Spotlicht: Ariane Schluter
Deze maand het spotlicht op Ariane Schluter. Met Ober is de actrice voor de derde keer te zien in een film van Alex van Warmerdam.
Je hebt Nederlandse actrices over wie ‘de bladen’ vol staan en actrices over wie we bijna niets weten. Dat laatste is wel zo prettig. Het kan mij niet schelen met wie Carice van Houten uitgaat. Ook hoef ik niet te weten hoe Halina Reijn is opgevoed. Acteurs en actrices wil ik zien spelen. Noem het ouderwets, maar de veertigjarige Ariane Schluter straalt niet in de publiciteit, maar op de plaats waar het hoort. Al ruim tien jaar staat de actrice aan de top. Het is niet onopgemerkt gebleven, want Schluter won twee keer de Theo d’Or, de hoogste jaarlijkse toneelprijs. In 2003 kreeg ze hem voor haar rol in Strange interlude van Eugene O’Neill. In het vijf uur durende stuk doorliep Schluter op briljante wijze een scala aan emoties: kwetsbaarheid, zielepijn, verwardheid, woede, verdriet; Schluter speelde ze met een intensiteit, die deze kijker diep ontroerde. Het is ongelofelijk en uniek dat de actrice de Theo d’Or een jaar later weer won voor haar optreden in Eden van Eugene O’Brien.
Nee, over gebrek aan waardering van vakgenoten heeft Schluter niet te klagen. Over gebrek aan werk trouwens ook niet, want de actrice speelde sinds zij in 1989 van de toneelschool in Maastricht kwam in tientallen theaterstukken, films en tv-series. Haar grote doorbraak kwam in 1994 met Johan Doesburgs 06. In het stuk, dat over telefoonseks gaat, speelde Schluters personage een verleidelijk spel met een beller. Twee jaar geleden noemde Schluter in een van haar schaarse interviews Doesburg "de eerste man die haar na de toneelschool begreep." Doesburg noemde haar "mijn eerste muze". Het succesvolle 06 was het begin van hun vruchtbare samenwerking, die inmiddels tien toneelstukken heeft opgeleverd.
Tegenspel
Dankzij Theo van Gogh, die 06 verfilmde, maakte Schluter haar speelfilmdebuut. De samenwerking met Van Gogh bleef beperkt tot deze film, maar in filmland was haar naam gevestigd. Er volgden in snel tempo meer films: Gerrard Verhages Eenmaal geslagen, nooit meer bewogen (1995), Peter Dops De schaduwlopers (1995) en Alex van Warmerdams De jurk (1996). Schluters kracht lag bij deze films in de combinatie van sensualiteit en aardse nuchterheid. Van Warmerdam voegde er in Kleine Teun (1998) perversiteit aan toe. In de film vechten Schluters personage en dat van Annet Malherbe om de liefde van een man. Malherbe stormt recht op haar doel af, maar legt het af tegen de ogenschijnlijk naïeve, maar in werkelijkheid doortrapte Lena.
Dat Schluter ook droogkomisch uit de hoek kan komen, was te zien in Paul Ruvens Enigma. Daarin speelt ze de nuchtere vrouw van een talentloze, werkloze en overspannen Nederlandse acteur, die met haar een filmpje wil maken, dat hem Hollywood moet binnenloodsen. Jack Wouterse en zij vormen een geestig echtpaar.
Het is opvallend dat Schluter haar beste prestaties levert als ze tegenover een even goede acteur staat. Ad van Kempen bij 06, Annet Malherbe bij Kleine Teun en Jack Wouterse bij Enigma: Schluter gedijt bij alle drie en zij bij haar. Sterk tegenspel krijgt ze ook in Ober, waarin ze de treurige vrouw speelt van een ober (Alex van Warmerdam), die van haar af wil. De scènes met Van Warmerdam zijn tragikomisch, maar soms ook hartverscheurend. Hoe harder Schluters personage aan haar man trekt ("Krijg ik nog wat aandacht?"), hoe harder hij haar wegduwt. Hoe meer zij hem probeert te verleiden ("Ik ben onzettend geil"), hoe groter zijn weerzin. We horen typische Van Warmerdam-dialogen als: "Heb je andere make-up?" "Hoezo?" "Je ziet er zo merkwaardig uit."
Hoe veelzijdig Schluter is, blijkt uit haar aanpassingvermogen. Haar personages in Doesburgs en Van Warmerdams werk zijn totaal verschillend. Bij Doesburg overheerst de ernst, bij Van Warmerdam het tragikomische. Voor beide draait Schluter haar hand niet om. Een groots actrice, voor wie u niet naar de kiosk hoeft, want u komt haar alleen in het theater en de bioscoop tegen.