Voyage of Time: Life’s Journey

Het leven en het universum en de rest

Voyage of Time: Life’s Journey

Sterren en microben, vulkanen, woeste landschappen en de eerste mens die verwonderd een kevertje opraapt. Het doet denken aan een traditionele natuurdocumentaire, maar Terrence Malick wil iets anders.

Een stem (Cate Blanchett) suggereert dat we aan het begin van de tijd staan. Mysterieuze, zacht gloeiende structuren van kosmisch gas. De geboorte van planeten, onverwachts doorschoten met weinig glamoureuze beelden van daklozen op straat. Zo begint de nieuwe film (en eerste documentaire) van de altijd wat raadselachtige Terrence Malick.

The Tree of Life

Laten we eerst even teruggaan naar zijn meesterlijke, in 2011 met de Gouden Palm bekroonde The Tree of Life (2011). In die worsteling van een man (Brad Pitt) met het leven zat een kort intermezzo over het ontstaan van het heelal en de Aarde. Dat was gedurfd, juist omdat het ogenschijnlijk niets met het verhaal te maken had, of misschien juist alles. Een glimp van de achterliggende ideeënwereld van Malick, die toen al werkte aan de filmische meditatie die Voyage of Time: Life’s Journey is geworden.

Dat kosmische hors-d’oeuvre is nu tot hoofdgerecht gepromoveerd. De prachtig gevisualiseerde en intuïtief gemonteerde impressie van de geboorte van de wereld, het leven en de mens is het grote verhaal geworden. De mensen zelf, in korte clipjes uit alle uithoeken van de wereld, zijn toevallige passanten. Dat alles staat open voor allerlei interpretaties, wat de kracht, maar ook een beetje de zwakte is van deze ambitieuze onderneming.

Filmmaker Malick is een filosoof die zich heeft verdiept in een breed veld van andere wetenschappen, van natuurkunde tot antropologie. Bij Voyage of Time liet hij zich onder meer leiden door citaten van Einstein en de fysicus Richard Feynman, waarin schoonheid, mysterie en verwondering als bron van kunst en kennis worden benadrukt.

Malick heeft dit ter harte genomen. Maar hoewel gegrondvest op wetenschappelijke kennis, is Voyage of Time een film die niet uitlegt, maar betovert. Documentaire opnamen sluiten naadloos aan op computergegenereerde beelden, waaronder dinosaurussen en de inslag van een reusachtige meteoriet. Tegen het eind spelen acteurs een paar prehistorische mensen. De enige spaarzame tekst is de bijna als een gebed uitgesproken reeks vragen die een anonieme stem (Blanchett) stelt aan een zekere ‘Moeder’, brenger van licht en leven.

Je moet een groot scepticus zijn om je hierdoor niet te laten meeslepen. Toch bekruipt in het breed uitgemeten middendeel een gevoel van herhaling, zoals ook die bijna stamelend uitgesproken woorden een tikje vermoeiend worden. Door beelden van het universum te combineren met snapshots van eigentijds menselijke gescharrel en een bijna religieuze mijmering ontstaat iets dat fascineert, maar tegelijk een beetje vrijblijvend is. En dat ondanks alles soms stevig leunt op de overbekende pracht van woeste landschappen en vreemde onderwaterschepsels. Op die momenten is het toch meer een veredelde natuurdocumentaire dan de grensverleggende ervaring die Malick waarschijnlijk voor ogen stond.