden zijn prachtig, maar ze verbloemen niet de onbegrensde melancholie die ermee gepaard gaat. De hartverscheurende ontmoetingen tussen Fern en de andere nomaden die naarstig op zoek zijn naar een gevoel van saamhorigheid en gemeenschap benadrukken dat dit een film is over leven met verlies en verdriet. Ondanks alles proberen de nomaden een gevoel van trots te vinden in het leven dat ze nu leiden, wat misschien wel de grootste tragedie van het hedendaagse Amerika is: dat je je erbij neer moet leggen dat armoede een deel van je identiteit zal zijn. McDormand en Zhao proberen een diepere laag aan te snijden door te laten zien dat er veel meer speelt onder het oppervlak van deze nieuwe economische frontier. Wat Nomadland op een prachtige manier laat zien is dat die laag zich pas openbaart als je er lang en grondig genoeg naar op zoek gaat.