Ken Loach

IJzervreter en gestaald socialist

  • Datum 21-11-2013
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Loach op de set van Jimmy’s Hall

Terwijl de wereld de afgelopen vijftig jaar onherkenbaar veranderde, bleef de Britse filmmaker Ken Loach zijn onwrikbare socialistische zelf. Het is de kracht en zwakte van zijn oeuvre, blijkt uit het retro­spectief ‘Ordinary People: de films van Ken Loach’.

Door Jos van der Burg

De 77-jarige Ken Loach is met Jimmy’s Hall vrijwel zeker zijn laatste speelfilm aan het maken. De Engelse kampioen van het sociaalrealisme liet recent doorschemeren dat hij misschien nog een paar documentaires zal maken, maar geen speelfilms meer. Het in 1932 in Ierland spelende Jimmy’s Hall is gebaseerd op het leven van de Ierse communist James Gralton, die na een verblijf van tien jaar in New York in 1919 terugkeerde naar Ierland, om er tegen de Britse overheerser te vechten. Na de onafhankelijkheidsstrijd opende hij op het platteland een dancing, waar jongeren zich ook konden verdiepen in het communisme. De Ierse (katholieke) autoriteiten waren not amused: dansen én communisme was dubbel kwaad.
Jimmy’s Hall viert de geest van vrijdenkers’, staat te lezen op de site van distributeur Wild Bunch, die de film volgend jaar uitbrengt. Dat is mooi, maar "vrijdenken" is niet het eerste woord dat opkomt bij de gedachte aan Ken Loach. De filmmaker heeft zijn verbeelding zelden alle kanten op laten stromen. Meestal ging die in één richting: die van het socialisme. Hoe de wereld in vijftig jaar ook veranderde, Loach’ politieke overtuiging was van schokbeton en weerstond alle veranderingen.

Valse hoop
Mensen die nooit van mening veranderen kun je principieel noemen, maar ook halsstarrig. Loach’ politieke visie is consistent maar ook van een irritante eenvoud: je bent voor of tegen het kapitalisme. Hij verwijt sociaaldemocratische partijen dat ze zich tevreden stellen met het bijsturen van het kapitalisme in plaats van de revolutie te prediken. Daarmee hebben zij de arbeidersklasse verraden. Loach vindt de Britse Labour Party zelfs schadelijker dan de Conservatieve Partij. Van die laatste weet iedereen dat de arbeidersklasse er niets van heeft te verwachten, maar de Labour Party geeft valse hoop.
Hoe de immer strijdbare filmmaker het ziet, maakte hij vorig jaar nog eens duidelijk toen hij een oeuvreprijs op het filmfestival van Turijn weigerde, omdat het lokale Filmmuseum als organisator van het festival schoonmakers een slechter contract had aangeboden. Loach verklaarde zich op een stakingsbijeenkomst solidair met de schoonmakers en merkte op dat het verschil tussen de Britse Labour Party en de Conservatieve Partij enkel een snelle of langzame dood door wurging is. Een paar maanden eerder zette hij zijn handtekening onder een steunbetuiging aan de Occupybeweging die deed denken aan bolsjewistische pamfletten van honderd jaar geleden. ‘In het nadenken over actie voor sociale verandering is het tijd om een verbinding te leggen met de ideeën van Luxemburg, Trotski en Lenin — een kritisch engagement met revolutionaire bronnen, gebaseerd op revolutionaire ervaringen uit het verleden.’

Boze heks
Met zijn radicale standpunten laat Loach zien dat hij nog steeds een gestaalde socialist is. Die conclusie kan ook worden getrokken uit zijn laatste documentaire, The Spirit of ’45 (2012). In dit historisch overzicht van de naoorlogse Britse sociale en politieke geschiedenis springt Loach zo selectief met de feiten om dat het resultaat eerder oogt als propaganda dan als een inzichtelijke historische documentaire. The Spirit of ’45 begint na de Tweede Wereldoorlog met de verkiezingswinst van de Labour Party, die in snel tempo vitale economische sectoren (mijnbouw, transport) nationaliseerde. Het kroonjuweel was de oprichting van de National Health Service (NHS) in 1948. Voortaan was er gratis gezondheidszorg voor iedereen, een enorme stap voorwaarts. The Spirit of ’45 suggereert dat de Britten massaal achter Labours nationalisatiepolitiek stonden, maar in werkelijkheid waren ze zeer verdeeld. Bijna de helft van de bevolking zag de nationalisaties als een gevaarlijke stap op weg naar een socialistische staatseconomie.
Na Loach’ lofzang in The Spirit of ’45 op Labours socialistische naoorlogse politiek komt halverwege de film Margaret Thatcher als een boze heks in 1979 alle verworvenheden van de verzorgingsstaat afbreken. Je hoeft geen aanhanger van Thatcher te zijn, om te zien dat Loach hier het een ander verzwijgt. Toen Thatcher aan de macht kwam, was Engeland geen socialistisch paradijs, maar ‘de zieke man van Europa’. De economie zat diep in het slop en de meerderheid van de Britten had genoeg van de economische macht van de staat en de vakbondsbureaucratie. In een klimaat van stakingen en sociale onrust kwam Margaret Thatcher aan de macht. Dat een groot deel van de arbeidersklasse op haar had gestemd, illustreert het falen van de Labour Party. Wie dat niet weet, komt dat ook niet te weten in het nostalgische The Spirit of ’45. Voor een genuanceerde blik op de Britse geschiedenis moeten we niet bij Loach zijn.

Veerkracht
Van Loach als politieke denker ben ik niet onder de indruk, maar wel van die andere Loach: de sociaal bewogen filmmaker van aangrijpende drama’s over mensen in de marge van de maatschappij, die slachtoffer zijn van de sociaaleconomische machtsverhoudingen. In deze films is Loach een scherpe observator van in het nauw gedreven mensen, die alle zeilen moeten bijzetten om het hoofd boven water te houden. Mensen die in de hoek van de maatschappij zitten, waar uitbuiting en exploitatie geen retorische kreten zijn. Loach heeft zich zijn hele filmloopbaan het lot van deze mensen aangetrokken. Hij is niet geïnteresseerd in de perikelen van de middenklasse en de elite, maar maakt de verborgen uithoeken van de maatschappij zichtbaar.
Meteen in het begin van zijn carrière in 1966 gaf hij hiervan met Cathy Come Home een aangrijpend voorbeeld. Het tv-drama over een jong arbeidersgezin, dat in een vrije val belandt als de man na een ongeluk werkloos wordt, heeft een halve eeuw later nog niets aan emotionele kracht ingeboet. De slotscène, waarin sociaalwerkers de kinderen van de op straat belande vrouw afpakken, snoert nog steeds de keel dicht. Het drama, dat door twaalf miljoen Britten, een kwart van de bevolking (!), op tv werd gezien, leidde tot een storm van protest tegen de woningnood onder arme mensen. Met het drama vestigde Loach in één klap zijn naam als filmmaker die sociale problemen subliem weet te vertalen in intense persoonlijke drama’s. Drie jaar na Cathy Come Home maakte hij met Kes misschien wel zijn beste film. Het drama over een vijftienjarige jongen, die in de mijnstad Yorkshire zonder vader opgroeit met een overspannen moeder en een treiteraar van een broer, is een wonderschone hommage aan de veerkracht van kinderen. De jongen laat zich niet verpletteren door de ellende thuis en autoritaire leraren op school, maar put steun en kracht uit het africhten van een torenvalk. Met de vogel heeft hij een betere band dan met de mensen in zijn omgeving.

The Wind That Shakes the Barley

Hond of kat
Hoe Loach tegen kapitalisme en communisme aankeek, bleek nog eens uit zijn speelfilm Fatherland uit 1986. De film stelt het leven in West-Duitsland gelijk aan dat in Oost-Duitsland. In het ene land heerst communistische onderdrukking, in het andere kapitalistische uitbuiting — een kwestie van door de hond of kat gebeten worden. De socialist leek in de jaren tachtig op te lossen in de sektarische radicale linkse beweging. Volkomen onverwacht stond hij in 1990 weer in de voorste linie. Met het politieke drama Hidden Agenda, over de duistere praktijken van de Britse Geheime Dienst in Noord-Ierland, maakte hij een geweldige doorstart. Na deze film, die in Cannes de Juryprijs won, is Loach niet meer weggeweest uit de internationale filmwereld.
In de afgelopen twintig jaar heeft Loach met zijn vaste scenarist Jim Allen, en later Paul Laverty, een geweldige reeks ontroerende en humorvolle films gemaakt over de Britse onderklasse. Riff raff, Raining Stones, Ladybird, Ladybird, My Name Is Joe, Sweet Sixteen en It’s a Free World… zijn aangrijpende portretten van voor een menswaardig bestaan vechtende mensen. Hoewel Loach in Oxford studeerde, blijkt hij zich uitstekend te kunnen inleven in het rauwe leven van mannen en vrouwen die tegen uitbuiting, gevoelloze hulpverleners en staatsbureaucraten vechten. Minder sterk zijn zijn historische drama’s (Land of Freedom, Carla’s Song), want daarin loopt de marxist Loach de filmmaker voor de voeten. De uitzondering is The Wind That Shakes the Barley. Het drama over de Ierse onafhankelijkheidsstrijd won in 2006 de Gouden Palm in Cannes.
Loach zal de geschiedenis ingaan als de filmmaker die met zijn werk het Engeland van de socialistische droom vertegenwoordigde. Het Engeland waarin het begrip werkende klasse nog voor een helder afgebakende groep mensen stond. Die tijd is verdwenen. De oude Britse klassensamenleving kent Loach tot in de haarvaten, maar op het moderne Engeland heeft hij geen greep. Over de multi-etnische samenleving van nu heeft hij weinig te zeggen. Alleen zijn romantische Romeo en Julia-achtige liefdesdrama Ae Fond Kiss raakt aan multiculturele problemen. Dat is geen verwijt, want Loach heeft genoeg gedaan. Zijn films verbeelden een halve eeuw Britse sociale geschiedenis. Ik neem mijn hoed, pardon pet, af voor de ijzervreter.

Het door Filmhuis Den Haag georganiseerde retrospectief ‘Ordinary People: de films van Ken Loach’ rouleert van november t/m januari langs zestien filmtheaters.

 

Lezingen Filmkrant.live

Filmkrant.live verzorgt samen met Filmhuis Den Haag inleidingen door Filmkrantmedewerkers bij films in het Ken Loach-retro­spectief.

Luxor Zutphen 1 dec 15.30 uur | The Navigators (Fritz de Jong)

Filmhuis De Keizer Deventer 2 dec 20.30 uur | Ladybird, Ladybird (Laura van Zuylen)

Chassé Cinema Breda 3 dec 19.20 uur | The Navigators (Dana Linssen)

Filmtheater Hilversum 16 dec 20.00 uur | Raining Stones (Laura van Zuylen)

’t Hoogt Utrecht 4 jan 19.00 uur | Riff raff (Dana Linssen)

Filmschuur Haarlem 6 jan 19.00 uur | Kes (Jos van der Burg)

Lumière Maastricht 8 jan 19.00 uur | My Name is Joe (Joost Broeren)

Focus Arnhem 9 jan 19.00 uur | Kes (Jos van der Burg)

Concordia Enschede 9 jan 19.30 uur | Kes (Joost Broeren)

Ketelhuis Amsterdam 10 jan 21.15 uur | Kes (Fritz de Jong)

Raadpleeg ook de agenda van uw filmtheater Voor meer informatie en boekingen filmkrant.live@gmail.com