Trois couleurs: rouge

En ze kregen elkaar toch nog

Trois couleurs: rouge

Trois couleurs: rouge is niet alleen het sluitstuk van Kieślowski’s trilogie over de verworvenheden van de Franse Revolutie, maar waarschijnlijk ook van zijn carrière als filmmaker. De hoop dat hij nog eens terugkeert naar de heldere vorm van zijn Dekaloog is daarmee vervlogen. Maar als je naar Rouge kijkt kun je daar toch al niet meer in geloven. Van de drie kleurenfilms is Rouge de meest ondoorzichtige.

Valentine rijdt een hond aan. Ze brengt hem naar de eigenaar, een gepensioneerde rechter. Het is een eenzelvige man die weinig om de hond lijkt te geven. Hij brengt zijn tijd door met het afluisteren van telefoongesprekken van zijn buren. Valentine wil hen waarschuwen, maar ziet daar op het laatste moment van af. Ze beseft dat ze die mensen niet werkelijk een dienst bewijst, maar het doet voor haar eigen gemoedsrust. Het is de rechter die de onzelfzuchtigheid van haar daden in twijfel trekt. Er ontstaat een vriendschap waarin ze dingen van elkaar weten en begrijpen zonder dat ze uitgesproken hoeven te worden.

Telefoonverbinding
Een andere vorm van verwantschap bestaat tussen de rechter en Auguste, een rechtenstudent. Auguste weet niets af van het bestaan van de rechter, de rechter kent Auguste alleen via de telefoongesprekken die hij afluistert. Het leven van Auguste verloopt parallel aan dat van de rechter, die jaren geleden zijn grote liefde verloor toen hij ontdekte dat ze hem bedroog. Valentine is, zoals hij zegt, de vrouw die hij daarna nooit meer ontmoet heeft. Ook Auguste heeft Valentine nooit ontmoet, terwijl ze vlak bij elkaar wonen en hun paden zich meermalen bijna gekruist hebben.

Dat vlak langs elkaar heen leven wordt aan het begin van de film al aangeduid wanneer Auguste belt en Valentine gebeld wordt. De camera volgt razendsnel de bedrading van de telefoonverbinding, door de muur en onder water door. Maar ze bellen ieder met een ander, niet met elkaar, hoewel ze door al die draden toch met elkaar in verbinding lijken te staan. Zij ontmoet hem in een andere tijd, veertig jaar te laat.

Het gebruik van de kleur rood is al even diffuus als de verschillende noties van het begrip broederschap. Het wijst soms op verlangen (de rode jas van haar vriend), op een teken van vriendschap of verbondenheid (het papier om de fles perenlikeur die ze van de rechter krijgt, de halsband van de hond), maar vaak is het rood niet meer dan een decor (de zonweringen, de balletstudio). Het blauw in Bleu was eveneens nadrukkelijk aanwezig, maar had een eenduidiger gevoelswaarde en kreeg daardoor meer betekenis. Het rood in Rouge wordt, net als het wit in Blanc, vrij willekeurig gebruikt. Bij een kleur die zo benadrukt wordt, is dat storend.

Gevoelige geesten
Vrijheid in Bleu was leven zonder herinneringen, zonder banden, zonder liefde zelfs. Gelijkheid in Blanc was wraak, en liever nog iets meer zijn dan een gelijke. En broederschap? Niet zomaar de liefde voor de medemens, want die zou altijd vermengd zijn met egoïstische motieven. De liefde tussen mens en dier? De hond loopt weg bij Valentine en Auguste bindt zijn hond aan een boom. Het is kennelijk iets verheveners, een mystieke band, een onberedeneerbaar gevoel van verwantschap tussen twee mensen van hetzelfde sensitieve soort die voorbeschikt zijn elkaar ergens in het leven te treffen. Weliswaar ontmoeten Valentine en de rechter elkaar in de verkeerde tijd, die fout wordt misschien nog hersteld door Valentine en Auguste een tweede kans te gunnen. Beiden overleven een scheepsramp terwijl 1400 anderen omkomen.

En had de rechter niet gedroomd van Valentine, vijftig jaar oud, gelukkig, ’s ochtends naar iemand glimlachend als ze wakker werd? Ook de billboard met haar foto is een voorteken van het lot dat haar treft; een identieke opname wordt er van haar gemaakt als overlevende, en beide beeltenissen worden één. Broederschap lijkt een kwestie die van hogerhand bepaald wordt, en waarbij eventuele vergissingen gecorrigeerd kunnen worden. Dat idee wordt nog versterkt door het feit dat de parallel tussen Auguste en de rechter zich niet afspeelt in het gevoelsleven van die personages, zoals in La double vie de Véronique, maar buiten hen om.

Banaliteit
Rouge lijdt onder zijn eigen pretenties. In de ingewikkelde constructie en de gestileerde vormgeving is nauwelijks een visie te herkennen. Het is eenzelfde fraai vormgegeven, verheven diepzinnigheid, alleen vatbaar voor zeer gevoelige geesten, die La double vie de Véronique al enigszins irritant maakte. De film zit knap in elkaar, de parallel tussen de rechter en Auguste wordt bijvoorbeeld heel mooi opgebouwd. Er is geen speld tussen te krijgen, maar wat er mee gezegd wil zijn blijft vaag.

Bleu eindigde in een volstrekt pathetische ode aan de liefde, en het einde van Rouge doet er in banaliteit nauwelijks voor onder. Het schip vergaat in de golven. Niet alleen Auguste en Valentine overleven de ramp, maar ook Julie en Olivier (Bleu) en Karol en zijn vrouw (Blanc). Daarmee lijkt ook Rouge nog eens te willen benadrukken dat de kracht van de liefde alles overwint. Er kan nu geen twijfel meer bestaan of ook Auguste en Valentine zullen die liefde vinden.