Evenementen – 3 juli 2014

Dersu Uzala
Het ruige Siberië
De Japanse regisseur Akira Kurosawa beleefde in het begin van de jaren zeventig moeilijke tijden. Zijn filmcarrière was in het slop geraakt (zijn laatste film Dodesukaden was niet uit de kosten gekomen) en de regisseur kampte met gezondheidsproblemen. In 1971 leidde dit bij Kurosawa tot een zelfmoordpoging. Hij sneed met een mes zijn polsen door en stak zich in de keel, maar op wonderbaarlijke wijze overleefde hij de zelfvernietigende aanval. Na zijn herstel reisde hij naar Rusland om voor de staatsstudio Mosfilm een film te maken. Het resultaat was Dersu Uzala, de verfilming van de memoires van Vladimir Arsenjev, een wetenschapper. In de film reist Arsenjev rond 1900 met vier soldaten naar de wildernis in het oosten van Siberië, waar zij de inheemse jager Dersu Uzala ontmoeten, die voor hen als gids gaat optreden. Dankzij Uzala overleven de mannen een hevige storm, omdat hij hen leert hoe je een schuilplaats moet bouwen. Uzala leest de Russen ook de les over hun omgang met dieren: waarom doden zij meer dieren dan zij kunnen eten? Tussen natuurmens Uzala en de door de beschaving van de natuur vervreemde avonturiers ontstaat een diepe vriendschap. Uzala’s wereld stort in als hij per ongeluk een tijger doodt, waarna Arsenjevs poging om hem te helpen zijn ellende alleen maar groter maakt. Kurosawa toont de botsing tussen beschaving en wildernis in Dersu Uzala met imposante natuurbeelden van het Siberische landschap. Als gast van Mosfilm kon hij zich volledig uitleven en hoefde hij niet op een draaidag te kijken. Het maken van Dersu Uzala duurde dan ook vier jaar. De inspanning betaalde zich uit, want de film won de Oscar voor beste buitenlandse film, zodat Kurosawa weer in het midden van de internationale filmwereld stond. EYE vertoont Dersu Uzala 14 en 15 juni op 70 mm formaat, zodat de imposante landschappen geweldig tot hun recht komen.
Verbeter de wereld, ga vrijen!
Het is een fascinerende paradox: onder de naoorlogse Oost-Europese repressieve communistische regimes werden films gemaakt die zo anarchistisch waren, dat westerse filmmakers er alleen maar van konden dromen. Zoals Madeliefjes uit 1966 van de Tsjechische Vera Chytilova; een klucht waarin twee meiden als punkers avant la lèttre de gevestigde orde op stelten zetten. Het paradepaard van Oost-Europees vrolijk filmanarchisme was in de jaren zestig Dusan Makavejev. De Joegoslavische (Servische) filmmaker dreef met zijn collages van documentaire en fictie vol politieke onzin en waarheden de autoriteiten tot woede, maar kon toch zijn gang gaan. Tot hij in 1971 met W.R. — Mysteries of the Organism een stap te ver ging. Dat de film vrije seks met politiek verbindt schoot de autoriteiten in het verkeerde keelgat. Hij werd verboden en Makavejev emigreerde als persona non grata naar de Verenigde Staten. In 1988 keerde hij terug naar Joegoslavië. W.R. — Mysteries of the Organism, een combinatie van archief-, documentaire- en fictiebeelden, heeft als strekking dat het communisme een doodlopende repressieve weg insloeg, toen Lenin na de Russische Revolutie de vrije liefde, die gepropageerd werd door radicale critici van het burgerlijke huwelijk, verwierp. Daarmee pleegde de leider verraad aan het idee dat politieke bevrijding samen moest gaan met seksuele bevrijding. Die opvatting was vloeken in de communistische kerk. Nog erger was dat Makavejev in W.R. — Mysteries of the Organism de theorieën van de experimentele psycholoog William Reich serieus nam. Deze seksuoloog, psychoanalyticus en mafketel meende dat seksuele bevrijding tot een utopische samenleving zou leiden. Als iedereen inplugde op het kosmische energieveld rond de aarde zou alles goed komen. Deze onzin deed het goed in de hippiecultuur van de jaren zestig, maar niet bij verstokte communistische leiders als Tito en Breznjev. Of W.R. — Mysteries of the Organism de tijd heeft overleefd, kan iedereen op 19 juni in Melkweg Cinema beoordelen.
W.R. — Mysteries of the Organism
Annie Bos redt schip
Het is een mooie traditie: studenten van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht componeren sinds 1996 muziek voor zwijgende films, waarna het Nederlands Filmfestival die films vertoont onder live begeleiding van hun muziek. Op 8 juni vindt dit evenement voor het eerst in EYE plaats. Op het programma staan een fictiefilm en twee korte documentaires, die als voorfilms worden vertoond. De titel Fokker VII en de eerste luchtmail naar Marseille (Henk Alsem, 13 minuten, 1926) maakt meteen duidelijk waarover deze voorfilm gaat. Voor het eerst in de geschiedenis vliegt een Fokker VII met passagiers en post naar Marseille. Komt dat zien op het vliegveld Waalhaven in Rotterdam! De documentaire Amsterdam — Batavia door de lucht (Theo Güsten, 9,5 minuut, 1930) jubelt erover dat niemand in Nederland meer een maand op post uit Indië en in Indië uit Nederland moet wachten, maar dankzij luchtpost nog maar vijf dagen. Families konden intensiever contact hebben, wat zou bijdragen aan hun levensgeluk. De fictiefilm De Bertha (Louis Chrispijn Sr, 58 minuten, 1913) was een productie uit de stal van filmpionier en -producent Maurits Binger met filmster Annie Bos als troefkaart. Bos raakt als dochter Nelly van een zeekapitein in een scheeps- en liefdesdrama verzeild. Het speelt zich af op het schip De Bertha, dat zo gammel is dat de stookketels dreigen de ontploffen. Nelly en haar keurige buurman, type ideale schoonzoon, proberen een catastrofe te voorkomen. De film bevat fraaie zwart-wit beelden van de haven van IJmuiden. Het drama werd verloren gewaand, maar een paar jaar geleden teruggevonden en gerestaureerd. De film was voor het eerst weer te zien op het openingsfeest van EYE twee jaar geleden.
De Bertha
Schilders in Den Haag
Dat het Mauritshuis in Den Haag na een verbouwing op 27 juni heropent, gaat aan Filmhuis Den Haag niet voorbij. Met drie films besteedt het aandacht aan het goede nieuws dat de imposante collectie schilderijen van de Hollandse meesters weer thuis is. Niet alle schilderijen overigens, want Vermeers Meisje met de parel reist nog langs Amerikaanse musea. Maar ook zonder dit hoogtepunt is er genoeg te zien, zoals Gezicht op Delft van Vermeer, Het puttertje van Carel Fabritius, De stier van Paulus Potter en De anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp van Rembrandt. Geen schilderijen in Filmhuis Den Haag, maar zoals gezegd wel drie films. In Views on Vermeer (Hans Pool, 2009) )vertellen fotografen, kunstenaars, schrijvers en conservatoren over hun bewondering voor de schilder. Aan het woord komen onder meer Erwin Olaf, Alain de Botton en Tracy Chevalier, de schrijfster van de met Scarlett Johansson fantastisch verfilmde roman Girl with a Pearl Earring. Alle geïnterviewden hebben een specifieke visie op Vermeer. De een ziet hem bijna als een mysticus, de ander als een voorloper van de fotografie en de cinema. In de speelfilm Museum Hours van Jem Cohen raakt een suppoost van een museum in Wenen intensief aan de praat met een bezoekster. Hun groeiende vriendschap leidt tot verkenningen van hun leven en de betekenis van kunst. Als derde film vertoont Filmhuis Den haag de 70 mm documentaire Sky over Holland uit 1967 van John Fernhout. De film gaat over het Nederlandse landschap als inspiratiebron van de Nederlandse schilderkunst in de Gouden Eeuw. Het wordt geïllustreerd met onder meer Gezicht op Delft van Vermeer. Sky over Holland won in 1968 op het filmfestival in Cannes de prijs voor beste korte film.
Museum Hours
Rocken op het witte doek
Dat niet alleen in poptempels stevig wordt gerockt, maar ook op het witte doek, kan worden vastgesteld in Vera Zienema in Groningen. De ‘club for the international pop underground’ vertoont onder het motto Rockin’ on screen muziekfilms waarin het ruig toegaat. Op 10 juni is dat het geval in de documentaire As the Palaces Burn: Lamb of God (Don Argott, VS 2013). De film begint als een portret van de Amerikaanse heavymetalband Lamb of God. De bandleden praten over hun leven en muziek en we zien concertbeelden van gierende gitaren en headbangend publiek en horen grommende klanken. Alles verandert als Lamb of God in Praag optreedt en zanger Randy Blythe wordt gearresteerd. Twee jaar eerder zou hij tijdens een optreden een Tsjechische fan van het podium hebben geduwd, die dit niet overleefde. De gebeurtenis, en de rechtszaak tegen Blythe, hebben een grote emotionele impact op de groep. In de musical Cry-Baby (John Waters, 1990) geeft de ‘pope of trash’-regisseur John Waters een campdraai aan de jaren ’50 nostalgie. Zijn muzikale hommage aan Rebel Without a Cause en Romeo and Juliet speelt zich af in in 1954 in Baltimore. De tienercultuur is er verdeeld in drie kampen: macho’s, nerds en kakkers. Johnny Depp is een bad boy die verliefd wordt op een kakkermeisje. Hun verboden liefde is uiteraard gedoemd in de parodie op musicals en tienerrebelfilms.
Cry-Baby
Digitalisering: zegen of vloek?
Wat is de invloed van de digitalisering op de filmindustrie en -cultuur? Wat betekenen de veranderingen voor betrokkenen, van regisseurs tot marketeers? Hoe moeten zij erop inspelen? Onder de titel Filmmaking in the Digital Age presenteert Binger Filmlab van 10 t/m 14 juni een uitvoerig programma over dit soort vragen. Op 10 juni gaat het programma in EYE van start met een keynote speech van producent Ted Hope (21 Grams, The Ice Storm), die vindt dat Hollywood traag reageert op de technologische veranderingen: "De digitale revolutie heeft de filmindustrie ingrijpend veranderd, maar die heeft zich maar langzaam aangepast." Ook filmmakers reageren sloom en "moeten nu de volle verantwoordelijkheid nemen voor hun werk gedurende het gehele proces, en leren om een ‘bedrijf’ op te bouwen rond hun kunst." Acquisitie- en distributiespecialist Wendy Bernfeld praat daarna over nieuwe manieren waarop films het publiek bereiken. Op de opening volgen vijf dagen van masterclasses, case studies, workshops en vertoningen. De activiteiten zijn in het Binger Institute, de Balie en EYE. Het programma richt zich op professionals in de filmbranche. Laten ze zich vooral ook de open brief over de toekomst van de cinema ter harte nemen, die Martin Scorsese begin dit jaar aan zijn veertienjarige dochter Franceska schreef. "Bij alle aandacht voor de machinerie van filmmaken en de voordelen van de technologie die tot een revolutie in filmmaken hebben geleid, is er één belangrijke zaak om te onthouden: het gereedschap maakt geen films, jij maakt de film. Het is bevrijdend om een camera te pakken en te gaan draaien en het materiaal samen te voegen met Final Cut Pro. Maar een film maken — die ene die je móét maken — is iets anders. Er zijn geen simpele methoden."
21 Grams
Philip Seymour Hoffman
De onverwachte dood van Philip Seymour Hoffman begin dit jaar dreunt nog na in de filmtheaters. Filmhuis Lumen brengt met drie films een hommage aan de man, die in 2006 de Oscar voor beste acteur won voor zijn optreden in Capote. De film, die Truman Capote portretteert tijdens de research voor In cold blood, zijn controversiële nonfictieroman over zijn groeiende betrokkenheid bij twee ter dood veroordeelde moordenaars, is één van de films die Lumen vertoont. De vorig jaar overleden Amerikaanse filmrecensent Roger Ebert zag in Hoffmans optreden als Capote "een nauwkeurig, griezelig goed gelijkend optreden". In Charlie Kaufmans puzzel Synecdoche, New York (2008), ook te zien in Lumen, speelt Hoffman een theaterregisseur, die worstelt met zijn werk en de vrouwen in zijn leven. De film kreeg gemengde reacties, maar de lof voor Hoffman was unaniem. "Philip Seymour Hoffman creëert een hypnotiserend portret van de kunstenaar als een jonge en oude man en een man van middelbare leeftijd", prees het tijdschrift Rolling Stone. Het wordt eentonig, maar ook voor zijn optreden twee jaar geleden in Paul Thomas Andersons The Master werd Hoffman overladen met lof. Zijn op Ron Hubbard, de oprichter van de Scientology-beweging, geïnspireerde rol leverde hem op het filmfestival van Venetië de gedeelde acteursprijs op met zijn tegenspeler Joaquin Phoenix. Er zullen geen prijzen meer volgen.
Capote
Filmspektakels met live-muziek
Voor een klassieke film naar de Ziggo Dome in Amsterdam? Hè? Dat is toch een poptempel? Helemaal waar, maar het Holland Festival pakt groot uit met de vertoning van Napoléon van Abel Gance. Het 5,5 uur (!) durende epos uit 1927 is 15 juni in de Ziggo Dome te zien met live-begeleiding door het Gelders Orkest, dat gedirigeerd wordt door Carl Davis, pionier en expert in de orkestrale begeleiding van zwijgende klassiekers. Dat Napoléon in de Ziggo Dome wordt vertoond, is ook weer niet zo vreemd, want de film is een overdonderend visueel spektakel. Gance trekt alles uit de kast — overvloeiers, fade outs, inserts, extreme close ups, rijders en slow motion — om de kijker mee te sleuren in een wervelend epos over de jeugd en de eerste successen van Napoleon. De climax is het drieluik twintig minuten voor het einde van de film. Geen gewoon triple screen, maar naast elkaar geprojecteerde beelden van drie 35mm projectoren. Het levert een unieke filmervaring op.
Spektakel is er ook op 19, 20 en 21 juni in de klassieke muziektempel De Doelen in Rotterdam. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest begeleidt op die dagen onder de titel Gladiator Live de vertoning van Ridley Scotts Romeinse wraakepos Gladiator. Het doet dat met de muziek die Hans Zimmer voor de film schreef. Gladiator Live is de opvolger van de trilogie The Lord of the Rings, waarvan de vertoning vorig jaar en in 2012 in de Doelen door het Rotterdams Philharmonisch Orkest werd begeleid.
ziggodome.nl | hollandfestival.nl | dedoelen.nl | gladiatorlive.nl
Napoléon