A Hidden Life

Standvastig in het aangezicht van het kwaad

Een Oostenrijkse boer weigert zich over te geven aan de Nazi-overheersing in dit ambitieuze en meeslepende historische drama over stil verzet. De Amerikaanse filmfilosoof Terrence Malick laat op het meest intieme niveau zien wat oprukkend kwaad met de wereld doet.

Laten we beginnen bij het einde. De aftiteling van A Hidden Life wordt ingeluid door de laatste passage uit George Elliots literaire klassieker Middlemarch (1871-72): ‘The growing good of the world is partly dependent on unhistoric acts; and that things are not so ill with you and me as they might have been, is half owing to the number who lived faithfully a hidden life, and rest in unvisited tombs.’

De bijna drie uur die hieraan in A Hidden Life vooraf gaan laten intiem zien wat dat betekent, een ahistorische daad die het groeiende goed in de wereld mogelijk maakt. De Amerikaanse filmfilosoof Terrence Malick legt het bloot in zijn verbeelding van het bewogen leven van Franz Jägerstetter (August Diehl). Uit historische documenten blijkt dat deze Oostenrijkse boer uit het Alpendorp Radegund zich tijdens de Duitse bezetting weigerde over te geven aan de Nazi-heerschappij. Als enige in zijn kleine gemeenschap durft Jägerstetter tegen de nieuwe ideologische normen en waarden in te gaan. Historisch gezien is dat stille verzet natuurlijk een druppel op een gloeiende plaat, maar op individueel niveau is het een daad van wereldbelang.

Onvoorwaardelijke liefde
In dit ontroerende epos onderzoekt Malick wat ervoor nodig is – en wat het kost – om op deze manier je directe leefomgeving de rug te keren. Een onverwoestbare spirituele overtuiging is het korte antwoord. Maar het in beeld brengen van het bewustzijn en de transcendentie die daarvoor nodig zijn, is een van de grootst mogelijke uitdagingen in de kunsten.

Malick slaagt daar bijna elke keer in, van zijn speelfilmdebuut Badlands (1973) tot en met magnum opus The Tree of Life (2011). Zelfs zijn veel bekritiseerde hedendaagse trilogie, die bestaat uit To the Wonder (2012), Knight of Cups (2015) en Song to Song (2017), biedt een uitzonderlijke verbeelding van de spirituele crisis van onze postmoderne, agnostische consumptiemaatschappij. Het zijn films over mensen die hun spirituele koers zijn verloren. Ze zoeken zingeving in kortstondige romantiek, seks, drugs, werk en afzondering, maar slagen er niet in om een geheel te maken van hun stuurloze levens.

Zelfs in de meest zielloze Nazi-gevangenis weet Jägerstetter nog wat hem voortstuwt. Naast zijn eigen spiritualiteit berust hij op de onvoorwaardelijke liefde van en voor zijn vrouw Fani (Valerie Pachner). Een personage zonder innerlijke strijd klinkt als een antidramatisch gegeven, maar wat A Hidden Life zo goed maakt is dat het centrale conflict zich niet in Jägerstetter bevindt, maar in de wereld om hem heen. Het is daardoor een tijdloze film die op het meest intieme niveau laat zien wat oprukkend kwaad met de wereld doet.

Astronomische schaal
Archiefmateriaal van Nazi-Duitsland (waaronder onvermijdelijk ook beelden van Leni Riefenstahl) laat ook de haast astronomische schaal zien van het kwaad waar Jägerstetter tegenin gaat. Tegelijkertijd manifesteert de invloed van Nazi-Duitsland zich in de kleinste details. Zo doet de postbode in 1939 zijn ronde nog op de fiets, maar rijdt hij enkele jaren later per brommer het dorp binnen met legeroproepen van de Duitse overheid. De groepsdynamiek in het dorp begint op talrijke manieren te verzuren. Terwijl Jägerstetter gekweld wordt door de Nazi’s beginnen de bewoners van Radegund zich tegen Fani te keren. Haar opoffering en veerkracht is net zo groot als die van Franz, want ook zij weigert de spirituele en ideologische overtuigingen van haar man te verloochenen.

Voor zijn scenario liet Malick zich inspireren door de briefwisseling tussen Fani en Franz. Hun liefde voor elkaar en hun grenzeloze overtuiging dat schoonheid en goedheid zich zelfs in de zwartste periodes van de menselijke geschiedenis schuilhouden, vormen de ziel van de film. Malicks kenmerkende, poëtische filmstijl zoekt met hen mee naar die schoonheid en vindt haar in de overweldigende, lyrische natuur, een stille getuige van dit historische onrecht. Je kan Malicks in de wind wuivende grassprieten inmiddels een clichébeeld noemen, maar je moet het hem nageven dat hij de magnifieke rol die natuur in elk leven speelt nooit voor lief neemt. Nog een cliché, maar het moet ook bij deze film weer worden opgeschreven: Malick poogt een glimp van het transcendentale in beeld te brengen. A Hidden Life is niet voor niets een van zijn betere films, want het lijkt hem hier echt te lukken.

Dat Malick desondanks op een menselijke schaal opereert blijkt uit twee hartverscheurende ontmoetingen die Franz heeft. De eerste is met een kerkschilder (Johan Leysen) die enkel door kunst te scheppen zijn eigen misère meester kan blijven. “Ik schets dit leed, zodat ik zelf niet hoef te lijden”, vertelt hij Franz in een woordenwisseling die doet denken aan Andrej Tarkovski’s Andrej Rublev (1966).

De meest memorabele ontmoeting is die tussen Franz, inmiddels opgesloten in een cel in Berlijn, en een Duitse officier gespeeld door Bruno Ganz in een van zijn laatste rollen. De officier is zo ontroerd door de standvastigheid van de boer dat hij zelf in een spirituele crisis belandt. Het grote verschil tussen de twee is dat Franz zijn eigen koers durft te varen, terwijl de officier blijft meegaan met wat de tijdgeest van hem vraagt. Het is precies deze dynamiek die de toepasselijke titel en het doeltreffende citaat van Elliot verklaart: zelfs de meest prominente belichaming van het kwaad kan in de schaduw komen te staan van een onzichtbaar leven.