Into the Inferno

Sublieme vulkanen

Into the Inferno

Wetenschap en religie liggen gevaarlijk dicht bij elkaar in Werner Herzogs vurige Into the Inferno, een documentaire waarin hij de relatie tussen mens en natuur op z’n Herzogiaans onder handen neemt.

Into the Inferno is een film waar Werner Herzog jaren mee rondliep en die nu eindelijk — uitgerekend na zijn documentaire over het internet — online verschijnt op Netflix. Al in 1976 filmde de Duitse avonturier voor de documentaire La Soufrière het eiland Guadeloupe, terwijl de gelijknamige vulkaan er op het punt van uitbarsten stond. Hij legde verlaten huizen, desolate straten en verstoten pakdieren vast, en bij toeval ook een slapende man die ervoor koos om al rustend te sterven op zijn eigen eiland. Beelden van deze film zijn verwerkt in Herzogs vulkanenfilm Into the Inferno, net als achter-de-schermenopnamen van Encounters at the End of the World (2007) waarin Herzog voor het eerst kennismaakt met vulkanologen die een wetenschappelijke obsessie hebben voor dit vurige, ontzagwekkende natuurfenomeen.

Zeggen dat Into the Inferno alleen over vulkanen gaat is als stellen dat Aguirre, der Zorn Gottes (1972) over de zoektocht naar goud gaat of dat Fitzcarraldo (1982) die ene film is waarin een boot over een heuvel wordt gesleept. Ja, die dingen zijn erin te zien, maar de films gaan vooral over wat daaraan ten grondslag ligt: de obsessieve zucht naar kennis over het onbekende die de religieuze manie soms gevaarlijk dicht nadert. Niet voor niets neemt Herzog de vulkanoloog Clive Oppenheimer (een opvallend rationele man binnen Herzogs oeuvre) als hoofdpersonage en laat hij deze onderzoeker uit Cambridge het grootste deel van het interviewwerk verrichten.

Wetenschap en religie komen letterlijk tegenover elkaar te staan als Oppenheimer stammen interviewt die dicht bij een vulkaan wonen. Aan een stamhoofd vraagt hij in het bijzonder naar de geesten die in de vulkaan zitten. “Zij kunnen met ons praten door de vulkaan”, is het antwoord. Het blijkt een handig houvast voor Herzog, die vulkanen over de hele wereld op een sublieme, quasi-religieuze manier benadert. Over beelden van rondspattend magma (een bijzonder zeldzaam beeld, aangezien er maar weinig vulkanen zijn waar je rechtstreeks ‘in’ kan kijken) plaatst hij galmende koren die de bovennatuurlijke, goddelijke kracht van de vulkaan benadrukken.

Wetenschap, religie en politiek overlappen elkaar al helemaal in een opmerkelijke episode in Noord-Korea, waar de filmploeg onder het mom van een vulkanologische samenwerking mag draaien. Hier schittert Herzog weer in zijn opmerkelijke observaties in voice-over (“Er is geen andere manier om dit land te zien, dan de manier waarop het gezien wil worden”). Bovendien biedt hij een unieke inkijk in de manier waarop de nationale identiteit van Noord-Korea, zoals die van zoveel landen, is gelieerd aan de sublieme kracht van diens vulkaan. Dat land mag wel een Grote Leider hebben, maar zoals Herzog in zijn gehele oeuvre al laat zien: geen mens is zo groot als de natuur.


Into the Inferno is te zien op Netflix (VoD).