Spring Breakers

Wil je dit zien? Ja, dit wil je zien

Tienersterretjes in bikini en James Franco als gangster rapper: dingt Harmony Korine met de borsten en billen van Spring Breakers naar de gunst van het mainstream publiek?

“Als je iets wilt zien, moet je het zelf maken.” Voor Harmony Korine is het maken van films een optelsom van cinefilie en een do-it-yourself houding. Hij begon films te maken “omdat niemand anders het soort beelden creëerde dat ik wilde zien”. De beelden die Korine creëert, balanceren dus vaak op de rand van wat anderen willen zien.

Preciezer: ze roepen vragen op over wat we vinden dat we zouden moeten willen zien. Lees dat gerust nog een keer. Korine’s portretten van disfunctionele gezinnen, outcasts en white trash zijn niet geruststellend. Door het ontbreken van een echte verhaallijn zien zijn films eruit als een rommelige uitstalling van verveling, vandalisme en terloops geweld. Sterker: dat zijn ze ook. En toch.

Er is ongemak. Over de verbeelding van zoveel rottigheid: is dit een sociale aanklacht of gewoon foute humor? Over het inzetten van non-acteurs met lichamelijke of geestelijke gebreken: weten die wel waar ze in terechtkomen en worden ze niet voor schut gezet? Vermoedelijk moeten al deze vragen, behalve die over Korine’s gevoel voor humor, met nee worden beantwoord.

Er is ook schoonheid. Zijn films openen een amoreel universum waar voelen belangrijker is dan begrijpen. Onderbuikfilms zijn het maar wel van de interessantere soort — meestal. Korine’s debuutfilm Gummo, een portret van een in verval geraakt stadje waar apathie, vernielzucht en inteelt hoogtij vieren, was een opwindend radicaal manifest. Julien Donkey-Boy, een afwisselend schrijnende en tedere verbeelding van een probleemgezin, toonde tegelijk de kracht en de zwakte van Korine’s sterk op improvisatie leunende werkwijze. En het flauwe Trash Humpers was een project dat misschien alleen door Korine’s vrienden gezien had moeten worden. Een veel kortere en betere versie van min of meer hetzelfde idee nam hij later op met Yo-landi en Ninja van de Zuid-Afrikaanse rapgroep Die Antwoord (Umshini Wam, te vinden op YouTube).

Waterpistool
Het is niet verwonderlijk dat Harmony Korine in eigen land, vooral onder critici, minder goed is onthaald dan in Europa. Hij laat zien wat zorgvuldig is weggesneden uit de beelden die meestal de beeldschermen halen. Niet de norm maar de afwijking. Niet de mainstream maar de marge. Niet de kuststeden maar het binnenland. Extra dik aangezet, want in de werkelijkheid is Korine niet geïnteresseerd.

Die marge verlaat hij met pa en ma’s grootste nachtmerrie Spring Breakers, die het voor een kleine release in de VS de afgelopen weken extreem goed deed. De film vertelt het wilde avontuur van vier gewone studentes uit het midden van de Verenigde Staten. Gewoon? Ja, doodgewoon. Ze willen iets meemaken. Iets nieuws. Iets anders dan de eentonigheid van de campus, de Walmart en de hamburgertent op de hoek van een verlaten parkeerterrein. Het is spring break, en aan de stranden van Florida wordt wekenlang non-stop gefeest: dáár willen ze zijn. Alleen dat stomme geldgebrek. En dan doemt daar ineens die magische combinatie op van een waterpistool, een moker en een ‘geleende’ auto. En dus die eeuwige hamburgertent. Tijd voor actie! You’ve gotta fight for your right to party.

Deze meiden zijn niet gestoord of verslaafd. Ze zijn alleen niet rijk — niet rijk genoeg voor het leven zoals ze het op de televisie zien. Met een vette knipoog castte Korine in drie van de vier rollen actrices die juist op de televisie de droom van tieners vertegenwoordigen: Disney-meisjes Selena Gomez (The Wizards of Waverly Place) en Vanessa Hudgens (High School Musical 1 t/m 3) en Ashley Benson, actrice bij de Amerikaanse tv-zender ABC Family. Niet helemaal zonder eigenbelang (je kunt niet eeuwig een tienerster blijven) schudden ze die suikerzoete onschuld in Spring Breakers met overtuiging van zich af.

Billenparadijs
Thematisch is Spring Breakers het meest verwant aan Kids, Korine’s scenariodebuut over een groepje skaters, waar de consumptie van drank, drugs en achteloze seks ook het voornaamste tijdverdrijf vormt. Maar terwijl Larry Clark, de regisseur van Kids, daar een twijfelachtig moralisme aan verbond, veroorzaakt Spring Breakers juist dezelfde combinatie van ongemak en fascinatie die Gummo al tot zo’n zeldzaam originele kijkervaring maakte. Spring Breakers neemt je mee op spring break, brengt je in het hoofd van meisjes voor wie het leven nog een raadsel is, en laat je ervaren wat het betekent om de realiteit weer als een kneedbare substantie te beleven. Als je de dromerige, christelijke Faith (Gomez) het bier-, borsten- en billenparadijs waar haar vriendinnen haar mee naartoe hebben gesleept, hoort beschrijven als “misschien wel de meest spirituele plek die ik ooit heb gezien”, kun je dat lachwekkend vinden. Toch vat die naïviteit de kern van de film. Het is dezelfde onbevangen bewondering die het lijmsnuivertje Solomon in Gummo voelt voor zijn oudere vriend en held Tummler: “Hij heeft alles in zich om een legende te worden. Hij heeft een prachtige persoonlijkheid.”

Het mag allemaal heel verontrustend zijn, over de meisjes hoeven we ons geen zorgen te maken. Die blijken namelijk heel goed in staat om te bepalen wanneer het niet leuk meer is. Voor Faith is dat het moment waarop ze in de cel belanden en weer vrijkomen door de gunst van een lokale crimineel (James Franco op zijn best). Voor Cotty (Rachel Korine) is het een schotwond in haar arm. De twee die uiteindelijk achterblijven hebben duidelijk geen boodschap aan een reality check. Zij houden de grauwe realiteit nog even op afstand, en Harmony Korine zal de laatste zijn om ze dat te misgunnen.