De beste films van 2022
Gedeelde eerste plaats
Wat waren de beste films van 2022 volgens de medewerkers van Filmkrant?
Lees ook onze terugblik op filmjaar 2022 en het jaaroverzicht van de rubriek Filmsterren.
Top 10
Totaal 76 titels genoemd door 29 medewerkers
Score: punten/aantal vermeldingen
1. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi) – 32/8
— Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson) – 32/9
3. Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert) – 22/5
4. Corsage (Marie Kreutzer) – 18/5
— Memoria (Apichatpong Weerasethakul) – 18/5
6. Elvis (Baz Luhrmann) – 16/4
7. The Worst Person in the World (Joachim Trier) – 14/4
8. Men (Alex Garland) – 12/3
9. Moonage Daydream (Brett Morgen) – 11/3
— Top Gun: Maverick (Joseph Kosinski) – 11/5
Hoogst genoteerde Nederlandse film: Three Minutes—A Lengthening (Bianca Stigter) met 8/4 op plek 14, ex aequo met twee andere titels.
Leo Bankersen
1. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
2. Unclenching the Fists (Kira Kovalenko)
3. Narcosis (Martijn de Jong)
4. Three Minutes – A Lengthening (Bianca Stigter)
5. Comedy Queen (Sanna Lenken)
Pim van den Berg
1. Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert)
2. Jackass Forever (Jeff Tremaine)
3. Las bestias (Rodrigo Sorogoyen)
4. The Matrix: Resurrections (Lana Wachowski)
5. Top Gun: Maverick (Joseph Kosinski)
Basje Boer
1. Elvis (Baz Luhrman)
2. The Souvenir Part II (Joanna Hogg)
3. Turning Red (Domee Shi)
4. Un beau matin (Mia Hansen-Løve)
5. Ambulance (Michael Bay)
Joost Broeren-Huitenga
1. The Worst Person in the World (Joachim Trier)
2. There Is No Evil (Mohammad Rassoulof)
3. Moonage Daydream (Brett Morgen)
4. L’événement (Audrey Diwan)
5. Il buco (Michelangelo Frammartino)
Elise van Dam
1. Moonage Daydream (Brett Morgan)
2. Malmkrog (Cristi Puiu)
3. Corsage (Marie Kreutzer)
4. Fire of Love (Sara Dosa)
5. R.M.N. (Cristian Mungiu)
KEES Driessen
1. Memoria (Apichatpong Weerasethakul) – Dat cinema in z’n algemeenheid een droom is, is een cliché en meestal niet waar. Maar Weerasethakuls Memoria was het tot vlak voor het einde wel. Geholpen door mijn festivalvermoeidheid in Cannes liet ik mij meevoeren bij de late screening, soms knikkebollend, vaak niet goed begrijpend wat er gebeurde. Ik twijfelde of ik de film zo wel recht deed totdat, tegen het einde, de arm van Tilda Swintons personage eventjes werd aangeraakt (als ik het me goed herinner) door degene die naast haar zat. Van het ene op het andere moment was al mijn vermoeidheid verdwenen en was ik klaarwakker. Alsof ik niet al dagenlang op een festival was en alsof ik niet vlak daarvoor nog bijna in slaap was gevallen. Ik heb geen idee hoe Weerasethakul het deed – misschien was er een zachte brom op de achtergrond die op dat moment wegviel? Misschien veranderde er iets subtiels in de kleurstelling of de focus of de korrel? Misschien was alles tot aan dat moment precies zo gekalibreerd dat er een meditatief brandpunt ontstond? Ik weet niet hoe het kon dat ik me opeens zo kalm, wakker en gefocust voelde – een gevoel dat me sinds een burn-out een paar jaar geleden extra dierbaar is. Maar ik weet zeker dat het expres was, want het is precies het moment waarop Swintons tot dan half verdoofde personage merkbaar haar helderheid terugkrijgt. Als ik de ervaring preciezer probeer te beschrijven, ontglipt het me, als een droom bij het ontwaken. Ik kan mijn vinger er niet op leggen – maar ik voelde me gewiegd en gewekt door een magiër van de Cinema.
2. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi) – Geen droom, maar wel een film die heel erg drijft op z’n fluwelen ritme, in en uit de auto waarmee de hoofdpersoon elke dag naar z’n werk wordt gereden. En die heel erg Cinema is. Zoals ik schreef vanuit Cannes: ‘[H]et ritme van de film van drie uur – rijden, de rest van het leven, rijden, rest van het leven, rijden, leven – en de precisie van kadrering en montage, voerde me langzaam naar een bijna totale overgave en identificatie met de gevoelens van bijna alle personages.’
3. Moonage Daydream (Brett Morgen) – Er is een link met de voorgaande film, door de essentiële rol van het het voortstuwende ritme – al is dat ritme hier wilder en afwisselender. Er is ook een link naar de volgende titel, doordat niet de persoon, maar de creatie David Bowie het onderwerp vormt en het minder gaat over feiten en meer over de beleving vanuit de hoofdpersoon. Ik viel als een blok voor de bandeloze vrijheid van montage van dit kunstenaarsportret door een kunstenaar, associatief en intuïtief en muzikaal, en de enorme rijkdom aan vaak existentieel-filosofisch materiaal – net als bij Morgens vorige film Cobain: Montage of Heck (2015), hoe anders die verder ook is. Er was wel iets van een chronologie en een soort ontwikkeling, maar die verdwenen voor mij naar de achtergrond, omdat ook hier Cinema zich opdrong. Met als centrale vraag niet wie, maar hoe is Bowie?
4. Blonde (Andrew Dominik) – Er zijn veel interessante argumenten tegen deze film ingebracht, over hoe de sterke, ondernemende verhalen uit Monroe’s biografie zijn weggelaten en zij daardoor is gereduceerd tot een bijna willoos slachtoffer, een karikatuur van zichzelf. Dat klopt – deze film biedt welbewust niet de historische, maar een symbolische Monroe – en daar kun je inderdaad over twisten. De film is bovendien uitzichtloos, waar je ook je vraagtekens bij kunt zetten: heeft de wereld nog meer moedeloos makende films nodig waarin vrouwen kansloos worden vernietigd door het patriarchaat? Is dat niet seksisme repliceren in plaats van becommentariëren? Maar al biedt Blonde geen hoop, er is wel degelijk een boodschap: dat zelfs de vrouw die zich tot in perfectie vormt naar het patriarchaal kapitalisme, die hun ultieme seksuele fantasie vertolkt en tegelijkertijd bakken met geld voor ze binnenharkt, alsnog en met graagte wordt vernietigd. Want dat is nu eenmaal hoe het systeem werkt. Het gaat niet anders. Met andere woorden: je kunt niet winnen door je naar de regels van het spel te voegen. En dat wordt vanaf het begin, overtuigend en met stilistische brille, getoond vanuit Monroe’s beleving: een onvaste blik op de werkelijkheid, met intuïtief vloeiende montage en beeldbepalende muziek van Nick Cave en Warren Ellis, die me naar binnen zoog in een immens deprimerende staat van dissociatie. Omdat dit een wereld is waarin je niet leven kunt.
5. Mi país imaginario (Patricio Guzmán) – Dus wat dan? Wat Blonde bewust naliet, doet Guzmán wel: niet alleen de ellende laten zien, maar ook een uitweg bieden. In Guzmáns documentaire over de recente Chileense volksopstand zien we dat vrouwen (samen met andere onderdrukte groepen) het spel niet langer willen meespelen. Het is de enige film in dit lijstje die, ondanks een paar indrukwekkende droneshots van de demonstraties, geen Cinema met een grote C is. Maar Guzmáns filmverslag, dat terecht dienstbaar en helder is gehouden, is wel een blauwdruk voor de wereldrevolutie – en dus Politiek met een grote P.
Had ik een toptien mogen kiezen, dan had ik nog Kirill Serebrennikovs Russische koortsdroom Petrov’s Flu kunnen noemen, het vluchtverhaal van Jonas Poher Rasmussens fijnzinnige animatie Flee, het zwaar entertainende antiracisme van Jordan Peele’s Nope, de eveneens patriarchale onderdrukking in Audrey Diwans rauw-realistische abortusdrama L’événement en het debuut van het jaar, Unclenching the Fists van Kira Kovalenko. Maar dat mag dus niet. Daarom noem ik hier alleen nog even de Beste Nederlandse film van 2022: de korte animatiefilm It’s Nice in Here, waarmee Robert-Jonathan Koeyers als enige Nederlandse regisseur werd geselecteerd voor Cannes.
Jan Pieter Ekker
1. Memoria (Apichatpong Weerasethakul)
2. L’événement (Audrey Diwan)
3. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
4. Triangle of Sadness (Ruben Östlund)
5. Rimini (Ulrich Seidl)
Hugo Emmerzael
1. Avatar: The Way of Water (James Cameron) – Nog niet gezien, maar bij voorbaat de film van het jaar.
2. Ambulance (Michael Bay) – Conservatieve regisseur maakt bijna per ongeluk een poëtische actiefilm over het falen van het Amerikaans kapitalisme.
3. Top Gun: Maverick (Joseph Kosinski) – De remake der remakes. Een film over de mythes van Amerikaanse suprematie en de laatste god van uit Hollywoods pantheon van steracteurs: Tom Cruise.
4. Memoria (Apichatpong Weerasethakul) – Weerasethakul en Tilda Swinton maken transcendentale cinema in de jungle van Colombia.
5. Il buco (Michelangelo Frammartino) – Het platonisch ideaal van cinema. Mooier worden films niet.
Op korte afstand gevolgd door Elvis (The King of Pop als bloedgetuige van twintigste-eeuws Amerika), Petrov’s Flu (een briljante koortstrip over het gecompliceerde en chaotische leven in Sovjet-Rusland), What Do We See When We Look at the Sky? (een creatief sprookje met de steden en het platteland van Georgië als een magisch-realistisch canvas), Avec amour et acharnement (Claire Denis op haar puurst) en Babi Yar. Context (ernstige, urgente archiefcinema over het verleden van Oekraïne, die ook spreekt tot het heden ervan).
Carmen Felix
1. Smile (Parker Finn)
2. Men (Alex Garland)
3. Barbarian (Zach Cregger)
4. X (Ti West)
5. Speak No Evil (Christian Tafdrup)
Ilona van Genderen Stort
1. C’mon C’mon (Mike Mills)
2. Good Luck to You, Leo Grande (Sophie Hyde)
3. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
4. Three Minutes – A Lengthening (Bianca Stigter)
5. Ich bin dein Mensch (Maria Schrader)
En net niet in de Top 5: Drive My Car, The Worst Person in the World, Triangle of Sadness, Housewitz en Encore.
Sacha Gertsik
1. Housewitz (Oeke Hoogendijk) – Zo ongelofelijk liefdevol, deze film van een dochter over haar gemankeerde moeder. Slim en eerlijk, grappig en hartverscheurend. Om nog te zwijgen over de muzikale plottwist. Als je deze film nog niet gezien hebt, doe jezelf dan een lol – hij staat online.
2. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi) – Het is moeilijk woorden te vinden voor deze verstilde vertelling over grote menselijke pijn. Een film waar je steeds weer aan terug blijft denken.
3. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson) – Lief en schattig, persoonlijk en universeel. En vooral: fun.
4. Ambulance (Michael Bay) – Fan-tas-tische actiefilm; de definitie van hoe je dit medium in kan zetten om je publiek een rollercoaster ride te bezorgen
5. Blonde (Andrew Dominik) – Inhoudelijk een verwerpelijke verschrikking, cinematografisch een meeslepend hoogstandje. Ik word er nog altijd door verscheurd.
Dan Hassler-Forest
1. Elvis (Baz Luhrmann)
2. Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert)
3. Decision to Leave (Park Chan-wook)
4. Top Gun: Maverick (Joseph Kosinksi)
5. RRR (S.S. Rajamouli)
Jelle Havermans
1. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
2. Dinner in America (Adam Rehmeier)
3. The Northman (David Eggers)
4. Grosse Freiheit (Sebastian Meise)
5. Top Gun: Maverick (Joseph Kosinksi)
Sandra Heerma van Voss
1. Corsage (Marie Kreutzer) – Eigenzinnige herinterpretatie van een historische legende; duister, eigenwijs, geestig, met een fenomenale hoofdrolspeelster, Vicky Krieps. Zo’n film die je doet inzien hoe rijk de Europese geschiedenis is, en hoeveel talent hier bloeit.
2. Elvis (Baz Luhrman) – Controversiëel en welbewust oppervlakkig, maar ook een zinderende energie-bom.
3. Souad (Ayten Amin) – Het andere uiterste. Geen geld, geen professionele acteurs, maar toch heel dichtbij de essentie van sociale onderdrukking komen; feministisch vakwerk uit Egypte.
4. Bergman Island (Mia Hansen-Løve) – Zie ook 1: opnieuw een indrukwekkende Vicky Krieps. Het ondervragen van artistieke heldenreputaties is bovendien een rijke bron voor films, ik hoop dat er nog vele zullen volgen.
5. White Berry (Sia Hermanides) – Rotterdamse stadsfilm over een gediscrimineerde, schrijnend achtergestelde groep – mensen met albinisme – maar het resultaat is een swingende etalage van onbekend talent.
Thomas Heerma van Voss
1. The Worst Person in the World (Joachim Trier)
2. The Batman (Matt Reeves)
3. Decision to Leave (Park Chan-wook)
4. Boiling Point (Philip Barantini)
5. Navalny (Daniel Roher)
Boyd van Hoeij
1. What Do We See When We Look at the Sky? (Alexandre Koberidze)
2. Corsage (Marie Kreutzer)
3. Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert)
4. Apples (Christos Nikou)
5. The Worst Person in the World (Joachim Trier)
Het was een goed filmjaar. Laten we daarmee beginnen. De films die me het meeste deden in 2022 waren vooral titels die probeerden – of eigenlijk: die de dwingende behoefte hadden – om vooral niet binnen de lijntjes te kleuren. Om vooral hun eigen ding te doen. Terwijl de multiplexzalen nog steeds bukken onder het juk van de superheldenfilms maken filmhuisregisseurs met visie en weinig geld van een nood een deugd. Christos Nikou, Alexandre Koberidze, Marie Kreutzer, de twee Daniels en Joachim Trier maakten de leefwerelden van hun hoofdpersonages invoelbaar, ieder met een volkomen eigen visie.
Creativiteit hoeft niet veel te kosten; de meeste van deze films waren juist lekker lo-fi, met goede ideeën in plaats van dure effecten. Een heldin die doorholt terwijl de rest van wereld stilstaat? Geen probleem. Een tractor die in een kostuumdrama opduikt om te onderstrepen dat de onderdrukking van en de keurslijfverwachtingen voor vrouwen van alle tijden zijn? Briljant. Een stad die door een vreemde pandemie aangedaan is, die mensen vergeetachtig maakt waardoor ze een nieuwe backstory nodig hebben? Ook dat kost geen bakken met geld. Zelfs na het zien van de duurste van de vijf, Everything Everywhere All at Once, heeft niemand het over de naadloze effecten, maar juist over hoe ontroerend dit familiedrama wel niet is.
Het mooiste aan dit vijftal is dat de meest eenvoudige momenten ook de meest onroerende kunnen zijn, omdat de verhalen emotioneel zo transparant worden verteld en je daardoor volledig met de personages meeleeft. Het voetbalpartijtje in de zon in What Do We See When We Look at the Sky?. Een gesprek in een ziekenhuis in The Worst Person in the World. Doordat de scenaristen en regisseurs verrassende en doorslaggevende keuzes hebben gemaakt voordat deze momenten voorbijkomen, worden deze relatief eenvoudige scènes naar een hoger niveau getild. En dat is het betoverende aan een goede film.
Ook mooi: Madres paralelas, Grosse Freiheit, A Hero, After Yang, L’événement, El buen patron, Hit the Road, Dwelling in the Fuchun Mountains, Fire of Love, Piccolo corpo, Les innocents, Peter von Kant, Moonage Daydream, Competencia oficial, All That Breathes en Plus que jamais.
Roosje van der Kamp
1. The Souvenir Part II (Joanna Hogg)
2. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
3. What Do We See When We Look at the Sky? (Alexandre Kobaridze)
4. Three Minutes – A Lengthening (Bianca Stigter)
5. Un beau matin (Mia Hansen-Løve)
Ivo De Kock
1. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
2. Crimes of the Future (David Cronenberg)
3. Armageddon Time (James Gray)
4. Les Olympiades (Jacques Audiard)
5. Blonde (Andrew Dominik)
Zijn we, filmmakers en -liefhebbers, ons gevoel voor humor kwijtgeraakt tijdens de pandemie? Het lijkt er op, want een echte grote komedie, of zelfs maar een goede, hebben we dit jaar niet gezien. OK, Licorice Pizza is niet humorloos, maar een komedie kan je P.T.A.’s jongerenportret (of James Gray’s variant Armageddon Time) niet noemen. Les Olympiades komt er nog het dichtste bij, maar een volbloed Billy Wilder (“Wanneer je kijkers de waarheid wil vertellen, wees dan grappig of ze verscheuren je”) is Jacques Audiard nu ook weer niet. “Cinefielen hebben de neiging om de komedie te onderwaarderen, te beschouwen als een niet ernstig genre”, liet Thierry Frémaux zich ooit in Cannes, de hoogmis van de ernst, ontvallen. “Terwijl het een van de moeilijkste genres is en een intelligent publiek vereist.” Laat 2023 het jaar van de comeback (of de reboot) van de komedie worden!
Romy van Krieken
1 Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert)
2 The Wonder (Sebastián Lelio)
3 Peter von Kant (François Ozon)
4 Glass Onion: A Knives Out Mystery (Rian Johnson)
5 The Menu (Mark Mylod)
Omar Larabi
1. Clara Sola (Nathalie Álvarez Mesén) – Een imposant en betoverend speelfilmdebuut. Een hedendaags bitterzoet sprookje dat draait om een vrouw (een schitterende rol van danseres Wendy Chinchilla Araya) die nooit volwassen zal en mag worden. Gefilmd in het Costa Ricaanse regenwoud, waar wonderen nog kunnen gebeuren.
2. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson) – Is het omdat Cooper Hoffman soms zo sterk aan zijn vader Phillip Seymour doet denken? Wellicht. Zijn personage Gary ís de film: speels, onbevangen – hoewel Alana Haim ook lof verdient als tegenspeler van Hoffman. Een ode aan de jeugdigheid; aan het leven in de jaren zeventig; aan de Amerikaanse westkust. De vrijwel plotloze film geeft je als kijker de indruk dat het verhaal alle kanten op kan slingeren – en dat gebeurt ook. Heerlijk.
3. The Worst Person in the World (Joachim Trier) – Renate Reinsve speelt in Triers tour de force een vrouw die weigert om in een stramien te leven. Dat gaat met horten en stoten. De film legt op pijnlijke wijze de dilemma’s bloot waar veel westerse twintigers, dertigers en veertigers mee kampen. Confronterend, maar ook bij vlagen ontzettend mooi.
4. Hit the Road (Panah Panahi) – De appel valt niet ver van de boom: Panah Panahi is gezegend met hetzelfde filmtalent als zijn vader Jafar. Knap is dat Panahi het risico nam om een kind (Rayan Sarlak, hilarisch) de hoofdrol te laten spelen in zijn geestige roadmovie. Een luchtige film die zware thema’s behandelt en op heel subtiele wijze het Iraanse regime bekritiseert.
5. Memoria (Apichatpong Wheerasethakul) – Tilda Swinton in een soort droomstaat in het Colombiaanse regenwoud. Toen de aftiteling na ruim twee uur in beeld verscheen, snakte ik naar meer. Had ik het gevoel dat de queeste net was begonnen. Wheerasethakul manifesteert zich opnieuw als de meester van bezwerende, indringende slow cinema. Gewichtig en esoterisch.
Runners-up: Madres paralelas, L’événement, The Souvenir part II, Drive My Car, The Matrix Resurrections, France en Nope.
Adrian Martin
1. Everything Everywhere All at Once (Daniel Kwan & Daniel Scheinert)
2. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
3. Crimes of the Future (David Cronenberg)
4. Three Thousand Years of Longing (George Miller)
5. Avec amour et acharnement (Claire Denis)
Alex Maxereeuw
1. Speak No Evil (Christian Tafdrup)
2. Top Gun: Maverick (Joseph Kosinksi)
3. Mass (Fran Kranz)
4. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
5. Nope (Jordan Peele)
Maricke Nieuwdorp
In alfabetische volgorde waren dit de vijf beste/vaktechnisch knapste/origineelste/mooiste films die ik dit jaar zag:
Boiling Point (Philip Barantini)
Corsage (Marie Kreutzer)
Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
Knor (Mascha Halberstad)
Rimini (Ulrich Seidl)
Wilfred Okiche
Mijn topvijf van het jaar, in alfabetische volgorde:
Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
Navalny (Daniel Roher)
Nope (Jordan Peele)
Speak No Evil (Christian Tafdrup)
The Woman King (Gina Prince-Bythewood)
Bart Oosterhoorn
1. Something in the Dirt (Aaron Moorhead & Justin Benson) – De zoveelste voltreffer van en met duizendpoten Moorhead & Benson, die deze film opdragen aan ‘making movies with friends‘. Gelaagde sciencefiction boordevol genre-referenties, maar ook een aandoenlijke buddy movie waarin visuele effecten zeer spaarzaam en des te effectiever worden gebruikt.
2. Men (Alex Garland) – Diep naargeestige film met, naast gruwel, vreemd genoeg toch ook rake humor.
3. Nope (Jordan Peele) – Daniel Kaluuya speelt de ultieme onverstoorbare cowboy in traag, maar imposant scifi-epos.
4. Barbarian (Zach Cregger) – Indrukwekkend speelfilmdebuut van Cregger, gekenmerkt door haarspeld-plotwendingen maar ook ouderwets bevredigende jump scares.
5. Terrifier 2 (Damien Leone) – Na eersteling Terrifier (2016) overtreft Leone zichzelf in smerigheid. Het gerapporteerde flauwvallen en overgeven bij vertoningen is natuurlijk ouderwetse ballyhoo, maar Art the Clown eist zelfverzekerd zijn plaats op in het pantheon der moderne filmmonsters en David Howard Thornton speelt hem met de vetst mogelijke knipoog.
Ronald Rovers
1. Memoria (Apichatpong Weerasethakul)
2. Men (Alex Garland)
3. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson)
4. Elvis (Baz Luhrmann)
5. White Noise (Noah Baumbach)
Guus Schulting
1. Drive My Car (Ryûsuke Hamaguchi)
2. Is That Black Enough for You?!? (Elvis Mitchell)
3. Crimes of the Future (David Cronenberg)
4. Knor (Mascha Halberstad)
5. Out of Place (Eric Vander Borght)
Devi Smits
1. The Northman (Robert Eggers) – Brute vikingen-actiefilm, maar dan net even anders. Voor mij de meest overrompelende bioscoopervaring van het jaar.
2. Licorice Pizza (Paul Thomas Anderson) – Een heerlijke feelgoodfilm in prachtige kleuren, precies wat we nodig hadden na weken van coronalockdown en bioscoopsluiting.
3. Corsage (Marie Kreutzer) – Een volstrekt modern aanvoelend kostuumdrama met Vicky Krieps in een ijzersterke hoofdrol als depressieve koningin Sissi.
4. Three Minutes – A Lengthening (Bianca Stigter) – Stigter weet een dorpsgemeenschap uit 1938 op fenomenale wijze tot leven te brengen met slechts drie minuten filmmateriaal tot haar beschikking. Beelden die ondanks (of juist door) hun banaliteit binnenkomen omdat je weet dat de grote meerderheid van de gefilmden een paar jaar later niet meer zal leven.
5. Barbarian (Zach Cregger) – Het was een goed jaar voor de horrorfilm. Ik had ook Speak No Evil of Bodies, Bodies, Bodies op deze plek kunnen zetten. Maar uiteindelijk heb ik aan Zach Creggers Airbnb-griezelfilm het meeste plezier beleefd.
Alexander Zwart
Ik had vorig jaar nog titels bovenaan die door coronatoestanden werden verschoven naar dit jaar (op één There Is No Evil en verder Silence of the Tides en The Most Beautiful Boy in the World). Toch voelen ze nu al zo lang geleden dat ze ondanks hun kwaliteit niet meer in een toptien voor 2022 lijken te passen. En om het nog tegenstrijdiger te maken: andere films die ik al in 2020 of 2021 zag, staan er wel in.
1. After Love (Aleem Khan) – Voor het eerst gezien in herfst 2020 en bij herkijken twee jaar later nog steeds overeind. Met een prachtige hoofdrol van Joanna Scanlan.
2. Puinhoop (Allard Detiger) – De meest ontregelende film van het jaar is een documentaire-portret over een moeder met borderline. Maakt niets mooier of dramatischer dan het is waardoor het je nog meer naar de keel grijpt.
3. Il buco (Michelangelo Frammartino) – Geen woord te veel in deze Italiaanse film die met ondefinieerbare diepgang de diepte in gaat.
4. Ninjababy (Yngvild Sve Flikke) – Alle eer ging naar The Worst Person in the World over dertiger Julie, maar dit eveneens Noorse drama over de jongere generatie rond twintiger Rakel had minstens zo veel aandacht verdiend.
5. Knor (Mascha Halberstad) – De liefste Gouden Kalf-winnaar ooit, waar iedereen mee kon leven en geen enkele discussie over was.
Op korte afstand gevolgd door: Unclenching the Fists (claustrofobisch en mistroostig, opgroeien in en ontworstelen aan de Russische mijnstad Mizur), Apples (een fijne oprisping van de Greek Weird Wave), Piccolo corpo (verstilling, mystificatie en grote thema’s zonder grote woorden), Ich bin dein Mensch (verbaasd dat hier nog geen Hollywood-remake van is aangekondigd) en New Order (Michel Franco boeide ook met Sundown maar dit overrompelde huwelijksfeest, met alle daaruit voortvloeiende chaos en bloed, roept minstens zo veel vragen op).