THE MONASTERY — MR. VIG & THE NUN

Too true to be good

There is something rotten in the state of Denmark: IDFA Joris Ivens Award-winnaar the monastery — mr. vig & the nun doet zo hard z’n best om authentiek te zijn, dat je ‘m wel moet wantrouwen.

Borat in Hesbjerg. Dat was het eerste wat ik dacht bij het zien van de IDFA Joris Ivens Award-winnaar the monastery — mr. vig & the nun. Om precies te zijn meteen al in de eerste minuut toen hoofdpersoon Jørgen Larsen Vig in beeld kwam. Die baard! En dat Engels! Mr. Vig — stokoude Deen met baard en gebrekkig Engels dus — heeft er zijn hele leven van gedroomd om van zijn landgoed een klooster te maken. En nu is het eindelijk zover! De patriarch van de Russisch orthodoxe kerk heeft toegezegd een stelletje nonnen te sturen om een kijkje te komen nemen. Misschien is het omdat we inmiddels zoveel fakedocumentaires hebben gezien, dat films die zo hard hun best doen om ingeleefd en authentiek over te komen dat het alledaagse absurd wordt, onze wenkbrauwen doen fronzen. Misschien. Want misschien is deze film over hoe er een klooster gevestigd moet worden op verrotte fundamenten en onder een lekkend dak wel echt een cynische nepparabel over de staat van het christendom in Denemarken.

Briefje
There is something rotten in the state of Denmark. Want wat is dat toch met dat Deense filminstituut? Aanvankelijk was the monastery (slottet is de originele titel) helemaal niet geselecteerd voor het IDFA. Maar één briefje uit naam van directeur Henning Camre bracht het documentairedebuut van Pernille Rose Grønkjaer (1973) tot in het hart van de competitie en won. Om z’n "perfect uitgevoerde filmische vakmanschap en de vertelstijl van de maker". Daar is dan ook helemaal niets mis mee. Het is meer dat het allemaal too good to be true is. Net als die andere, wel openlijk fake, documentaire die dit jaar een ex aequo-Tiger in Rotterdam in de wacht sleepte: afr van Morten Hartz Kaplers, een regisseur die vertelde dat hij deze film zonder het ‘vertrouwen’ van het Deense filminstituut niet had kunnen maken. En dan was er nog die IDFA-winnaar van zes jaar geleden, family van Lars von Trier-protégé Sami Saif, waarvan ook werd beweerd dat-ie niet helemaal echt was.
Bijvoorbeeld. Mr. Vig geeft de nonnen een rondleiding door de slaapkamers. "Kijk, dit is een christelijke kamer en Boeddha is er [in de vorm van een witmarmeren beeld] ook." Volgende kamer: "Dit is een Chinees bed. Een opiumbed noemen ze dat." Daar willen de nonnen natuurlijk niet op slapen. Maar wat doet die devote ex-priester, ex-missionaris, ex-theoloog Vig eigenlijk met deze attributen?
Regisseuse Grønkjaer die in de persmap Vig bejubelt om zijn generositeit (die we in de film niet terugzien), en ook het ‘sprookje’ prijst dat hij haar hielp creëren, lijkt soms wel met haar hoofdpersoon samen te zweren tegen de nonnen. En wat te denken van moeder-overste Zuster Amvrosya die op Kerstavond in haar gezang gestoord wordt door haar mobiele telefoon met ‘We wish you a merry X-mas’-ringtone?
Het is een en al lap rouge, de fijne fakedocu van Lodewijk Crijns uit de tijd dat filmkijkers nog goedgelovig konden zijn.
En als het echt is, echt en helemaal waar, dan is dit de documentaire to end all documentaries, want dan is hij too true to be good.

Dana Linssen

the monastery — mr. vig & the nun wordt voorafgegaan door anderman (Jaap van Heusden, Nederland, 2006).