Mijn beste vriendin Anne Frank

Eindelijk een film over Anne Frank. Maar ook weer niet

Mijn beste vriendin Anne Frank

Met Mijn beste vriendin Anne Frank is er eindelijk een Nederlandse ‘Anne Frank-film’. Toch ligt de focus hier vooral op hartsvriendin Hannah Goslar.

Het verhaal van Anne Frank is dusdanig bekend, dat het tamelijk absurd is dat het verhaal nooit een Nederlandse verfilming kreeg. Zeker, er waren een televisiefilm (1962) en een tv-registratie van een toneelstuk (1985), maar in de filmzalen was het een armzalige boel. Zelfs Anne Frank: de Musical en Anne Frank: de Escape Room waren er eerder.

Des te ironischer is het dat de eerste Nederlandse Anne Frank-film niet eens écht om Anne draait. In Mijn beste vriendin Anne Frank ligt de focus op Anne’s beste vriendin Hannah ‘Hanneli’ Goslar (Josephine Arendsen). Aan het begin van de film zijn Anne en Hannah vroege pubers, die vooral bezig zijn met verstoppertje en jongenskusjes. Hannah is de stille, terwijl Anne (Aiko Beemsterboer) de spring-in-het-veld is die álles durft. ‘Wat zou Anne doen?’ is niet voor niets Hannahs levensmotto.

Toch is hun realiteit in 1942 allesbehalve onschuldig. Hannah schrikt allang niet meer als ze ziet dat haar Joodse vader de duurste eigendommen verstopt onder de vloer. De Duitse bezetting is het nieuwe ‘normaal’, en als ze maar gedwee de regels volgen, komt het vast goed. Inmiddels weten we dat dit wensdenken strandde op een muur van nietsontziend Duits sadisme. Het tweede deel van de film speelt zich daarom grotendeels af in concentratiekamp Bergen-Belsen, waar Hannahs voornaamste hoop gebaseerd is op een weerzien met Anne. Een weerzien dat opvallend dichtbij is.

Het verhaal van Goslar is veel minder bekend dan dat van Anne. Niet vreemd dus dat regisseur Ben Sombogaart – de oervader van degelijk Nederlands historisch drama (De tweeling, Bride Flight) – brood zag in een verfilming. Want in tegenstelling tot Anne overleefde Hannah de verschrikkingen van de oorlog wél. Zo wordt de film niet alleen een tragisch verhaal over te vroeg gebroken kinderlevens, maar óók een verhaal over moed en doorzettingsvermogen.

Des te spijtiger is het dat Mijn beste vriendin Anne Frank in de weg wordt gezeten door de wat houterig geschreven dialogen. Gelukkig tillen de twee hoofdrolspelers hun materiaal boven de middelmaat uit. Arendsen (eerder al geweldig in Mijn bijzonder rare week met Tess) acteert vooral knap met haar ogen en hoeft Hannahs pijn nauwelijks te benoemen. Beemsterboer (Vechtmeisje) vult de jeugdige onbevangenheid van Anne knap in: ze is tegelijkertijd mythe én levensechte prepuber.

Maar los van wat emotionele scènes in het concentratiekamp en de aandoenlijke chemie tussen de hoofdrolspelers, kleurt de film iets te vaak binnen de lijntjes. Het resulteert in een oerdegelijke geschiedenisles over een verhaal dat het verdiende om verteld te worden. Hannah Goslar – inmiddels 92 – vergat haar beste vriendin nooit. Gelukkig doet de Nederlandse filmwereld dat inmiddels ook niet meer.