Lichting 2022: Daan Kamphorst over Treurzang

'Waaróver gerouwd wordt is niet van belang'

Treurzang

In aanloop naar de Studentencompetitie op het Nederlands Film Festival interviewt de Filmkrant wekelijks vers afgestudeerd filmtalent. Met als eerste Daan Kamphorst van de St. Joost, die met de absurdistische paranoia-thriller Treurzang een film maakte over rouw. “Er zit een ongemakkelijkheid in die ik zelf heel grappig vind.”

Daan Kamphorst

In 2015 riep Daan Kamphorsts vader het gezin bijeen. Na anderhalf jaar medisch onderzoek moest hij zijn twee zoons en ex-vrouw slecht nieuws brengen. De diagnose was ALS, en al meteen wist Daan – hij noemt het zijn manier van ermee omgaan – dat hij het ziekteproces wilde vastleggen. “Toen ik het mijn vader de dag erna voorstelde, zei hij meteen ja. Maar hij waarschuwde me ook dat het heel heftig ging worden. Daarin kreeg hij volkomen gelijk. Het materiaal staat ongemonteerd op allemaal harde schijven maar als ik het terugzie, overvalt alles me weer.”

Op de kunstacademie St. Joost in Breda was hij vastbesloten afstand te nemen van het onderwerp, maar toch studeert hij nu af met Treurzang, een bijna dialoogloos, beklemmend portret van de rouwende Huub (een mooie rol van Tim Haars), dat knap balanceert tussen koortsdroom en absurdistische komedie. “Ik wilde andere dingen ontdekken in plaats van constant met mijn vader bezig zijn. Maar het viel me op dat rouw telkens weer in mijn werk opdook.”

Wanneer wist je dat rouw het onderwerp van je afstudeerfilm moest worden? “In het derde studiejaar al. Dat jaar deed ik er ook beeldend onderzoek naar. Een jaar later ging het na zeven jaar uit met mijn partner en kwam ik wéér in een soort rouw terecht. Dat maakte het veel te moeilijk om het onderwerp aan te raken. Ik kon er niet veel intensiever mee bezig zijn dan af en toe iets schrijven. Maar ik was zo overtuigd dat dit het onderwerp moest zijn, dat ik besloot dat laatste jaar over te doen. Dat voelde goed. En het bleek achteraf ook beter, want nu kon ik afstuderen in een academie die na corona heropend was, met fysieke lessen. Ik zei tegen mezelf: ‘Dit wordt mijn jaar.’ Dat idee heb ik het hele studiejaar vastgehouden.”

Waaraan merkte je dat je dit onderwerp toch moest aangaan? Zelfs als je er een jaar voor moest doubleren? “Het hing om de dingen heen die ik maakte. Zelfs in komische scènes kwam het terug. Ik wist dat ik er iets mee moest, maar ik wilde niet dat het letterlijk over mijn vader zou gaan. In het derde jaar ben ik dus gaan onderzoeken hoe ik mijn rouw kon visualiseren. Ik kwam uit bij absurdistische makers als Yorgos Lanthimos, Roy Andersson, Rick Alverson en Alex van Warmerdam. In hun films zit een soort sleur die ik herkende. Een zinloosheid, zoeken naar zingeving. Na hardlopen of sporten beleefde ik bijvoorbeeld even een piekmomentje, maar daarna keerde de sleur gewoon weer terug. Ik heb echt moeten accepteren dat dat gevoel er gewoon mag zijn. Hoe anders de verhalen die deze makers vertellen ook zijn, hun films werkten voor mij als een confronterende spiegel. Qua inspiratie heb ik daar naar mijn idee – samen met de mindfulness van Terrence Malick en het alle kanten op vliegen van David Lynch – mijn eigen mengelmoes van gemaakt.”

Bij de absurdistische makers die je noemt zit ook veel humor, net als in jouw film. Zoek je daarmee de relativering? “Ja, absoluut. Humor is nodig om te overleven. Als iets zwaar is, maak je grappen om het draaglijk te houden. Zo ben ik ook, ik heb heel zwarte humor. Met mijn vader maakten we ook de hardste grappen over zijn ziekte. Voor mij is dat een overlevingsmechanisme. Een beetje de clown uithangen, dan kan ik afstand nemen en iets bespreekbaar maken. Dat heb ik ook in mijn film verwerkt. Er zit een ongemakkelijkheid in die ik zelf heel grappig vind.”

Wat jouw film zo invoelbaar maakt, is dat je niet zegt waarover je hoofdpersoon Huub rouwt. Het kan net zo goed om een gestrande relatie gaan. Hoe ben je daartoe gekomen? “Dat zit hem echt in het schrijven. Ik heb zestien scriptversies; per script werd er steeds meer afgesnoept. Het was eerst heel duidelijk dat hij om zijn vrouw rouwde. Ik had al een actrice geregeld, maar opeens dacht ik: nee, ik wil dat helemaal niet, dan ben ik aan het voorkauwen. Het moet over rouw gaan, waaróver is helemaal niet van belang. Zo ging dat stap voor stap. Ik ben het steeds kleiner gaan maken en door een trechter gaan gooien. Alles moest in Huubs huis plaatsvinden. Heel dat huis reageert op zijn rouw. Iedereens rouw is zo anders, dat ik ruimte voor eigen interpretatie heb willen houden. Ruimte ook voor eigen perceptie en eigen gevoelens. Als ik dan die vrouw erin ga zetten, dan weet je, o het gaat over zijn vrouw. Dat is een heel andere manier van beleven dan als ik dat weglaat en het bij de kijker neerleg.”


Treurzang is te zien tijdens de Studentencompetitie op het Nederlands Film Festival, dat plaatsvindt van woensdag 21 t/m vrijdag 30 september 2022.