Mad God

De bizarre animatiebaby van Švankmajer en Verhoeven

Mad God

Stop-motion maestro Phil Tippett (Star Wars, RoboCop, Jurassic Park) werkte ruim dertig jaar aan zijn magnum opus Mad God. Met veel liefde creëerde hij een helse en waanzinnige nacht­merrie. Alsof Jan Švankmajer en Paul Verhoeven samen een film maakten.

“Er was geen verschil tussen mij en Mad God”, zei regisseur Phil Tippett tegen Mashable. Ruim dertig jaar werkte de stop-motion maestro van Star Wars (vanaf 1977) en RoboCop (1987) in zijn vrije tijd aan zijn magnum opus, een alchemistische nachtmerrie waarop hij al zijn kennis en kunde losliet. Met invloeden van Jung tot Hiëronymus Bosch en van Ladislas Starevich tot Karl Zeman.

Alsof Jan Švankmajer en Paul Verhoeven samen een film hebben geregisseerd. In een commentaartrack bij de blu-ray-release zegt Tippett dan ook, in gesprek met bewonderaar Guillermo del Toro, dat hij van de “achthonderd pond zware gorilla’s Lucas, Spielberg en Verhoeven” bij wie hij het regievak afkeek, met die laatste de grootste klik had. Wat te herkennen is in Mad God’s misantropische thematiek en sarcastische humor.

Een strak verhaal heeft de bijna woordeloze film niet en dat is maar goed ook, want dat is niet Tippetts forte: zijn enige live-action speelfilm, de direct-to-video opvolger Starship Troopers 2: Hero of the Federation (2004) is een gammele miskleun – al verklaart Tippett dat zelf door zijn slechte verhouding met de studiomensen.

De motivatie achter Mad God was: geen deadline, alles zelf doen en maar zien waar je uitkomt. Bij een meesterwerk vol monsters, blijkt nu. Dat de Berlinale Mad God desondanks afwees, bevestigt de chronische institutionele miskenning van animatie. Maar het filmfestival van Locarno hapte toe en daarmee begon een zegetocht. Want Mad God mag dan tamelijk hermetisch zijn, met morsige droomlogica in plaats van een klassieke verhaalstructuur, daar krijg je wel een ontzagwekkende hoeveelheid stop-motion schoonheid voor terug (plus wat minder overtuigende live-action fragmenten).

En hoewel Tippett vaak intuïtief werkt, heeft de film wel degelijk een thematische samenhang. Eentje die je kunt beschrijven vanuit een toornige God (de film begint met de ondergang van de Toren van Babel en de ziedende tekst van Leviticus 26:27-33) en de eeuwige wederkeer van stront en ellende, maar ook, zoals hij tegen Mashable zei, vanuit het hoofd van Tippett zelf.

Een korte samenvatting van het voorafgaande: als vijfjarige zag Tippett (1951) King Kong (1933), met Willis O’Briens magistrale stop-motion gorilla, als zevenjarige The 7th Voyage of Sindbad (1958), met de stop-motion wonderen van O’Briens leerling Ray Harryhausen, en daarna was zijn hart verpand. Tippett leerde zichzelf stop-motion en kreeg zijn eerste opdracht nota bene bij de eerste Star Wars-film. Tippett zou eerst alleen maskers maken voor de beroemde Cantina-scène, maar toen regisseur George Lucas Tippetts zelfgemaakte stop-motion figuren zag, viel het muntje voor de holochess-scène. Die stop-mo­tion schaakmonsters werden zo’n succes dat ze terugkeerden in The Force Awakens (2015) en Solo (2018) – telkens als stop-motion uit de Tippett Studio, die hij inmiddels op had kunnen richten.

Tot Tippetts andere stop-motion wapenfeiten behoren de Imperial Snowwalkers en Tauntauns in Star Wars en de ED-209-politierobot in RoboCop. Hij zou oorspronkelijk ook de dinosaurussen gaan animeren in Jurassic Park (1993) en daarmee in de voetsporen treden van O’Briens The Lost World (1925) en Harryhausens One Million Years BC (1966), totdat een demo van computerdino’s Spielberg van gedachten deed veranderen. “I feel extinct”, zei een aangeslagen Tippett – een uitspraak die Spielberg in de film verwerkte.

Maar Tippett ging niet the way of the dinosaurs, zoals de Engelsen zo mooi zeggen. Want de computerprogrammeurs wisten niks van animatie, terwijl Tippet al z’n hele leven dinosaurussen had bestudeerd. Zie zijn prachtige kortfilm Prehistoric Beast (1984) – de reden dat Lucas Tippett bij Spielberg getipt had – en de imponerende stop-motion testanimatie die van Jurassic Park bewaard is gebleven.

Er werd daarom een DID gebouwd: een Dinosaur Input Device. Feitelijk een stop-motion skelet zonder de latex omhulling, maar met computersensoren. Die DID werd, beeldje voor beeldje, door Tippetts team geanimeerd. En dát zien we in computervorm op het scherm: de facto traditionele stop-motion. Wat, vermoed ik, verklaart waarom Jurassic Park zo weinig last heeft van het gebrek aan concreetheid dat veel computeranimatie parten speelt: deze dino’s bestonden echt – zij het via een omweg.

Tippett accepteerde desondanks het onvermijdelijke en schoolde zijn studio om naar computeranimatie. Met succes: ze produceerden onder meer de aliens voor Starship Troopers (1997). Maar de liefde voor fysieke stop-motion verdween niet. Ook niet bij een volgende generatie animatoren, opgegroeid met de computer, die als vrijwilligers meehielpen Mad God handmatig tot leven te brengen. Opdat de traditie van O’Brien, Harryhausen en Tippett niet stopt, maar in beweging blijft.


Mad God is sinds 6 december 2022 verkrijgbaar op import-bluray (RLJ Entertainment)