EL BONAERENSE

Overleven in Argentinië

  • Datum 06-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films EL BONAERENSE
  • Regie
    Pablo Trapero
    Te zien vanaf
    01-01-2002
    Land
    Argentinië/Chili/Frankrijk/Nederland
  • Deel dit artikel

Het politiedrama El bonaerense van de Argentijnse regisseur Pablo Trapero trok in eigen land bijna drie keer zoveel bezoekers als zijn debuutfilm Mundo grúa (1999). Trapero: "Op de een of andere manier kun je de dagelijkse werkelijkheid in Argentinië niet buiten beeld houden. Het zit in de lucht. Het is onvermijdelijk."

De verklaring voor het succes van El bonaerense is allereerst te vinden in het commercieel aantrekkelijke thema: in het misdaadverhaal, dat de gangen volgt van een politieagent in het corrupte politiekorps van Buenos Aires, herkent de Argentijnse toeschouwer de gewelddadige werkelijkheid, de sociale agressie waarmee hij dagelijks wordt geconfronteerd. Tegelijkertijd is Pablo Trapero’s productiemaatschappij Matanza Films een samenwerking aangegaan met Pol-ka, de grootste commerciële televisieproducent van Argentinië. Pol-ka financierde niet alleen de uitbreng en promotie van El bonaerense, maar overstroomde Buenos Aires ook met publiciteit.
Als filmmaker staat Trapero (31) op een beslissend moment in zijn leven, en hij is zich daarvan bewust. Geeft de samenwerking met Pol-ka hem de mogelijkheid te groeien of zal Pol-ka zijn artistieke vrijheid beknotten? Trapero zelf zegt hierover: "In de overeenkomst met Pol-ka krijg ik niet alleen de final cut, maar ook honderd procent vrijheid in mijn artistieke keuzes. Belangrijk is ook dat ik inspraak heb in de distributie en de publiciteit van mijn film. Als dat niet zo was geweest, was ik nooit met ze in zee gegaan."
Daarnaast heeft Trapero zijn oude kantoor verruild voor een elegante ruimte in de hippe wijk Palermo. Daar, tussen filmapparatuur en een wieg vol speelgoed van zijn acht maanden oude zoon Mateo, praat hij over deze overgangsfase.

El bonaerense heeft sinds de première op 19 september al meer dan 200.000 bezoekers getrokken. Hoe verklaar je dat een land dat economisch totaal aan de grond zit, toch een bloeiende filmcultuur kent? Het is absurd dat de bioscoopzalen vol zitten. Een van de weinige, mooie contradicties van dit land. Mensen blijven naar theatervoorstellingen, concerten en restaurants gaan. Daarom woon ik hier zo graag. Het gaat slecht, maar toch is er een grote culturele interesse en intellectuele uitwisseling. Het heeft vast ook iets te maken met een lange culturele traditie.

Ook wanneer de binnenlandse markt in elkaar gestort is? Films maken is waar dan ook moeilijk. De wereld van de film is nu eenmaal een gecompliceerde wereld. Je leven verandert, je moet knokken om je hoofd boven water te houden. Maar dat weet je als je je in deze wereld begeeft. Dus dan moet je ook niet klagen. Hier in Argentinië krijgt niemand meer iets cadeau. Doordat het over de hele linie moeilijk gaat, zie je dat mensen zich opeens met film gaan bezighouden. Enkele jaren geleden waren studies als rechten en economie heel populair, omdat je toekomst daarmee verzekerd was. Nu geeft geen enkel beroep meer zekerheid. Het bestaan van een advocaat is nu net zo onzeker als dat van een filmmaker. Dus je ziet mensen nu eerder ergens inspringen dan vroeger. Daarbij bestaat er in de samenleving een grote behoefte aan debat en discussie over wat er nu gaande is. Het zijn tijden van diepe crisis waarin kunstenaars naar buiten treden, met hun versies van de gebeurtenissen.

Tot op welke hoogte weerspiegelt de Argentijnse cinema de hedendaagse sociale werkelijkheid? In films als Sábado, El hijo de la novia, Nueve reinas, La ciénaga, Mundo grúa of El bonaerense wordt de actuele crisis niet expliciet aan de orde gesteld. Maar wel impliciet. De Argentijnse komedies uit de jaren zeventig vertellen ook niet direct wat er toen aan de hand was, maar toch is het aanwezig. Je komt niet onder de werkelijkheid uit waarin je leeft. Om je een voorbeeld te geven: toen we El bonaerense aan het filmen waren, trok er een demonstratie door de straat. Dat had ik niet zo gepland, maar de stoet liep voor me langs en de camera legde het vast. Je draait je om en je hebt een manifestatie in je kader. Op de een of andere manier kun je de werkelijkheid niet buiten beeld houden. Het zit in de lucht. Het is onvermijdelijk.

Voel je het als een plicht? Zou je in de huidige omstandigheden bijvoorbeeld een komedie kunnen filmen? Ik zie het niet zozeer als een plicht, meer als een noodzaak. In een situatie waarin mensen sterven van de honger, zou ik geen zakken met geld kunnen spenderen aan een of andere amoureuze verwikkeling. Dat zie ik als tijdverspilling. Bovendien vind ik het buitengewoon oninteressant.

Is de zogeheten Nieuwe Argentijnse Cinema een denkbeeldig concept, een term die critici graag bedenken, of is er werkelijk sprake van een nieuwe stroming? Ik denk het wel en ik ben blij met deze Nieuwe Argentijnse Cinema. De naam kan me niet zoveel schelen, wel dat ze bestaat. Argentijnse films reizen naar het buitenland en winnen prijzen. Dat is een tastbaar gegeven. Over één bekroonde film kun je zeggen: een toevalstreffer. Over twee bekroningen: mazzel. Maar dat een hele reeks films in de prijzen valt, betekent wat. Of kijk naar de distributie. Veel Argentijnse films zijn door Italiaanse, Franse, Spaanse en Noord-Amerikaanse distributeurs aangekocht. De ene film doet het wat beter dan de andere, maar men blijft ze kopen. En hier worden ondanks de crisis niet alleen films aan de lopende band gemaakt, maar de bioscopen zitten ook vol. Dat geeft wel degelijk wat aan. Dit jaar was er in de bioscoop elke week een première van een Argentijnse film die de moeite waard was. Dat is uitzonderlijk.

Wat gebeurt er wanneer onafhankelijke regisseurs als jij of Adrián Caetano een tweede succesvolle film maken en worden benaderd door grote televisiestations die hun projecten willen financieren? Beïnvloedt dat je ideeën? Ik zie het als een goed teken. Ik wil mezelf niet vergelijken met Scorsese of Coppola, maar toen zij bij de grote studio’s tekenden gingen ze toch ook niet opeens slechte films maken? Dat firma’s als Pol-ka zich voor onze films interesseren, is alleen maar goed. Ze begrijpen dus dat er een ander soort film bestaat, met een eigen publiek. Ze trekken niet de twee miljoen toeschouwers die ze gewend zijn, maar wel genoeg publiek om binnen het eigen afzetgebied goed te kunnen draaien. Persoonlijk zie ik er geen heil in dat een onafhankelijke filmmaker zijn leven lang films blijft maken die niemand ziet. Dan kom je niet verder dan je eigen cinematografische experiment. De geschiedenis bewijst dat een film een publiek nodig heeft, ook al zijn het maar een paar honderd toeschouwers.

Stoorde het je dat er een parallel werd getrokken tussen het politieoptreden in jouw film en het gedrag van de politie van Buenos Aires in werkelijkheid? Toen ik het script schreef, wist ik dat dit zou gebeuren. Maar niemand vraagt zich bij het zien van Ferrara’s Bad lieutenant of Scorsese’s Goodfellas af of de maffia en de politie in de VS werkelijk zo zijn. Veel films komen voort uit een observatie van de werkelijkheid. Dat is mijn inspiratiebron, mijn aanzet. Ik probeer altijd de werkelijkheid dichtbij te houden. Ze geeft me een bepaalde insteek, maar de rest is fictie.

Heeft de Nieuwe Argentijnse Cinema een eenheid van stijl of is het meer de cinema van een bepaalde generatie? Ik geloof dat deze stroming meer toebehoort aan een bepaalde generatie en een bepaalde tijd. Sábado, Caja negra, La ciénaga, en La libertad hebben op het eerste gezicht niets met elkaar te maken. Maar alle films hebben met elkaar gemeen dat ze een momentopname, een bijzondere periode uit de Argentijnse geschiedenis beschrijven. Dat is overduidelijk. In de toekomst komen er vast en zeker studies uit over hoe wij als generatie onze wereldvisie in onze films neerlegden.

Heb je het gevoel dat je het contact met de werkelijkheid kunt verliezen? Je reist na de wereldpremière van El bonaerense in Cannes de hele wereld over. Raak je niet verwijderd van de dagelijkse Argentijnse werkelijkheid? Ja, maar ik weet niet of je dat wat je wilt filmen of vertellen ook per se meegemaakt moet hebben. Anders zou je alleen maar films kunnen maken over je eigen ervaringen. Je kijk op de wereld verandert naarmate je ouder wordt, omdat je leven verandert. Ik zou anders ook nooit El bonaerense gemaakt kunnen hebben. De wereld van de ‘juten’ is me vreemd, net als de wereld van de kraandrijvers of die van de werklozen. De vraag die je me stelt, stel ik mezelf ook. Maar dan niet zozeer vanuit filmisch, maar persoonlijk oogpunt. Hoe verandert mijn leven, hoe wordt een bepaalde werkelijkheid minder tastbaar?

Jij wordt bepaald door je werk als filmmaker, zoals Rulo door zijn werk als kraandrijver in Mundo grúa of Zapa door zijn werk bij de politie in El bonaerense. Je films gaan onder meer over personen die zich op een gegeven moment beseffen dat ze van zichzelf zijn afgedwaald. Voel jij je nu ook zo, dat je niet meer de Trapero bent die je was? Ik denk dat je dit meer in algemene zin moet zien. Dit geldt niet alleen in de film. Als je in dit land iets wilt bereiken, moet je bepaalde wegen bewandelen. Daarom interesseert deze thematiek me. Om te overleven hoef je niet zo’n klootzak als Gallo te worden. Je kiest voor een bepaald leven, daar gaat het allemaal om. Het zijn de keuzes die je maakt. En alles hangt samen met de ontwikkeling die je doormaakt. Je moet jezelf altijd blijven afvragen wie je bent, waar je heen wilt, wat je mooi en goed vindt aan de wereld, en wat niet. En dat geldt zeker ook in je werk als filmmaker. Films zijn in zekere zin een afdruk van wat er in je land aan de gang is, maar ook van wat er met jou gebeurt. Mijn dagelijkse leven is daarbij één ding. Mijn werkelijkheid als filmmakers is iets anders. Mijn vrienden, mijn ouders, mijn vrouw en mijn kind hebben niets te maken met een 16- of 35mm-camera.

Voor wie maak je films? Sommigen zijn van mening dat het publiek het eindoordeel heeft. Dat vind ik niet. En ik hou ook niet zo van eindoordelen, van wie dan ook. Als jij El bonaerense over tien jaar terugziet, vind je het misschien wel een volkomen mislukte film. Misschien vind je hem ook wel veel beter. Je bent verliefd op iemand. Tien jaar later zie je haar weer en denk je: ‘Hoe heb ik ooit wat in haar kunnen zien?’

Diego Lerer
(Vertaling: Ernestina van de Noort)

El bonaerense beleeft zijn Nederlandse première op het Filmfestival Rotterdam (22 januari tot en met 4 februari).