Ladygazing #2

De ongenaakbare schone

Vertigo

In wat voor soort rollen worden vrouwen zoal opgevoerd? Is ze een stereotype of een rolmodel? In de reeks Ladygazing plaatst Basje Boer recente vrouwen-rollen in perspectief. Dit keer: de onbereikbare schone in Guy Maddins The Green Fog.

De film kent vele visuele hoogtepunten: een achtervolging over daken, een sprong in de Baai van San Francisco, een kus terwijl het woeste water tegen de rotsen beukt, een kerktoren die zich omineus aftekent tegen een blauwe lucht. Maar die ene in groen gedrenkte scène is misschien wel de allermooiste uit Alfred Hitchcocks Vertigo (1958).

Hoe zat het ook alweer? Scottie is een getraumatiseerde ex-rechercheur die verliefd wordt op de vrouw die hij moet achtervolgen: Madeleine. Madeleine is niet alleen onaards mooi, ze is mysterieus en ongenaakbaar. Maar dan pleegt ze zelfmoord, waarna Scottie gebukt gaat onder schuldgevoel. Als hij vervolgens Judy ontmoet, die wel wat wegheeft van Madeleine, begint hij haar te transformeren tot zijn dode geliefde. Van een working class meisje met donker haar en te zware make-up verandert hij haar stukje bij beetje in de classy blondine waar hij verliefd op werd.

In de scène die ik bedoel wacht Scottie in Judy’s verduisterde hotelkamer terwijl zij haar haren opsteekt, het laatste detail dat haar transformatie definitief zal maken. De neonletters aan de gevel hullen de kamer in een spookachtig groen licht wanneer hij zich omdraait en haar ziet: Madeleine! Als een geest komt ze op hem afgezweefd, ijl als het vreemde groene licht dat haar omhult en toch concreet genoeg om vast te pakken. De camera draait duizelingwekkend om de geliefden heen terwijl ze kussen. Op dat moment houdt de tijd op te bestaan en komt alles samen: heden, verleden en toekomst. Fantasie en werkelijkheid. De dood en het leven.

Voetstuk
Vertigo is niet alleen Alfred Hitchcocks meest geprezen film maar ook diens meest geanalyseerde. In zijn beroemde interview met Hitchcock duidt François Truffaut Vertigo als een verhaal over necrofilie, met een hoofdpersoon die fantaseert over het liefhebben van een lijk. Paul Verhoeven, die met zijn Basic Instinct (1992) een ode aan Vertigo bracht, zegt het ‘een buitengewoon fascinerende en bovenal zeer visuele film’ te vinden, ‘vol sfeervolle details’ – maar dan heeft hij het alléén over de eerste negentig minuten van de film. Over de laatste veertig minuten, waarin het mysterie aan de kijker wordt uitgelegd, schreef hij in een column in de Volkskrant: ‘Sorry hoor, dit ligt er té dik bovenop.’

Voor mij zijn die laatste veertig minuten, waarin het perspectief van Scottie naar Judy verschuift, juist cruciaal. Door de kijker eerst met zijn en daarna met haar ogen te laten kijken, zegt Hitchcock iets over de mannelijke blik, een blik die een vrouw zozeer kan verheerlijken, haar zozeer op een voetstuk kan plaatsen, dat hij haar van haar menselijkheid ontdoet.

Het vreemde groene licht uit die ene prachtige transformatiescène speelt de hoofdrol in The Green Fog, de experimentele film die de Canadese filmmaker en kunstenaar Guy Maddin maakte met Evan en Galen Johnson. Waar Verhoeven zijn Vertigo-referenties in Basic Instinct nog beperkte tot Sharon Stones kapsel, de situering in San Francisco en een kus tegen de achtergrond van onstuimige golven, daar eert Maddin Vertigo door de film gewoon in zijn geheel te kopiëren. Uit allerlei films en televisieseries, meestal van bedenkelijke kwaliteit, fatsoeneerden hij en zijn mederegisseurs een nieuwe Vertigo, een beetje zoals Scottie van Judy een nieuwe Madeleine maakte. Scènes, dialoog, plot en personages werden door het regisseurstrio naar het origineel gedwongen, met als resultaat een zestig minuten durend kunstwerk dat amper samenhangend is en toch eindeloos fascineert. The Green Fog verhoudt zich tot Vertigo als het monster van Frankenstein tot een mens, inclusief de weinig subtiele littekens. Om de bestaande scènes in de originele plot te kunnen passen, hebben de regisseurs ze soms zo radicaal kapot moeten knippen dat er iets heel nieuws tevoorschijn kwam, iets volkomen unieks. Het zijn dan ook juist de littekens die deze Frankenstein van een film zijn onmiskenbare charme geven.

In brokstukken
In alle chaos van The Green Fog zijn er drie constanten. De eerste is San Francisco, waar alle gebruikte films en series zich afspelen. Terwijl personages van gezicht veranderen, zelfs van leeftijd en geslacht, blijft het decor vertrouwd: de Golden Gate Bridge, het kenmerkende straatbeeld met zijn wolkenkrabbers en hoogteverschillen, de baai, de trams. De tweede constante in de film is de prachtige score van Jacob Garchik en Kronos Quartet. Waar de dialogen zijn weggeknipt, daar vult de muziek de emoties van de personages in, waarbij de instrumenten soms zelfs de intonatie van een gesprek aannemen. De derde constante tot slot is de plot van Vertigo, die zelfs hier, opgediend in brokstukken, herkenbaar genoeg is om je aan vast te kunnen klampen.

Hiermee past The Green Fog naadloos in het oeuvre van Maddin. In films als The Saddest Music in the World (2003), My Winnipeg (2008) en The Forbidden Room (2015) vertelt hij niet alleen verhalen, maar voert hij het vertellen zelf als thema op. Keer op keer vertelt hij oerverhalen (mythes, sprookjes, urban legends), waarbij hij een beeldtaal gebruikt vol referenties aan de filmgeschiedenis. In The Green Fog, zijn meest experimentele film tot nu toe, hergebruikt hij niet alleen beeldtaal maar zelfs complete beelden. En ook dit keer vertelt hij een oerverhaal, een klassieke tragedie met personages van bijna mythische proporties: een held, een sfinx, een verrader, een dubbelganger. En dan is er nog het noodlottige slot.

De held spelen
Let op: bevat spoilers over Vertigo en The Green Fog.
Want hoe loopt Vertigo ook alweer af? In die laatste veertig minuten waar Verhoeven zo’n hekel aan heeft, krijgen we via een flashback te zien dat Judy zich al die tijd als Madeleine heeft voorgedaan. Wat Scottie zag was geen zelfmoord maar de moord op de échte Madeleine. Judy werd ingehuurd zodat Scottie verliefd op haar kon worden. Maar wat niet de bedoeling was, was dat Judy ook verliefd werd op hém.
Dat we nu haar perspectief kennen maakt het laatste deel van Vertigo des te schrijnender. Nu zien we niet alleen een obsessieve man die rouwt om zijn dode geliefde, we zien ook een wanhopig verliefde vrouw die zich schoorvoetend laat veranderen in iemand die ze niet is.

Het verhaal van Scottie en Madeleine/Judy mag dan particulier zijn, maar er zit wel degelijk een universele waarheid in verstopt. De verhalen die we elkaar vertellen, in boeken en films en alle andere vormen van cultuur, worden gedomineerd door een mannelijke blik die de vrouw regelmatig reduceert tot object van verlangen. In de manier waarop Scottie niet wil inzien dat Judy een eigen persoonlijkheid heeft, een eigen smaak en een eigen leven, resoneert de manier waarop vrouwelijke personages vaak louter bestaansrecht hebben omdat ze zich verhouden tot de mannelijke protagonist. Hij is actief en zij is passief. Hij kijkt en zij wordt bekeken.

In The Green Fog ligt Madeleine als een diva in bed, badend in een zee van satijn, terwijl Scottie koffie voor haar zet. In Vertigo is dit het moment dat zich afspeelt vlak nadat Madeleine in de baai van San Francisco is gesprongen, heel bewust, om Scottie het ultieme cadeau te geven: hij mocht haar redden. De held spelen. Vervolgens heeft Scottie haar mee naar huis genomen, waar ze halfnaakt en kwetsbaar rondloopt, deze onpeilbare vrouw waar hij al zijn fantasieën op kan projecteren. Hitchcock maakt niet alleen begrijpelijk dat hij eindeloos naar haar verlangt, hij laat tegelijkertijd zien hoe plat dat verlangen eigenlijk is.

Ook in The Green Fog wordt Madeleines verschijning hier en daar begeleid door dramatische muziek. Op die momenten bekijken we haar met de ogen van een verliefde man. Maar veel vaker is Madeleine/Judy in The Green Fog een heel gewone vrouw. Hiermee gaat de kern van Vertigo, die ontmanteling van de mannelijke blik, enigszins verloren. Maar je krijgt er ook iets voor terug, namelijk een relatie tussen twee ménsen en niet per se een tussen man en vrouw, met alle connotaties en clichés die bij hun gender horen. Eigenlijk is het best verfrissend dat het oerverhaal Vertigo eens op die manier wordt verteld.