Schneider vs. Bax
Bloedige puinzooi tussen de rietkragen
In zijn negende speelfilm Schneider vs. Bax volgt Alex van Warmerdam een huurmoordenaar wiens simpele moordklusje helemaal uit de hand loopt.
Schneider is jarig. Maar Schneider is ook een huurmoordenaar. En huurmoordenaars moeten werken op hun verjaardag. Vindt in ieder geval zijn opdrachtgever Mertens. Het doelwit is Bax, een schrijver die bivakkeert in een zomerhuisje aan de rand van een waterrijk natuurgebied.
Of het niet morgen kan, probeert Schneider nog. Nee, Bax moet echt vandaag dood, weet Mertens. Want Bax is een kindermoordenaar.
Gene Bervoets zet Mertens neer als zo’n typische Van Warmerdam-autoriteit. In dit geval een Vlaamse misdaadbaas die vanuit een beige retro-interieur de lakens uitdeelt. Daarbij blijkt hij een dubieus dubbelspel te spelen. Het waarom van zijn bedrog blijft onduidelijk. Ook dat is typisch Van Warmerdam: mensen doen nou eenmaal voortdurend onbegrijpelijke dingen.
Terwijl Tom Dewispelaere in de rol van Schneider druk in de weer is met verstopte vuurwapens, vermommingen en het verwisselen van auto’s, maken we kennis met Bax, gespeeld door Van Warmerdam zelf. Hij heeft gezelschap van zijn jongere vriendin. Maar die gooit hij de deur uit, omdat zijn dochter op visite komt. Of hij zich voor haar schaamt, vraagt de vriendin. Nee, zegt Bax: mijn dochter is raar. En hij heeft gelijk, ook al heeft dochter Francisca (Maria Kraakman) genoeg redenen om neurotisch te zijn. Niet alleen is haar vader een zuipende en pillenslikkende hork. Haar opa, die ook nog even komt buurten in het zomerhuisje met zijn piepjonge vriendinnetje, blijkt een ranzige engerd die de geschiedenis van de familie Bax vertroebelt met pedofilie en incest.
Smetteloze keuken
Tegenover de disfunctionele familie Bax staat het griezelig perfecte gezinnetje van Schneider: twee snoezige dochtertjes en een representatieve echtgenote (Loes Haverkort) die zo lijkt te zijn weggelopen uit The Stepford Wives. Terwijl haar man letterlijk en figuurlijk steeds verder het moeras wordt ingezogen, bereidt zij in een smetteloze keuken een verjaardagsfeestje voor. Bij een andere filmmaker zou deze vrouw representatief kunnen zijn voor de westerse mens die zijn ogen sluit voor alle narigheid die in zijn naam wordt aangericht. Bij Van Warmerdam is zo’n duiding waarschijnlijk niet op zijn plaats. Het geschetste contrast zou zo maar een zuiver stilistische keuze kunnen zijn.
Voor het verhaalverloop maakt het niet uit: als Schneider en Bax eenmaal tegen elkaar in stelling zijn gebracht tussen de wuivende rietkragen wordt de handeling voortgestuwd door de plot. Een simpele moordopdracht ontaardt in een bloedige puinzooi door een aaneenschakeling van domme fouten en in de weg lopende passanten. Een vergelijking met Joel en Ethan Coen dringt zich op. Met dit verschil dat de Coens in hun hart moralisten zijn, bij wie misdaad uiteindelijk wordt gestraft. In Van Warmerdams amorele universum nemen mazzel en botte pech de plaats in van het noodlot. Voor de kijker is dat ongemakkelijk: moet je partij kiezen voor die onsympathieke Bax of voor de professionele familieman Schneider? De confrontatie pakt spannend uit omdat je toch wilt weten wie zal winnen. Maar een louterende conclusie blijft uit. We zijn eraan gewend dat Van Warmerdam de kijker graag op afstand houdt. In Schneider vs. Bax levert dat helaas niet alleen vervreemding en absurdisme op, maar ook een zekere mate van onverschilligheid.