Leila’s Brothers

Overdonderend wordt de kloof tussen arm en rijk blootgelegd

Leila’s Brothers. Foto: Amirhossein Shojaei

Filmmaker Saeed Roustayi maakt de pijn en schaamte van intergenerationele armoede invoelbaar in een ijzersterk en met zwarte humor gelardeerd familie-epos.

“Ik houd niet van imperfectie, maar ben bang voor perfectie”, zegt Alireza (Navid Mohammadzadeh) tegen zijn zus Leila (Taraneh Alidoosti). Zij weet maar al te goed dat Alireza zichzelf graag voor de gek houdt met dat soort flauwekul.

In werkelijkheid is Alireza een lafaard die niet voor zichzelf en zijn armzalige familie opkomt. Dat toont de Iraanse filmmaker Saeed Roustayi al in de openingsscène van Leila’s Brothers (Baradaran-e Leila), waarin we zien hoe fabrieksarbeider Alireza zich tijdens een chaotisch protest tegen de slechte werkomstandigheden niet solidair verklaart met zijn collega’s maar het hazenpad kiest.

Alireza is meer van het vluchten dan van het vechten. Hij lijkt daarin op z’n vader Esmail (Saeed Poursamimi), een aan opium verslaafde kwezel die zichzelf omschrijft als uiterst intelligent maar wel “37 jaar met de bus naar zijn werk ging”. Alireza’s vader krijgt op latere leeftijd nog de kans om een keer uit te blinken: hij is uitverkoren als patriarch van de familie. Dat is een hele eer, die gepaard gaat met een protserige ceremonie. Maar om deze titel te verkrijgen moet hij wel een aanzienlijke bijdrage leveren aan de bruiloft van zijn achterneef.

Iedereen weet dat Esmail en z’n vrouw (Nayereh Farahani) straatarm zijn. Net als hun kinderen. Toch weet hij veertig gouden munten bij elkaar te sprokkelen. Dit terwijl Leila, ogenschijnlijk het enige personage met een lucide blik op de wereld, druk bezig is om de armoede met haar werkloze vier broers (mooie bijrollen van Payman Maadi, Farhad Aslani en Mohammad Ali Mohhamadi) te ontvluchten door een ruimte te kopen in een chique winkelcentrum. Zij zou Esmails kleine vermogen liever investeren in de nieuwe onderneming en probeert haar broer ook tot dit inzicht te overreden. Maar die kan het niet over z’n hart verkrijgen om te stelen van zijn vader.

Zo betoont Roustayi zich in zijn nieuwste film, die in Cannes in 2022 werd bekroond met een Fipresci-prijs van de internationale filmkritiek, opnieuw een meester in het scheppen van duivelse dilemma’s. Na Life and a Day (2016) en Just 6.5 (2019) legt hij wederom zijn focus op de wijdverbreide armoede en corruptie in Iran, in een overdonderende film waarvan de zinderende montage knap de verschillen tussen arm en rijk blootlegt. Neem de overgang van een shot van de rammelende huislift van een van Leila’s broers naar een shot van een futuristische lift in een peperduur bedrijfspand.

Wie goed kijkt zal zien dat vrijwel elk detail in Leila’s Brothers betekenis heeft. Roustayi’s geesteskind is een perfecte film over imperfectie. Maar ook een film die ontmaskert dat perfectie, zeker in materiële zin, een farce is.